Floris De Tier (29) verschijnt zondag aan de start van zijn vijfde Luik-Bastenaken-Luik en doet dat met amper zeven wedstrijddagen in de benen. Door omstandigheden kwam de Aarselenaar van Alpecin-Fenix dit seizoen nog nauwelijks aan koersen toe. Maar de conditie staat op punt, dat bewees hij in de Amstel Gold Race.
Je werd 48ste in de Amstel Gold Race, ben je daar zelf tevreden mee?
“Eigenlijk wel. Ik was net niet mee met de eerste grote groep, maar voor het scheurde, had ik al een cartouche verschoten in een poging te anticiperen. Dat waren krachten die ik op het beslissende moment te kort kwam. Maar op zich ben ik wel content en ik mag niet klagen over mijn conditie. Ik reed ook niet voor mezelf, maar in dienst van Kristian Sbaragli.”
En die deed het met een zevende plek meer dan voortreffelijk.
“Het doel was om Kristian aan top tien te helpen en we zijn daar in geslaagd. Nog maar eens een bewijs dat onze ploeg meer is dan Mathieu van der Poel. Alpecin-Fenix mag dan wel procontinentaal zijn, we staan wel mooi vierde in de WordTour-ranking.”
Van Jumbo-Visma naar Alpecin-Fenix, eind 2019, was dus geen stapje terug?
“Helemaal niet. Het is niet dat ik bij een klein ploegje terecht gekomen ben hé. Er is de WorldTour-ranking, maar ook alles rond de koers wordt superprofessioneel aangepakt. Alles zit goed in elkaar en ik merk geen verschil met een grote ploeg. Ik hoop dat ik hier nog enkele jaren mag blijven.”
Misschien wel qua programma? Veel heb je nog niet gekoerst.
“Dat kwam door omstandigheden waar de ploeg of ik niet veel konden aan doen. Normaal had ik Parijs-Nice moeten rijden, maar doordat onze ploeg vervroegd uit de UAE Tour moest stappen door een positief coronageval bij het personeel werd er beslist om onze klassieke renners voorrang te geven. Logisch, want ik moest pas later in vorm zijn. Hetzelfde verhaal met de Ronde van Catalonië. We zaten opnieuw met enkele positieve mensen en een paar dagen voor de start nam de ploeg het besluit om toch niet te gaan.”
Ben je dan op stage geweest om die gemiste wedstrijden te compenseren?
“Ik ben gewoon in België blijven trainen. Er was altijd nog een kans dat ik ergens moest inspringen. Zoals in de E3. Twee dagen voordien kreeg ik te horen dat ik mocht starten. Daar was ik wel blij mee. Liever op kop rijden van het peloton, dan nog maar eens een dag trainen ( lacht ).”
En moet je dat zondag opnieuw doen in Luik-Bastenaken-Luik?
“Dat weet ik nog niet. Veel hangt ook af van de vorm van de dag. Maar de conditie is goed, ondanks de weinige wedstrijden. En het is een koers die ik graag rijd. Ik ken er ook goed de wegen. Het wordt mijn vijfde deelname aan La Doyenne en ik ga vaak trainen in de Ardennen. En ik heb er ontzettend veel zin in.”
Nog een laatste vraag: ben jij de coronamiserie nog niet moe?
“Goh, het is was het is. Ik denk dat wij al mogen blij zijn dat we onze job kunnen blijven doen. Het is soms een hele rompslomp, maar je mag elke coureur vragen wat hij liever heeft: nog maar eens een coronatest of helemaal geen koers? Ik denk dat het antwoord bij iedereen hetzelfde zal zijn. Voor jeugdrenners is het veel erger… Zij kunnen al een hele tijd niet meer koersen. Hopelijk komt daar snel verandering in.” (BVS)
Profwielrennen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier