Naast Corona gooide deze zomer ook het weer aardig wat roet in het eten van veel landgenoten. Ook op de wielerpiste Defraeye-Sercu in Rumbeke kunnen ze daarvan meespreken. Dit jaar kon er nog geen enkele wedstrijd plaatsvinden. Een streep door de rekening van jonge talenten die er belangrijke ervaring kunnen opdoen.
Afgelopen winter vielen de indoortrainingen in België al in het water door de lockdown. De wielerkalender werd aardig door elkaar geschud waardoor heel wat wedstrijden opschoven. Op dit moment heeft het peloton zich opnieuw vol op gang getrokken op de weg en dat voelen ze ook op de piste in Rumbeke.
Spelbrekers
Pieter Develtere, pistebegeleider bij Cycling Vlaanderen, licht toe: “Doordat er veel wegwedstrijden zijn en de renners nog maar weinig hebben kunnen koersen, verkiezen velen de weg boven de piste. Daardoor viel er de afgelopen tijd door een tekort aan deelnemers geregeld een wedstrijd in het water. Dat mag je de laatste tijd ook letterlijk nemen”, vult Develtere aan. “Ook het slechte weer was spelbreker voor onze openluchtpiste. Drie van de laatste vier wedstrijden moesten sowieso afgelast worden omdat de weersomstandigheden het gewoon niet toelieten. Dat was ook afgelopen dinsdag het geval, waardoor we zelfs geen training konden geven.”
Een volledige zomer valt dus weg. Jonge renners proberen er ondanks alles toch de moed in te houden. “Af en toe hoor je wel eens dat er iemand afhaakt, maar ik moet eerlijk zeggen dat ik dat hier niet echt gemerkt heb”, aldus Develtere. “Wel is het zo dat er nu minder instroom is. In april en mei staan onder normale omstandigheden de trainingen op het programma, maar dat kon dit jaar niet. Zo is het voor beginnende pistiers moeilijk om de stap te zetten. Nochtans zijn die trainingen, uit welke discipline van de wielersport je ook komt, enorm waardevol.”
Oog op de toekomst
Develtere is zelf actief bezig als vrijwilliger bij die trainingen. “Ik ben vier dagen in de week aanwezig voor zowel aspiranten, nieuwelingen als de oudere jeugdcategorieën”, verduidelijkt hij. “Daarnaast ben ik er als coach voor West-Vlaanderen steevast bij voor wedstrijden. De trainingen zijn zeer divers. Jonge talenten leren er belangrijke vaardigheden met het oog op de toekomst, zowel voor op de piste als voor op de weg. Zo is beensnelheid en souplesse iets wat je hier van in het begin meekrijgt en zeker op de weg in je voordeel kan uitspelen. De algemene snelheid ligt hier ook hoger, wat in een sprint van pas komt. Daarnaast leer je hier, veel meer dan in een wegpeloton, om dicht op een achterwiel te rijden. Daardoor ontwikkel je ook de nodige stuurvaardigheid. En omdat je maar met een versnelling zit, ga je sneller vooruitkijken om op situaties te anticiperen.”
Op de piste leren jonge renners zaken die ook op de weg van pas komen
De voordelen zijn niet te ontkennen en dat bewijst de huidige generatie profs ook. “Onze beste vrouwelijke wielrenners, Jolien D’hoore en Lotte Kopecky, hebben niet toevallig beide een rijke pistecarrière opgebouwd. Bij de Belgische mannen is er ook heel wat talent, al zijn het wat minder ronkende namen als bij de Angelsaksische landen met onder meer Mark Cavendish en ex-tourwinnaars Bradley Wiggins en Geraint Thomas.”
Pistetalent
Ook in West-Vlaanderen is het pistetalent aanwezig. “Er zijn hier zeker jongens en meisjes die op dit moment veel potentieel tonen. Exponenten zijn misschien wel Marith Vanhove en Shari Bossuyt, die ons op dit moment vertegenwoordigen op het Europees Kampioenschap baanwielrennen in Apeldoorn. We mogen dus positief zijn over de toekomst. Hopelijk zien we, ondanks deze wat verloren zomer, toch opnieuw wat instroom en kunnen we vanaf nu de trainingsagenda zoals voorzien afwerken.”