Jens Dalle op terugweg na valpartijen: “Lang geleden dat ik me zo geamuseerd heb”

Jens Dalle heeft het goede gevoel teruggevonden. Dat was hij kwijt na twee valpartijen op amper een week tijd. En wat het nog spijtiger maakte voor de 18-jarige Diksmuideling: het gebeurde net nadat hij zijn eerste zege van het seizoen te pakken had. In plaats van op zijn elan door te gaan, werd het wonden likken.

Ook voor Jens Dalle was het lang wachten op de start van het wielerseizoen, maar de 18-jarige Diksmuideling stond er wel van bij het begin. Zo werd hij onder andere zevende in Passendale en 14de in Vlamertinge. Op 18 juli volgde dan zijn eerste overwinning van het seizoen: in de kermiskoers van Kruisem gaf hij iedereen het nakijken.

“Daarna hoopte ik inderdaad vertrokken te zijn”, knikt Jens. “Tot dan toe was mijn seizoen niet slecht, maar ook niet super. Het is dan ook ontzettend jammer dat ik een week na mijn zege een eerste keer ten val kom. In de koers van Linter, een manche van de Beker van België, vallen ze op 500 meter vlak voor mijn neus. Ik kon geen kant meer op en sloeg ook tegen het asfalt. En een week later, in Gistel, was het weer van dat. Opnieuw vallen ze vlak voor mijn neus, dit keer al na één km. Het resultaat: overal schaafwonden, een knie die begon op te zwellen en enkele weken heel rustig aan moeten doen…”

Op die manier miste de tweedejaarsjunior van Onder Ons Parike enkele mooie koersen én belangrijke trainingsweken. “En moest ik op zoek naar een nieuwe fiets”, vult Dalle aan. “Ik had namelijk twee keer mijn kader gebroken. Gelukkig kan ik rekenen op een fantastische fietsenmaker, Soigneurs Vélo uit Zedelgem. Ik ga daar altijd en ben daar ontzettend tevreden over. Ook nu weer: ze hadden nog een fiets in mijn maat staan. Op die manier kon ik direct weer verder.”

Geamuseerd

De competitie hervatte hij op 21 augustus in Balegem, een goede maand na zijn zege in Kruisem. Daar liep het nog niet zo soepel. “Afgelopen weekend ging het al een pak beter. De benen voelden goed en het was lang geleden dat ik me nog zo geamuseerd heb in de koers. Al in de eerste ronde reden we weg met zes man, maar het waren vooral ikzelf en een Amerikaanse werk die het werk moesten opknappen. In de slotfase konden daardoor nog verschillende groepjes komen aansluiten. Toen Milan De Meester ging, was het beste er bij mij wat af. Het ging me niet gelukt zijn om in mijn ééntje nog dat gat dicht te rijden. Maar ik ben wel ontzettend blij met mijn koers. De vorm is opnieuw in orde en het vertrouwen is terug.”

Het zou mooi zijn mocht ik Parijs-Roubaix nog kunnen rijden

Dat belooft dus voor de rest van het seizoen. Koersen waar hij specifiek naar uitkijkt zijn er niet echt, maar hij heeft wel veel zin in het najaar. “Elke koers is een kans hé. Het zou wel mooi zijn mocht ik dit najaar nog Parijs-Roubaix kunnen rijden. Ik zou heel graag geselecteerd worden door de ploeg.”

Wielerschool

Dat wordt dus nog enkele maanden stevig doortrainen voor Jens Dalle. Een probleem zal dat wel niet worden, want de Diksmuideling houdt van de fiets en kan perfect trainen nu hij naar de Wielerschool in Oudenaarde gaat.

“Dat is echt plezant, kunnen fietsen tijdens de lesuren”, lacht Dalle. “Oudenaarde ligt niet bij de deur, maar met de trein is het wel te doen. We trainen op dinsdag, woensdag en donderdag. Ik neem dinsdag mijn fiets mee naar school en op donderdag neem ik hem weer mee naar huis.”

Ook volgend jaar, als eerstejaarsbelofte, zal Dalle nog in het peloton terug te vinden zijn. Zich amuseren wordt dan het belangrijkste. “Er wordt tegenwoordig heel veel druk gelegd op jonge renners. Soms al van bij de nieuwelingen. En daar ben ik eerlijk gezegd geen fan van. Het mag er professioneel aan toe gaan en een goede begeleiding is belangrijk, maar je moet opletten dat je die jonge gasten niet opbrandt. Altijd maar meer willen trainen is ook niet goed. Het moet nog altijd plezant blijven”, besluit Dalle.