Wie deze week langs de Bruggestraat in Oedelem reed, merkte ongetwijfeld de vitrine van Eric Roose al op. Hij versierde de etalage van de voormalige kledingwinkel van zijn vrouw vol wielertruien. Als vader van Kurt Roose, mecanicien bij Soudal Quick-Step, volgt hij de koers nog steeds van dichtbij.
De naam Kurt Roose zal bij weinigen een belletje doen rinkelen. Wat wel in het collectief geheugen staat, is de pech van Remco Evenepoel op weg naar Olympisch Goud bij de Spelen van Parijs 2024. De Belgische mecanicien die hem toen een duw naar de overwinning gaf, is Kurt Roose. Als zoon van Eric en Nicole werd de koers hem met de paplepel ingegoten. Vader Eric is tot op vandaag nog dagelijks met de koers in de weer. “Ik ben al zolang ik leef bezig met de koers”, steekt Eric van wal. “Mijn vader was een coureur, net als mijn grootvader. Bovendien was mijn vader aan de slag als fietsenmaker. Ik mocht hem helaas niet opvolgen als coureur. Mijn mama was erg angstig over de sport nadat mijn vader ooit eens viel en zich ernstig bezeerde aan de neus. De schrik zat erin en ik mocht geen coureur worden”, legt hij uit. Hij nam wel eens deel aan Brussel-Parijs-Brussel, een tocht van maar liefst 600 kilometer.
Fietsenmaker
“Dat was een dag, een nacht en nog een dag fietsen”, reageert Roose. “En tijdens die afstand viel ik maar liefst negen keer plat. In die tijd moest je ook elke keer een nieuwe tube leggen hé, dat was niet zomaar een wiel vervangen.”
“Sommige landgenoten vallen een beetje door de mand”
Eric volgde later een opleiding tot fietsenmaker. “Al kon ik nog voor ze de uitleg afrondden, zelf al een wiel maken”, grapt de man. “Mijn zoon ging wel in de koers en ik ging heel vaak mee. Toen ze gingen trainen op de Rodenberg, vergezelde ik hen als mecanicien. Bovendien had ik ervaring als hulpverlener, ook dat kwam van pas.” Uiteindelijk was Roose aan de slag als mecanicien bij bedrijven, loodgieter en als technisch medewerker bij OCMW Brugge. “Ik deed een beetje van alles. Van het verhuizen van overledenen tot het repareren en nazien van gasbranders of invallen voor een nachtshift in een ziekenhuis.”
Zoon Kurt ging na zijn studies aan de slag bij een timmerman nadat hij daar een opleiding voor had gevolgd. “Tot hij naar het leger moest. Hij is wellicht een van de laatsten die dat nog moest doen. Onze zoon mocht bij de marine, maar hij heeft nooit een druppel water gezien”, lacht Roose.
Soudal Quick-Step
Ondertussen werkt zoon Kurt al 28 jaar bij de ploeg van voormalig ploegbaas Patrick Lefèvre. “Opvallend is dat Patrick nu werd opgevolgd door Jurgen Foré, eveneens een voormalig renner. Mijn zoon heeft nog met Foré gekoerst, dus dat schept meteen al een band”, lacht de trotse vader.
De grote verzameling truitjes is ondertussen te zien in de vitrine van de voormalige kledingwinkel van Nicole en Eric. “Als je je hele leven in de sport zit, bouw je zoiets op”, reageert Eric. “Ik ken veel mensen en dan wissel je al eens truitjes uit. Bovendien is dat ook het geval bij mijn zoon, op die manier heb je wel snel een verzameling. Het is dubbel zo fijn om die ter gelegenheid van De Ronde nog eens boven te halen.”
Eric volgt de koers nog steeds dagelijks. Als we naar zijn favorieten voor zondag polsen, trekt hij resoluut de kaart van Pogacar. “Ik onthou tegenwoordig helaas minder namen. Vroeger waren er ook meer Belgen bij. Nu denk ik vooral aan de Sloveen, hij zal er niet ver naast zitten. Het is bizar dat sommige landgenoten een beetje door de mand vallen. Kijk naar De Lie, dat is toch een boerenzoon? Dat zijn toch kloeke gasten? Het komt er niet uit, dat is opvallend.”