Het kalenderjaar 2025 is fantastisch verlopen voor de damesploeg van KFC Damme. De titel werd behaald en de promotie naar de interprovinciale reeks werd uitbundig gevierd. De vereniging ging de winterstop in als eerste op dat hogere niveau. Waar zal dat eindigen?
Evy Vandenbogaerde genoot mee van al die successen tot ze eind september geconfronteerd werd met een weerbarstig letsel. “Voordien had ik alles gespeeld, zowel tijdens het vorige seizoen als bij de start van de huidige campagne. Toen geraakte de peesplaat van mijn knie geïrriteerd. In de volksmond spreekt men van een lopersknie.”
“Dit vervelend letsel hield me heel lang buiten de krijtlijnen. Gelukkig mag ik eindelijk weer voluit gaan. Het zal bikkelen worden voor een vaste stek, want zelfs zonder mij dienden de coaches week na week serieuze selectieknopen door te hakken. Dat doen ze echt in eer en geweten.”
Twee hoofdtrainers
“We behaalden de titel op het juiste moment, want enkele oudere gevestigde waarden namen afscheid. Die werden vervangen door talentrijke nieuwkomers. Je ziet wel waar we staan. Nieuw voor iedereen was het feit dat we onder de vleugels kwamen van twee hoofdtrainers: Okwor Odinaka en Andy Vanhulle.”
“Na Nieuwjaar gaan we er weer eendrachtig tegenaan”
“In het begin was dat even wennen, zowel voor de oefenmeesters als voor de groep. De sportieve leiders groeiden naar elkaar toe. We kunnen nu zelfs sessies in kleine groepjes inlassen en alles loopt gesmeerd. De nieuwelingen en de oude garde, zeg maar, werden vlot geïntegreerd tot een fantastisch voetballend geheel. De vriendschapsbanden werden gesmeed. Kortom, we zijn een collectieve ploeg. Zopas ging de quasi voltallige kern op teambuilding naar Leuven. We volgden de wedstrijd OHL tegen Arsenal. Na Nieuwjaar gaan we er weer eendrachtig tegenaan.”
“Of we opnieuw mikken op promotie? Voorlopig denken we daar niet aan. Al sluiten we geen enkele sportieve uitdaging uit. En ja, ik ben nog trainster ook, bij de allerkleinsten. Dat is telkens weer heerlijk genieten. Het blijft leuk om die bende progressie te zien maken.” (JPV)