Trenson-Verbandt: burenduel op het veld, maar ook in het dagelijks leven: “Klup vs. de club van hiernaast”

Patrick Trenson, Martine Calleeuw en Albert Verbandt over de liefde voor hun ploeg in brasserie De Tijl in Sint-Andries. (foto ACR)
Redactie KW

Voor het echtpaar Patrick Trenson en Martine Calleeuw enerzijds en Albert Verbandt anderzijds wordt de derby niet enkel een burenstrijd op het veld. In het dagelijks leven zijn de buren immers ook voor hun ploeg actief in het Jan Breydelstadion. “Als Cercle thuis speelt, is het moeilijk om mij in te tomen”, vertelt Albert Verbandt.

Patrick Trenson en Martine Calleeuw zijn al 16 jaar zelfstandige uitbaters van enkele cafetaria’s van Club Brugge, alsook in The Nest in Roeselare. In het verleden woonden ze als conciërge in de nok van het Jan Breydelstadion, maar verhuisden naar een appartement in Sint-Michiels nabij de brug van Steenbrugge. Daar leerden ze Albert Verbandt kennen als buur. Martine kreeg binnen de familie Lambert – haar ma Nicole was de broer van Raoul – het Clubgevoel met de paplepel binnen. Patrick ook. “Ik ben geboren langs de Langerei. Mijn vader gaf 50 Belgische frank aan de nonnen omdat ze mij eerst zouden dopen zodat hij naar het voetbal kon. Mijn ouders verhuisden later naar een woning in de schaduw van De Klokke. Dat was mijn pa zijn grootste wens. Gilbert Trenson is ondertussen 95 en heeft nog altijd een abonnement op Club”, vertelt Patrick die bij Club ook al 25 jaar fungeert als jeugdafgevaardigde.

Albert Verbandt trok als een zevenjarige met zijn fiets vanuit Zedelgem samen met zijn vader Marcel naar het Edgard De Smedtstadion. Ondertussen is hij nu zo’n 35 jaar actief op Cercle. “Ik heb veel gedaan. Trainer en speler was ik niet. Nu ben ik zo’n 17 jaar materiaalman bij de eerste ploeg. Thuis heb ik een boek met alle trainers en spelers die ik in die functie heb gekend. De spelers van nu vertel ik graag anekdotes van vroeger. Ik heb prachtige verhalen.”

“Toen ik in Sint-Michiels ging wonen, moest ik rekening houden met de buren, die fan waren van Club. Maar we hebben ondertussen een heel goede verstandhouding. We plagen elkaar wel eens, zonder te kwetsen. Zeker als de derby eraan komt. En als Cercle thuis speelt, is het moeilijk om mij in te tomen. Toen Dany Verlinden bij ons trainer werd, heb ik de eerste twee weken niet tegen hem gepraat – dat is mijn principe, omdat hij een Clubverleden heeft. Veertien dagen later kwam daar nog Rudi Cossey bij. Ondertussen ben ik goed bevriend met Dany.”

De rivaliteit aan de andere zijde van het stadion is volgens Patrick anders. “Cercle vormt geen vijand. Andere ploegen zijn dat wel. Een derby leeft meer bij Cercle dan bij Club. Onze fans komen vanuit het hele land. Zij liggen niet wakker van het Brugs burenduel. Zondag zal de interesse, tijdens de match van het jaar, uiteraard anders zijn.”

Albert zit niet langs de zijlijn, hij volgt de derby op televisie in de spelershome van groen-zwart. “Daar schrijven we overigens Klup, als het over de buren gaat. Iedereen neemt dat over, zelfs de trainer.” Patrick glimlacht. “Bij ons in de kantine staat Cercle niet op het bord met de uitslagen, wel de club van hiernaast. Vroeger moest men 50 eurocent in een spaarpot steken als het woord Cercle werd gebruikt. Nu mag je dat zeggen, want het is Monaco C geworden.”

Metamorfose

Club doorgaat in de Champions’ Play-Offs een heuse metamorfose. “Het is eigenlijk een vreemd jaar geweest”, vindt Patrick. “Goed was het niet, maar we spelen wel voor de titel en behaalden de halve finale van Croky Cup en de Conference League. En dan is er de halvering van de punten. Club heeft daar nooit op ingestemd. Soms is het in je voordeel of in je nadeel. Zoals nu bij Union.”

Speciale trainer

Verbandt: “Onze trainer is zeer speciaal. Tijdens de week is dat voortdurend push, ervoor gaan en de spelers geraken het niet moe. Hij is een motivator en brengt evenwicht in de groep. De spelers gaan voor hem door het vuur.”

Patrick knikt: “Ik wens het Cercle toe, als wij maar kampioen spelen. Het zal niet gemakkelijk zijn. Cercle zal supergemotiveerd zijn. Ook zij kunnen een prijs pakken. Hopelijk is het een mooie match. Er zal een goede arbiter nodig zijn. Ik tip op 3-1.” Het is Jonathan Lardot als scheids. “Dat is een goeie. Ik hoop op een gelijkspel, 2-2”, besluit Verbandt. “Lukt het niet dan hebben we tegen Gent nog een tweede kans.”