In het hoofd van toptrainer Miron Muslic (Cercle Brugge): “Intensiteit staat voor mij gelijk aan entertainment”

Tjorven Messiaen
Tjorven Messiaen Reporter

Vorig seizoen waren ze nog met vijf, nu hebben we nog maar drie West-Vlaamse eersteklassers. Alle drie starten ze het nieuwe seizoen met een nieuwe T1. Daarom fileren wij opnieuw aan de hand van tien quotes van internationale topcoaches de visie en aanpak van respectievelijk Edward Still, Miron Muslic en Ronny Deila. Deze week is het de beurt aan Cercle Brugge-coach Miron Muslic. “Mijn familie is mijn motivatie.”

1. “Het is niet onze job om de spelers gelukkig te houden, maar om ze betrokken te houden.” (Miron Muslic)

Miron Muslic: “Een quote die uithangt in mijn bureau om me er dagelijks aan te herinneren. Ik heb een kern van 28 spelers, maar ik kan er slechts elf opstellen. Die elf jongens zullen tevreden zijn, maar de mannen die op de bank of zelfs in de tribune zitten, zullen vinden dat ik een slechte beslissing heb genomen. Het is dus onmogelijk om elke speler gelukkig te houden. Net daarom moet je dat als coach ook niet proberen nastreven. Wel moet je proberen om ook die jongens betrokken te houden bij het verhaal dat je wil schrijven. Hoe? Door iedereen een faire kans te geven. We hebben een duidelijke spelstijl en werkomgeving: we vragen aan spelers om constant het maximale te geven. Als ze dat doen, zullen hun kansen op speelminuten exponentieel groeien. Ik heb ook het gevoel dat de jongens daarin meegaan, dat bewijzen zowel de resultaten, als onze fysieke output. Die aanpak is naar mijn gevoel een van de geheimen achter het succes van Cercle in het afgelopen jaar.”

2. “Ik wil de bal negentig minuten hebben. Als ik de bal niet heb, ga ik hoog pressen.” (Pep Guardiola)

(lacht) “Onze aanpak is eigenlijk het tegenovergestelde. Wij voelen ons net comfortabel als de tegenstander de bal heeft, want dan kunnen we onze pressing en triggers voorbereiden om de bal zo hoog mogelijk op het veld te heroveren. Ons spel start met balbezit van de tegenstanders. Criticasters zullen dat misschien geen voetbalromantische aanpak vinden, maar daar draait het in voetbal niet om. Het draait om goals maken, en laat dat nu net het doel zijn van die pressing. Het is op zich een verdedigende strategie, maar wel eentje met als doel om constant aan te vallen. Het is ook daarom dat een match van Cercle nooit saai is.”

3. “Je moet voetballen om de fans te vermaken.” (Louis van Gaal)

“Dat is vrij correct, ja. We moeten de fans iets geven. Dat is ook waarom ik net zei dat een match van Cercle nooit saai is, want er zit tempo in onze matchen en er wordt veel gescoord. Criticasters zeggen dat ons voetbal enkel bestaat uit lopen, duels, druk zetten en lange ballen. Maar dan antwoord ik: vechten, lopen en intensiteit is fundamenteel in het voetbal. Voetbal zonder intensiteit, dát is pas saai. Voor mij staat intensiteit gelijk aan entertainment.”

“Vechten, lopen en intensiteit is essentieel in het voetbal”, vindt Muslic.
“Vechten, lopen en intensiteit is essentieel in het voetbal”, vindt Muslic. © Isosport

4. “Dertig procent van de coaching is tactiek, zeventig procent is sociale competentie.” (Julian Nagelsmann)

“Ik zou er geen cijfers op plakken, maar er is wel iets van aan. Squad management is minstens even belangrijk als het technische en tactische aspect. Als trainer werk je met mensen met verschillende noden, achtergronden, karakters en ambities. Dan moet je in staat zijn om daarmee om te gaan en de juiste benadering te vinden om elke speler te raken. Als ik bijvoorbeeld een individueel gesprek voer met Kevin Denkey, dan zal ik een andere taal, benadering en lichaamstaal hanteren dan wanneer ik met pakweg Hannes Van Der Bruggen spreek.”

5. “Het is tegenwoordig mode om iedereen naar zijn mening te vragen. De zogenaamde experts. Of ze er echt verstand van hebben, doet er niet toe. Als ze maar wat roepen.” (Willem van Hanegem)

“Ik volg eerlijk gezegd niet wat analisten of journalisten zeggen en schrijven. Het is hun goed recht om hun mening te geven, maar ik volg het niet. Niet omdat ik die mensen niet leuk vind of niet respecteer, maar gewoon omdat ik wel betere dingen te doen heb dan te luisteren naar wat zij vinden van mijn pressing.” (lacht)

6. “Ik ben altijd overtuigd geweest van mijn kwaliteiten en heb nooit aan mezelf getwijfeld. Ook al wordt een coach uiteindelijk beoordeeld op zijn resultaten.” (Massimiliano Allegri)

“Ik heb wel vertrouwen in mijn kwaliteiten, ja. Dat is ook belangrijk, want onze speelstijl vergt vertrouwen en dapperheid. Ik probeer dat zelfvertrouwen ook uit te stralen naar mijn ploeg. Al trek ik anderzijds ook wel alles wat ik doe in twijfel. Het is immers die twijfel die me wakker houdt en maakt dat ik alles in vraag blijf stellen. Als we 0-4 winnen op Standard en ik een dag later 55 fases in die match zie waarin we niet goed pressen of het niet goed uitspelen, dan begin ik te twijfelen of ik de jongens wel goed genoeg had voorbereid. Die twijfel helpt me om beter te worden. En ik moet elke dag beter worden, want ik maak dagelijks fouten. Maar dat is oké, zolang ik morgen niet dezelfde fout opnieuw maak.”

7. “Het is duidelijk dat ik voor de VAR ben.” (Thomas Tuchel)

“Ik ben pro sport, pro voetbal, pro spelers, pro coaches en pro scheidsrechters. Ik vind alleen dat die laatsten meer steun moeten krijgen. Als we hen echt op een hoger niveau willen krijgen, dan moeten we hen de professionele ondersteuning bieden die ze verdienen. En dat gaat dan van de juiste omkadering over de juiste infrastructuur tot voldoende financiële middelen.”

Muslic probeert elke speler op een aangepaste manier te benaderen. “Als ik een individueel gesprek voer met Kevin Denkey (foto), dan zal ik een andere taal, benadering en lichaamstaal hanteren dan wanneer ik met pakweg Hannes Van Der Bruggen spreek.”
Muslic probeert elke speler op een aangepaste manier te benaderen. “Als ik een individueel gesprek voer met Kevin Denkey (foto), dan zal ik een andere taal, benadering en lichaamstaal hanteren dan wanneer ik met pakweg Hannes Van Der Bruggen spreek.” © Isosport

8. “Ik ben graag grappig. Ik kan niet de hele tijd gefocust, gedisciplineerd en gecontroleerd blijven. Als de spelers te nerveus zijn voor een wedstrijd, moet ik ze ontspannen, kalmeren.” (Carlo Ancelotti)

“Helemaal akkoord. Bij Cercle lachen we constant en maken we continu grapjes, maar als er gewerkt moet worden, dan wordt er ook gewerkt. Dat heb ik opgepikt van Jessie March, die ik enkele jaren geleden van dichtbij mocht volgen toen hij coach was van RB Salzburg. Als zijn ploeg daar een rondo deed, was dat 60 seconden aan de hoogst mogelijke intensiteit. Ze lieten bij wijze van spreken verbrande grond achter. Maar in de pauzes was iedereen aan het lachen en mopjes aan het maken. Dat hebben we hier bij Cercle nu ook. We gaan all-in, maar tussendoor genieten we en lachen we, want het blijft een privilege om voetballer of coach te zijn.”

9. “Ik heb het erg druk. Ik werk de hele tijd hard. Maar ik moet ook ontspannen; ik moet de verbinding verbreken. Daarom hou ik van paardenraces, tijd doorbrengen met mijn vrienden. Het helpt me om energie terug te krijgen.” (Massimiliano Allegri)

“Ik ben heel veeleisend voor mezelf, maar ik heb dagelijks toch ook mijn momentje nodig. Dan ga ik met de staf padellen of stop ik op weg naar huis aan Tillegembos. Dan wandel ik daar een tijdje rond, zonder telefoon en ben ik even weg van het voetbal. Dat is noodzakelijk, anders zou ik veel dingen in het leven missen die belangrijker zijn dan voetbal. Al is het wel moeilijker om helemaal los te koppelen zonder mijn familie in de buurt. Pas bij mijn familie in Bosnië kan ik echt tot rust komen. Ik ben een familieman, een vader. Mijn vrouw en ik zijn meer dan twintig jaar samen en we hebben drie prachtige kinderen. Dan is het niet altijd gemakkelijk om ’s avonds een leeg appartement binnen te stappen. Al probeer ik dat om te draaien in een positieve energie. Mijn familie is mijn motivatie. De volgende tien jaar wil ik zo succesvol mogelijk zijn in het voetbal dat ik voor mijn drie kinderen een appartement kan kopen. Dat is mijn doel. Zodat ik hen een woonzekerheid kan bieden. Ik heb drie kinderen, dus ik zal wel wat geld nodig hebben, (lacht) maar dit is een opoffering die ik voor hen maak. Dat is mijn dagelijkse drive.”

10. “Elke transfer brengt een verandering in de kleedkamer die ik moet beschermen, dat is mijn taak.” (Thomas Tuchel)

“Klopt, dat is waarom we de spelers niet alleen scouten, maar ook een achtergrondcheck doen. Voetballende kwaliteiten zijn gemakkelijk te herkennen en data en statistieken zijn er genoeg, maar je moet ook de achtergrond van de speler kennen om te zien of hij wel in je club, kern en werkcultuur past. Sinds een jaar of twee houden we dat bij Cercle heel nauw in de gaten. Ter illustratie: toen Carlos Avina mij aanstelde, had hij een dossier van 45 pagina’s over mij. Zoiets is noodzakelijk, want het gaat nu eenmaal over geld én over mensen. Het inpassen van nieuwe jongens maakt trouwens ook dat je job als trainer nooit af is.”

“Toen Carlos Avina mij aanstelde, had hij een dossier van 45 pagina’s over mij. Zoiets is noodzakelijk, want het gaat nu eenmaal over geld én over mensen”, vertelt Muslic over de uitgebreide background check die Cerlce uitvoert bij potentiële transfertargets.
“Toen Carlos Avina mij aanstelde, had hij een dossier van 45 pagina’s over mij. Zoiets is noodzakelijk, want het gaat nu eenmaal over geld én over mensen”, vertelt Muslic over de uitgebreide background check die Cerlce uitvoert bij potentiële transfertargets. © KURT DESPLENTER BELGA