Assistent Radhi Jaïdi is terug om Cercle defensief beter te maken: “Over drie jaar zien we Cercle op een heel ander niveau voetballen”
Na het ontslag van Dominik Thalhammer en het aanstellen van Miron Muslic als hoofdtrainer moest Cercle Brugge op zoek naar een nieuwe assistent-trainer. Die vond men in Radhi Jaïdi. De 47-jarige Tunesiër was eerder al aan de slag bij groen-zwart als assistent van Yves Vanderhaeghe. Een gesprek.
Radhi Jaïdi (47) begon in zijn land in 1988 als voetballer in het Stade Gabésien om daarna in Tunis elf jaar voor het grote Espérance uit te komen. Als 105-voudig international maakte hij als aanvoerder deel uit van het succesvolle Tunesische team dat in eigen land de Africa Cup won, hun enige titel tot nu toe. Op zijn 28ste ging hij als eerste Tunesiër ooit in de Premier League aan de slag: bij Bolton Wanderers, Birmingham City en Southampton waar hij in 2012 is gestopt en er daarna coach werd van de U21 en de U23. Met die laatste won hij het Engelse kampioenschap 2018-2019 en werkte hij bij The Saints samen met grootheden als Mauricio Pochettino en Ronald Koeman als coach van het eerste elftal.
Paul Mitchell
De echtgenote en kinderen van Jaïdi wonen in Southampton waar hij destijds Paul Mitchell, nu de sportieve baas bij AS Monaco, leerde kennen. “Paul was er hoofd rekrutering. We hadden een goede tijd, een promotie naar de Premier League, we bouwden aan een team”, vertelt de assistent-coach. “Het was een opportuniteit om veel te leren, van mij de persoon te maken die ik nu ben. Southampton had een partnership met Hartford Athletic, in de VS. Ik ging daar als hoofdtrainer een jaar naartoe en we bereikten voor het eerst in hun geschiedenis de play-offs. Het was dus een succesvolle ervaring, maar ik wilde terug naar Europa. Cercle had mijn curriculum vitae, er volgde onder andere een gesprek met Paul Clement en ik werd aangenomen, alsook om een oplossing te bieden voor de taalbarrière met de spelers.”
In de zomer van vorig jaar besliste Jaïdi dan om in te gaan op een nieuwe uitdaging, bij Espérance Tunis. Daar werd hij later ontslagen en keerde naar Cercle terug. “Het verschil met mijn eerste periode is enorm”, vindt hij. “In alle aspecten werkt men vanuit een basis. Die is aan het groeien. Nu zijn we aan de details bezig om deze jonge groep naar een hoger niveau te tillen. Er zijn opdrachten die moeten gevolgd worden, de spelers begrijpen die principes en er is onze bijzonder stijl van spelen: agressief met een hoge intensiteit. Proberen de bal zo vlug mogelijk te heroveren en meteen vooruit voetballen. Dat lijkt ondertussen voor iedereen duidelijk. Het is een plezier om te zien hoe die progressie er in een toch wel korte periode kwam. Over drie jaar zien we Cercle op een heel ander niveau voetballen”, stelt Jaïdi.
Offers brengen
Hij moest in zijn geboorteland enorm hard werken om zijn niveau te bereiken. Van Tunesië naar Engeland was niet zo gemakkelijk. “Ik hecht zeer veel belang aan inzet, aan toegewijd zijn in wat je doet. Tegenwoordig zijn de voetballers vaak te veel afgeleid. Ze moeten gefocust blijven om er het beste uit te halen. Hard werken, offers brengen, zich inzetten. Pas dan kom je er.”
Jaïdi had in zijn verleden veel buitenlandse trainers of collega’s. Iedereen had een verschillende manier van denken, een mentaliteit, waarden. Zijn job bestond erin om die filosofie naar de spelers op het veld over te brengen. “Ik leerde veel. Discipline van Roger Lemerre als gewezen Frans international, technische vaardigheden van Braziliaanse coaches. Anderen gaven mij het vermogen om het voetbal vanuit een andere hoek te zien en te begrijpen.”
De coach ademt voetbalt. Soms analyseert hij matchen voor Arabische televisiekanalen. “Ik zie Cercle als een organisatie die instaat voor opleiding, ontwikkeling en vooruitgang van jonge voetballers. Net als ieder lid van de technische staf heb ik mijn eigen keep performance indications. Dat is de verdedigers van nabij volgen. Ik moet hen helpen bij het behalen van een clean-sheet, hen individueel steunen in wat ze doen, met video-analyses en op het veld met hen werken aan de details.”
Nog lange weg
Miron Muslic koos ondertussen voor drie centrale verdedigers. “Dat is in de lijn van de kwaliteiten en de spelers. Je ziet verbetering sinds we op die manier voetballen en de spelers individueel benaderen. We leren hen hoe ze in de box moeten verdedigen, hoe ze voorzetten moeten opruimen, de bal ontzetten. Ze zijn nog jong. Ik ben vooral tevreden over hun harde werk. Zoals op Seraing, dat toch direct voetbalde. Tegen Eupen toonden ze karakter. Dat is de mentaliteit die we willen zien: collectief binnen het team, proberen de tegenstander zo ver mogelijk van ons doel weg te houden. De laatste wedstrijden gaven we weinig weg en vonden we de weg naar de goal. Dat is toch een ommekeer met het begin van het seizoen. We hebben nog een lange weg te gaan, maar stap voor stap zetten we stappen in de goede richting”, toont de assistent-coach zich tevreden.
Nieuwe rol
Voor Thibo Somers en Olivier Deman is er zelfs een nieuwe rol, als wingback. “Dat ligt in de lijn van hun kwaliteiten. Twee aanvallende spelers die in de box geraken. In een 3-4-2-1 lukt hen dat aardig. Tegen Eupen scoorden we twee keer vanop de flank. Thibo zorgde vooreen goal en Oliver leverde een assist af. Dat is wat wij willen. We zijn tevreden dat ze hun kwaliteiten in onze manier van voetballen kunnen brengen. Het zorgt voor succes. Ook al blijven we defensief met hen verder werken. Corrigeren waar nodig en aanmoedigen om op die manier verder te doen.” (AC)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier