ANALYSE Wat deed Alfred Schreuder beter dan Scott Parker?

Alfred Schreuder kwam Club Brugge net als Scott Parker vervoegen in de maand januari, maar na acht matchen wist hij wel betere resultaten voor te leggen. © Belga/Montage KW
John Taillieu
John Taillieu Medewerker KW

Wég vierde opeenvolgende titel, het wordt zondag tegen AA Gent een gevecht voor de vierde plaats. Bij thuisverlies tegen de aartsrivaal komt de positie van Scott Parker, pas twee maanden coach van Club Brugge, danig in gevaar. Want: 9 op 24, de kloof met de leider is opgelopen van 12 naar 20 punten en al negen wedstrijden op rij staat er een ander basiselftal op het veld. We maken vandaag de vergelijking met vorig seizoen, onder Alfred Schreuder die ook in januari ingevallen is. Na twee maanden pakte hij 17 op 24 en na een dikke vier maanden werd de kloof met Union van 7 punten omgezet in de titel. Wat deed de Nederlander beter dan de Engelsman?

Is het de start?

Toen Schreuder op 3 januari 2022 de opvolger van Clement werd, vertoefde Club op winterstage in Spanje. Daardoor kreeg de Nederlander een kleine twee weken om zijn spelers beter te leren kennen. Schreuder wist meteen de problemen te benoemen: “We slikken te veel tegengoals. Daar gaan we ons op focussen. Ik wil dominant voetbal, zowel in balbezit als in balverlies.” Hij gooide het systeem om en koos resoluut voor een 3-5-2. Die aanpak rendeerde en Schreuder won meteen zijn eerste match met 2-0 tegen Sint-Truiden, hij was toen twaalf dagen coach bij Club.

Parker was die kennismakingsperiode niet gegund: vijf dagen na zijn eerste werkdag wachtte de lastige verplaatsing naar leider en ploeg in vorm Racing Genk. Ondanks een voorsprong verloor Club kansloos met 3-1. Parker probeerde tijd te kopen: “Er is tijd nodig om mijn vista erin te krijgen. De volgende weken zul je het team progressie zien maken.”

Hoezo progressie?

Acht competitiewedstrijden heeft Parker inmiddels achter de rug. Van die progressie, op het veld én in het klassement, is geen sprake. Meer nog: met een schamele 9 op 24 kende Parker de slechtste start als Club-trainer in meer dan veertig jaar. Dan kon Schreuder na acht competitiematchen andere cijfers voorleggen: 17 op 24. En met vier clean sheets en een doelsaldo van 15 tegen 6 had Schreuder het probleem van de tegengoals tijdig getackeld. Dat kan van Parker niet gezegd worden: 11 tegengoals al, met amper 10 gemaakte goals zelfs een negatief doelsaldo.

Is achterin constant wisselen daar dan de oplossing voor?

Gouden Schoen Mignolet wist onder Parker nog maar één keer zijn netten schoon te houden. De Engelsman kiest zowat elke week voor een ander centraal duo achterin. Hij wisselde voortdurend met Odoi, Mechele, Sylla, Boyata, Hendry… zelfs ín de matchen. Verre van ideaal om automatismen te creëren. Of zoals ex-trainer Hugo Broos al enkele weken geleden in onze krant liet optekenen: “Met die vele wissels geeft de trainer aan de groep aan dat hij zelf nog aan het zoeken is. Het is soms beter om een ploeg een paar wedstrijden te laten staan. Hij verandert te veel, op die manier brengt hij zelf twijfel in de ploeg.”

(lees verder onder de foto)

Alfred Schreuder.
Alfred Schreuder. © BELGA

Maar Parker bleef maar sleutelen aan zijn defensie. “We zijn op zoek naar stabiliteit achterin. Ik leer nog steeds bij over mijn team, dat verklaart ook de vele wissels in mijn defensie”, bleef hij zich maar verdedigen. Dan was Schreuder sneller klaar met zijn vaste driemansdefensie: Mata-Mechele-Nsoki. Ook al liet Nsoki af en toe een steekje vallen, de coach gaf hem telkens het vertrouwen.

Was Schreuder voorin beter bediend?

Tien goals in acht wedstrijden: geen cijfers om van achterover te vallen. Ook hier dezelfde constante: de vele wissels voorin. Zowel Lang, Yaremchuk als Jutgla startten al als diepe spits. “Lang geeft ons opties voorin. Hij brengt een andere dynamiek dan Jutgla en Yaremchuk”, legt Parker dan uit. Maar zondag koos hij weer voor Jutgla… Want Lang, de laatste weken de beste man op het veld, haakt veel af en speelt graag tussen de linies waardoor er vaak niemand in de zone van de waarheid te bespeuren valt. Verdient Yaremchuk, destijds bij Gent toch een killer, niet eens een paar weken vertrouwen? Of toch beter terugkeren naar twee spitsen, Jutgla en Sowah die onder Hoefkens bewezen erg complementair te zijn?

In elk geval was Schreuder voorin beter bediend. De Nederlander koos vaak voor de beweeglijkheid van Lang en De Ketelaere (3 goals in die 8 matchen), maar beschikte ook nog over nog Bast Dost (4) en Adamyan (2). Samen goed voor 9 goals dus. De droogte bij de spitsen van Parker is opvallend. Jutgla’s laatste treffer dateert van eind december, vóór Parker dus. Yaremchuk staat al droog sinds halverwege oktober.

Is het constante gepuzzel van Parker het grootste probleem?

Net zoals Parker was Schreuder zoekende naar zijn ideale elftal. Maar het duurde wel minder dan een maand alvorens hij zijn beste elf had samengesteld. Na een vijftal wedstrijden koos Schreuder voor Mignolet; Mata, Mechele, Nsoki; Skov Olsen, Odoi, Rits, Vanaken, Buchanan; Lang en De Ketelaere. Op een blessure en een schorsing na bleven dit dezelfde elf die een ongeslagen reeks van veertien wedstrijden neerzetten. Parker, blijkbaar een volbloed tinkerman (een coach die voortdurend experimenteert), is bijna twee maanden aan het bewind en hij gebruikte nog geen twee keer dezelfde opstelling.

(lees verder onder de foto)

Scott Parker.
Scott Parker. © BELGA

Ook op het middenveld wisselt hij constant tussen Nielsen, Rits en Odoi. Nefast, of zoals ex-trainer Henk Houwaart het verwoordde: “Ik zou starten met een vast elftal te zetten en vertrouwen te geven aan die eerste elf. Als het niet gaat in de wedstrijd zelf, kan je nog altijd vervangen. Maar nu gebeuren er telkens twee à drie vervangingen voor de wedstrijd. Zo krijg je nooit automatismen in je elftal en krijgen je spelers ook geen zelfvertrouwen.” Naar verluidt groeit inderdaad het onbehagen in de kleedkamer.

Is de lusteloosheid van tegen Cercle een veeg teken?

Schreuder koos snel voor organisatie en mentaliteit. Sprankelend was het voetbal zelden maar de resultaten waren er wel. No Sweat, No Glory ook. Parker had bij zijn eerste persmoment ook meteen de mond vol over de inzet die hij van zijn spelers wilde zien: “Ik verwacht 100 procent passie, overgave en inzet van mijn spelers. Onvoldoende inzet is onverdedigbaar.” Maar zijn ploeg bleek mentaal zwak, bij een tegendoelpunt gaan de kopjes snel naar beneden. Er werd zelfs al snel een mental coach (Rudy Heylen) ingehaald. Maar de derby van vorige zondag werd een absoluut dieptepunt inzake strijd en grinta. “Onacceptabel”, aldus Parker achteraf. De slogan van Club was nochtans op zijn lijf geschreven, zei hij bij zijn aanstelling…

En nu?

Na die 17 op 24 volgden onder Schreuder (sinds zijn ontslag bij Ajax weer vrij) nog vijf opeenvolgende overwinningen in de reguliere competitie en daarna een 14 op 18 in de play-offs met de titel als kers op de taart. Bij verlies tegen Gent, 9 op 27 en voor het eerst in de geschiedenis misschien een play-off I zonder Club, is het afwachten of het duo Verhaeghe-Mannaert zijn trots opzij zet en Parker alweer opzij schuift. Bij winst – én kwaliteit in het spel – zullen de twijfels over Parker misschien eindelijk wat slinken. “Er is tijd nodig om mijn vista erin te krijgen”, aldus Parker, en ook: “Ik weet hoe goed ik ben.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier