Al meer dan veertig jaar is Fons Roets (FRO) schrijvend actief in de regionale sportwereld. Als sportliefhebber pur sang leerde hij honderden mensen en hun verhaal kennen. Iedere week duikt hij in de archiefdoos vol herinneringen en anekdotes.
Jan David is geboren in Oostende op 16 november 1958. Zijn broer Michel is vijf jaar jonger. Jan volgde de lagere school in het OLV College Mc Leodplein en het lager middelbaar, Latijn-Wetenschappen in Knokke.
Vader David was maître d’hôtel in Hotel Albert en de familie David woonde tijdelijk in Knokke. Terug in Oostende rondde Jan het middelbaar af in het OLV-College aan de Mercator. In 1980 studeerde hij af als kinesist en tijdens zijn legerdienst in Brugge, startte hij met een zelfstandige praktijk in Bredene.
Na twintig jaar praktijk namen Jan en Nadine, op 1 april 2000, Café Tennis over in Middelkerke. Hij was er twaalf jaar de patron. Wegens discussie met de brouwerijen liep het scheef. Jan onderging een heupoperatie, woonde aan de Prinsenlaan in Oostende en werd weer zelfstandig kinesist, nu in woonzorgcentrum Tara in Wilskerke, waar hij sinds januari 2014 een tijdelijke job heeft.
Jan trouwde een eerste maal in december 1981 met Ann Goethals. Samen hebben ze twee dochters Sofia (39) en Elke (37). In 1998 trouwde hij een tweede keer met Nadine Logghe en hij werd plus-vader van Nathalie, dochter van Nadine. Intussen is Jan ook al zes keer grootvader. Nadine en Jan wonen al vier jaar in Westkerke.
Niet groot, wel technisch
Jan was amper drie jaar toen hij met nonkel Reginald Boey, speler van AS Oostende in de tuin leerde voetballen en meeging naar de voetbalwedstrijden. “Als kleuter ging ik elke dag shotten op de weide aan de Mariakerkelaan en dankzij mijn neef Patrick Sanders en jeugdtrainer Paul Monteny werd ik op tienjarige leeftijd lid van de ‘krabbertjes’ van ASO.”
“Ik was niet groot, maar technisch zeer vaardig en een jaar later speelden we kampioen met de gewestelijke miniemen. Ik groeide mee als tweevoetige linksbuiten en dat had ik te danken aan Martin Kimpe, die me uren aan een stuk in de weide leerde links shotten. Met de provinciale scholieren pakte ik mijn tweede titel. Ik mocht op zestienjarige leeftijd meetrainen met de eerste ploeg.”
“Met trainer Jaak De Wit in 1977, het laatste jaar van ASO in eerste klasse, mocht ik trainen met de ASO-vedetten Wyngaerde, Dugardin, Butseraen, Demey, Lievens, Schepens, Simoen, Puis en Carteus. Mijn debuut tegen Lokeren zal ik nooit vergeten. Ik leed balverlies en Verheyen scoorde 0-3. In november 77 mocht ik meespelen tegen Antwerp voor de beker en voor de Rappan–beker mochten Hedwig, Herman en ik naar Bratislava en Kopenhagen.”

“De jaren nadien zakte ASO weg. De grote vedetten verlieten de club en financieel werd het moeilijk. Met een jonge ploeg, met twee jonge talenten Geert Tavernier en Peter Crève, speelden we niet slecht, maar konden moeilijk scoren. In derde, met nonkel Reginald als trainer, misten we de titel en in 1980, met het duo Qvick-Storme, gingen we naar de fusie, een drama voor het Oostends voetbal.”
“Er was een overvloed aan spelers en het probleem ASO-VGO bleef bestaan. Han Grijzenhout kwam de onervaren Marmenout in december 1981 vervangen en ik was weer gelanceerd als vaste kernspeler van ASO. Ik speelde ook vier internationale wedstrijden met de militaire ploeg, met Raymond Goethals als trainer.”
Dramatische 10 januari
Han Grijzenhout plande op 10 januari 1982 een oefenwedstrijd, tussen het eerste elftal en reserven op het tweede, besneeuwde terrein van het Albertpark en dan sloeg het noodlot toe. “Na goed twintig minuten was er een stevig kopduel tussen mij en verdediger Peter Fort. Ik ging voluit voor de bal en incasseerde een zware klap tegen mijn oogkas. Mijn oog ontplofte.”
“Ik was na het ongeval drie maanden out. Ik vocht terug op karakter en ging veel lopen. Fysiek was ik snel weer in orde. Ik werd hulptrainer en jeugdtrainer bij eerste provincialer FC Knokke, waar mijn nonkel Reginald trainer was. Die nam ontslag en werd opgevolgd door de Nederlander Peter de Quant. De opvolger van Peter, Gilbert Marmenout, was niet mijn beste vriend en het Knokke-verhaal werd afgesloten.”
“Ik ging liefhebbersvoetbal spelen in Torhout en Roeselare en was actief met de ploeg van de medici. We namen zelfs deel aan het WK voor medici in Venetië en werden kampioen en bekerwinnaar.”
Jeugdtrainer
Ondertussen was Jan al gestart met een carrière als jeugdtrainer en trainer. “In het seizoen 87-88 werd ik gevraagd om trainer te worden van de U16 SV Bredene. Op de laatste speeldag wonnen we met 4-3 en werden kampioen.”
“Ik kreeg aanbiedingen van KVO voor de U15 en van SV Bredene om de eerste ploeg te trainen. Daarna volgde een leuk seizoen als trainer van Eendracht De Haan. In seizoen 92-93 nam ik over van Joost Desender als trainer van Gold Star Middelkerke in 2de provinciale.”
“In 1996 stegen we naar eerste provinciale. In eerste zakte de ploeg als een pudding in elkaar en ik trok dan voor vier jaar naar Sk Eernegem. Daar nam ik, na drie succesvolle jaren in vierde nationale ontslag om cafébaas te worden in Café Tennis te Middelkerke.”
Manager en trainer
Via de horeca werd Jan in 2004 bestuurslid en manager van SK Spermalie. “Na veel trainerswissels werd ik er in 2008 ook trainer en via eindronde stegen we naar tweede provinciale”, vertelt Jan verder. “Na een discussie met voorzitter Sap kreeg ik een aanbieding van KWS Oudenburg.”
“Ze verkeerden in degradatiegevaar maar in de slotfase hebben we nog 26 op 30 behaald. Na een korte stop ben ik nog eens teruggekeerd naar KWSO om jeugdcoördinator, trainer U21 en T2 te worden. Daar haakte ik af, net voor de coronaproblemen.”
“Het voetbal liet me echter niet los en vorig seizoen fungeerde ik als TVO (Technisch Verantwoordelijke Opleiding, red.) bij fusieclub VV Koksijde-Oostduinkerke en bestuurslid bij KE Gistel om een audit op te maken voor de herstart in provinciale.”
“Na een moeilijk seizoen met veel verplaatsingen blijf ik volgend seizoen actief in KEG en heb ik mijn woord als TVO gegeven bij FC Varsenare.”
(FR)