Stefaan Bouckaert (53) is al 16 jaar voorzitter bij KSV Rumbeke, maar startte er ooit preminiem. Hij bleef de blauw-witte formatie trouw en speelde tot zijn dertigste bij de reserven. Na een ‘stille’ periode van drie jaar werd hij in het bestuur geïntroduceerd. Eerst als ondervoorzitter, later als voorzitter. De geknipte persoon dus om zijn vijf hoogtepunten voor te stellen.
1. Kampioen
“Als jeugdspeler zat ik in een sterke formatie met daarbij ook nog de huidige bestuursleden Gio Six, Jurgen Debruyne en Chris Vangheluwe. We speelden bijna altijd in de top drie in de gewestelijke reeks, een keer mochten we ook een titel vieren. Ik weet wel niet meer als dat als junior of reserve was, maar het was in ieder geval een moment dat ik niet snel zal vergeten. Velen verwachtten toen dat we met een aantal zouden kunnen doorstoten naar de eerste ploeg, zelf geraakte ik maar aan enkele selecties, en dan nog als bankzitter.”
2. Rechtstreekse titel
“In het seizoen 2009-2010 speelden we onder coach Nigel Smith kampioen in tweede provinciale, na een spannende race op de voorlaatste speeldag bij de buren van Dosko Beveren. Ik blijf erbij dat rechtstreeks promoveren nog net iets anders is dan bijvoorbeeld via een eindronde. Dit was mijn eerste titel trouwens als voorzitter.”
3. Meest sociale club
“Vorig jaar werd binnen KSV Rumbeke de sociale cel opgericht met Ann Verdonck, Nele Vandecasteele, Bieke Vandermeersch en Thomas Dhondt als voortrekkers. Hun mooie werk binnen de club werd al snel erkend door Voetbal Vlaanderen, want KSV Rumbeke werd verkozen tot de Meest sociale club van Vlaanderen. Geen enkele voetbalclub deed ons dat voor. Onlangs kwam daar nog een tweede erkenning bij door de Stad Roeselare, want op het Sportgala kregen we de Sportpluim voor het werk.”
4. (Extra-)sportieve evolutie
“Het is misschien niet meteen een specifiek moment, maar wat ik wel belangrijk vind is dat KSV Rumbeke werkelijk op alle vlakken is gegroeid. Sportief zijn we actief van de allerkleinsten tot de iets ouderen (wandelvoetbal) en dat toch op een mooi niveau. Zo hebben we sinds vorig jaar het IP-label (interprovinciaal, red.) en zal elke categorie volgend jaar op dit niveau spelen. Ook het damesvoetbal en zijn mooie werking mag ik zeker niet vergeten. Maar ook qua infrastructuur zijn er al mooie realisaties de laatste jaren met de twee kunstgrasvelden en de bijkomende kleedkamers.”
5. Familiaal karakter
“De voorbije jaren steeg ons ledenaantal fors, vooral door de nieuwe wijken die er zijn bijgekomen. Ondanks alles is ons familiaal karakter gebleven op het Sportpark. Daar waakt een stevige groep over van bestuur, tot jeugdbestuur, trainers en de vele medewerkers. Ik denk dat zonder hen ik hier geen 16 jaar voorzitter zou zijn. Iedereen beseft wel dat ik deze functie niet eeuwig zal vervullen en er nog meer is dan voetbal alleen, maar voorlopig doe ik het nog altijd heel graag. Zeker als je ziet hoe goed het loopt. Onze eerste ploeg proefde al enkele keren van nationaal voetbal in de derde amateurklasse, maar nu is het toch onze bedoeling om daarin te blijven. Het is een heel mooie reeks met veel West-Vlaamse ploegen waar ook Essevee zeker in thuis hoort. In dat opzicht werden ook al onze inkomende transfers gedaan en konden we met de sportieve cel ook de huidige spelers bijna allemaal behouden. Ik zie onze toekomst dus zeker heel hoopvol in”, besluit de consultant die in Rumbeke woont.