Voetbalkoppel Senne Decloedt (KSV Oostkamp) en Delphine Dedeene (KFC Heist) : “Coronastop? Dan tennissen we op straat”

Senne Decloedt stunt bij KSV Oostkamp, Delphine Dedeene leeft zich uit bij KFC Heist. Ze supporteren voor elkaar en koesteren de heerlijke momenten samen. (foto JPV)
Senne Decloedt stunt bij KSV Oostkamp, Delphine Dedeene leeft zich uit bij KFC Heist. Ze supporteren voor elkaar en koesteren de heerlijke momenten samen. (foto JPV)
Redactie KW

Aan de vooravond van het nieuwe voetbalseizoen hadden we een gezellige babbel met het duo Senne Decloedt (KSV Oostkamp) en Delphine Dedeene (KFC Heist). “We zijn net terug van de Ardennen en gaan straks nog even naar het strand om wat te zonnen bij onze familiecabine”, zegt het voetbalkoppel.

Delphine Dedeene is de dochter van Martin, de legendarische voetballer bij Blankenberge en Heist en ook de latere coach van KFC Heist. We starten het interview met Delphine, kapitein van KFC Heist en vurig supporter van haar Senne.

“Door mijn papa ben ik het voetbal met de paplepel ingegeven. Tijdens mijn schooljaren in Blankenberge richtten we een ploegje op. We speelden sporadisch op woensdag. Daarna zetten we verdere stappen en debuteerden we in competitie met KSK Wenduine. Ik kreeg na verloop van tijd een aanbieding van Royal Knokke FC en zette samen met topscorer Annelies Van Welden de stap. We stuntten er vijf seizoenen en promoveerden van tweede naar eerste provinciale.”

“Daarna kroonden we ons tot kampioen en bereikten we derde nationale. Het jaar nadien werd die reeks echter opgedoekt en, ondanks onze stek in de middenmoot, werden we teruggezet naar eerste provinciale. Op dat moment opteerden we voor KFC Heist. We wonnen twee keer de bekerfinale en finishten steevast binnen de top drie. We hopen nu vurig op promotie. We trainden al enkele keren voor de fun, maar volgende maand begint het grote werk.”

Samen aan conditie werken

“Senne en ik kennen elkaar al van kleins af aan via onze ouders. Acht jaar geleden sloeg de vonk over. We volgen elkaars voetbalprestaties op de voet, tenzij we natuurlijk op hetzelfde moment aantreden. Ik ben zijn grootste supporter. Als hij domme dingen doet, dan hoort hij me wel sakkeren van achter de omheining. Ach wat, ik ben supertrots op mijn ventje. Westkapelle stopte in eerste provinciale, Sven zette als enige dat stapje hoger.”

“In coronatijden hielden we onze conditie samen op peil. Plots viel alles weg. We gingen zowaar samen tennissen op straat, voor onze deur, en liepen ook ettelijke kilometers. Als hij doortrok, moest ik lossen, want zijn conditie is toch van een ander niveau dan die van mij. We zijn dolgelukkig met ons tweetjes, respecteren elkaars hobby en doen heel veel samen. Mooi toch?”

Gino Caen

Senne Decloedt voetbalde zijn hele jeugd bij VV Westkapelle. Destijds, in derde provinciale, werd hij bij de kern gehaald door Gino Caen. Tot het allerlaatste moment bleef hij een vaste waarde in de opmars naar eerste provinciale.

“Na Gino Caen volgden Bart Derre, vijf jaar Jordy Lemiengre, een korte periode Kris Brackx en uiteindelijk Björn Cool. Laatstgenoemde uitte zich steevast recht door zee. We wisten meteen waar we aan toe waren. Toen iedereen zich bewust werd dat het vlaggenschip van VV Westkapelle zou worden opgedoekt, bleef Björn Cool topresultaten eisen. Als enige trok ik vervolgens naar KSV Oostkamp. Dat vond ik prima, want ik moest zodoende meteen contact zoeken met de groep. Ik kende er niemand. Mijn aanpassing verliep vlekkeloos, de trainer schonk me meteen het volle vertrouwen. We tuimelden een eerste keer uit de nationale reeksen, maar rechtten meteen onze rug.”

“Terug in eerste provinciale stond geen maat op ons meesterschap. Phil Canoot en Stan Braem troffen raak met de ogen dicht, zelfs in de omschakeling verrichtten ze mirakels met de bal. Voor die laatste leek het moment aangebroken om een stapje hoger te zetten. Wij gunnen het hem allemaal. Hoe dan ook, we beschikken over voldoende kwaliteit om het behoud te verzekeren in derde nationale. Om met een cliché te eindigen: onze start mogen we absoluut niet missen.”

(Jean Pierre Vanheerswynghels)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier