Philippe Depoorter volgt 10 jaar na deelname de Dakar-rally nog steeds: “Droom van derde keer deelnemen”

Philippe Depoorter, Sofie Vandecasteele en kinderen Elena en Nino Depoorter. © MG
Sam Bracke
Sam Bracke Medewerker KW

De Dakar-rally heeft een speciale plek in het hart van Philippe Depoorter. Tien jaar na zijn tweede deelname is de 54-jarige Veurnenaar nog steeds op en top fit. Hij durft zelfs luidop van een nieuwe deelname te dromen.

Dat Philippe Depoorter nog op en top fit is, getuigt zijn derde plaats op het Belgisch kampioenschap supermoto. “Tussen de jonge gasten van 18 tot 20 jaar”, lacht de 54-jarige Veurnenaar uit deelgemeente Booitshoeke. “Dat ik nog zo fit ben, is omdat ik mezelf goed verzorg. Daarnaast heb ik als zelfstandige in de bouwsector een job die me in beweging houdt. Conditioneel zit het dus nog allemaal goed.”

Het is inmiddels 10 jaar geleden dat Philippe deelnam aan de Dakar-rally, die toen nog in Zuid-Amerika werd gereden. “Ik denk nog bijna dagelijks aan die ervaring terug. Zeker nu de rally weer bezig is, kriebelt het. Er rijden ook vrienden mee van vroeger en ik mis geen minuut van de rally. Ik neem alles op en sta dan ’s ochtends vroeg op om alles te bekijken, nog voor ik naar het werk vertrek. Het is dit jaar een machtige editie, in een prachtig land met tal van uitdagende elementen.”

De Dakar-rally, die dit jaar aan z’n 43ste editie toe is, wordt voor het derde jaar op rij in Saoedi-Arabië gereden. Vandaag (vrijdag) staat de laatste etappe op het programma. “Ik volg de prestaties van de Belgen op de voet en ken persoonlijk vooral Koen Wauters goed. Hij reed dit jaar in de Classic-categorie. We kennen elkaar al van de editie van in 2009, toen we een paar keer vergaderden en onze wisselstukken in dezelfde truck lagen. Tijdens de rally zit je ook elke avond samen en zo bouw je heel snel een band op.”

Exact 10 jaar geleden finishte Philippe als 88ste motorrijder. Van de 178 motoren die dat jaar aan de start stonden, haalden slechts 97 de finish, waardoor het één van de zwaarste edities ooit was. De Veurnenaar kreeg bij thuiskomst heel wat media-aandacht. “Een periode die ik me nog goed herinner. Ik heb ook nog alle herinneringen, waaronder heel wat krantenartikelen en zelfs televisie-interviews, bewaard. Dat zijn mooie herinneringen. Die aandacht die ik als enige West-Vlaming kreeg, was leuk, maar daar doe je het in hoofdzaak natuurlijk niet voor. Het avontuur en het waarmaken van die grote droom blijven de hoofddoelstellingen.”

En die droom maakte Philippe twee keer met verve waar. Want zowel in 2009 als in 2012 haalde hij de finish. “In 2009 deed ik dat zelfs zonder assistentie. Als je dan ’s avonds in het kamp komt, moet je zelf nog sleutelen aan je motor. In 2012 nam ik wel deel met assistentie, een service die 16.000 euro extra kost, maar het zorgt wel voor heel wat minder kopzorgen.”

Huwelijksaanzoek

Ook het gezin van Philippe is nauw betrokken bij zijn sportcarrière. “In 2009, op mijn eerste Dakar, heb ik zelfs mijn vrouw Sofie ten huwelijk gevraagd. En in 2012 was mijn motor genaamd naar Helena, onze eerste dochter. Het is dus een heel familiegebeuren. Mijn vrouw deed ook alle paperassen, want er komt daar veel bij kijken. Het is niet gewoon even een rally’tje gaan rijden. Of mijn familie ook soms aan de risico’s denkt? Dat komt wel eens ter sprake, maar je probeert daar zo weinig mogelijk bij stil te staan. Ik reed ook nooit voor de topplaatsen en probeer zoveel mogelijk de risico’s uit te sluiten, al schuilt het gevaar natuurlijk soms in een klein hoekje.”

“Avontuur, afzien en adrenaline zijn de woorden die passen bij mijn deelnames”

“Het avontuur, het afzien en de adrenaline zijn de woorden die het eerst in me opkomen als ik aan mijn Dakar-deelnames terugdenk. Elke ochtend om 3 uur vertrekken om dan ’s avonds om 22 uur weer te arriveren, dat doet iets met een mens. Het is hard labeur, maar het geeft zoveel voldoening. Je moet het meegemaakt hebben om te kunnen weten wat het is. Als motorrijder ben je natuurlijk ook alleen, wat de uitdaging misschien nog groter maakt. Op den duur begin je ook tegen jezelf te praten: Philippe, ziej nog juste? Dat heb ik vaak gezegd”, lacht de Veurnenaar.

“Dagen van 18 tot 20 uur waren dagelijkse kost. Ik heb zelfs eens een nacht in de duinen geslapen omdat ik de weg kwijt was. Toen ben ik 54 uur onderweg geweest. Om te finishen, moet je natuurlijk ook wat geluk hebben. In de woestijn mag er niet veel misgaan. Ik had een rugzak van 25 kg met wisselstukken mee, maar je kan natuurlijk niet alles bijhebben.”

Struikelblok

Philippe droomt nog van en derde deelname, maar vooral het financiële plaatje is een struikelblok. “Voor een deelname heb je immers minstens 100.000 euro nodig. Sponsoring vinden is in deze tijden niet meer zo makkelijk als vroeger. Dat is jammer, want anders ging ik de rally al een paar keer meer gereden hebben. Maar moest er nog een sponsor met een voorstel op de proppen komen, zou ik geen seconde twijfelen. Hopelijk kan ik dus ooit nog aan de start verschijnen. Het blijft alvast een grote droom.”