Emma Meesseman weet zich geviseerd, maar heeft volledig vertrouwen in ploeggenoten: “Ze moeten ook de andere Cats afstoppen”

Emma Meesseman is voorlopig de beste speelster op deze Olympische Spelen in het vrouwenbasket. De Ieperse scoorde woensdag in de overtuigend gewonnen kwartfinale tegen Spanje na zeven wedstrijden voor het eerst minder dan 20 punten in een olympische wedstrijd, maar op dit toernooi klokt ze nog altijd af op een gemiddelde van 24,5 punten per match. Meesseman blijft er zoals steeds bescheiden onder, voor haar telt het collectief. “Ik heb volledig vertrouwen in mijn ploeggenoten”, aldus de kapitein van de Belgian Cats donderdag aan de vooravond van de kraker tegen Frankrijk in de halve finale.

“Ik heb de gewoonte om veel verdedigsters tegen mij te krijgen, dat maakt me niet ongerust”, zegt Meesseman. “Al mijn teamgenotes kunnen iets bijbrengen. Kyara Linskens knapt enorm veel werk op, Elise Ramette speelt het toernooi van haar leven, Julie Vanloo knalt haar shots binnen. Ze moeten niet alleen mij afstoppen, maar ook de andere Cats.”

Frankrijk is een trouwe klant in de halve finales van de Olympische Spelen. Les Bleues staan al voor de vierde opeenvolgende keer bij de laatste vier. Het team won bij de vorige Spelen in Tokio brons, en ging in Londen in 2012 met zilver aan de haal.

Geen thuismatch

“Het is een goede ploeg met twaalf speelsters van topniveau, een mix van ervaring en jeugd”, weet Meesseman. “Ze hebben lengte en fysiek, maar wij hebben getoond dat we verdienen om daar te staan en we gaan ervoor vechten. Tot nu toe hadden we eerder het gevoel om ‘thuis’ te spelen voor ons publiek. Morgen (vrijdag) zal het omgekeerd zijn. Het wordt een interessante wedstrijd, en ik hoop veel plezier te hebben.”