Dusan Djordjevic won 25 nationale trofeeën met Filou Oostende: “We hebben onszelf en onze supporters verwend”

Dusan Djordjevic heeft een fantastische betekenis voor BC Oostende. © Belga
Peter Rossel
Peter Rossel Medewerker KW

“Het is niet eenvoudig om van zoveel mensen afscheid te nemen. In die twaalf seizoenen was ik zo betrokken bij deze club en stad. Dit is heel emotioneel. Dit afscheid nemen word je na een miljoen keren nog niet gewoon.” Voor zijn terugreis naar Belgrado kijkt Dusan ‘Professor Doctor’ Djordjevic van Filou Oostende nog eens in de achteruitspiegel.

Het is een min of meer klassieke vraag aan een veelwinnaar (12 titels, 7 bekers van België en 6 Supercups: samen 25 trofeeën!) waar hij deze twaalfde landstitel plaatst in het rijtje van een dozijn topseizoenen. “Voor mij is een trofee een trofee”, noemt hij rustig de bijzondere betekenis en werkelijke waarde van elke prijs.

Maar Djordjevic heeft ook wel gevoel voor nuances. “In de hele reeks van twaalf landstitels plaats ik deze twaalfde op een speciale plaats. Het is mijn laatste landstitel en dat maakt het belangrijk. Het hele seizoen was emotioneel want ik kondigde het einde van mijn carrière aan. Persoonlijk is die titel voor mij anders en heftiger. Maar de andere titels waren ook schitterend. Voor sommige van die elf andere landstitels hebben we ons veel harder moeten inspannen dan die van 2023. Daarbij denk ik zeker aan die allereerste landstitel in 2012. Het was niet gemakkelijk om die te winnen. Zo spannend was het”, verwijst Djordjevic naar de vijf finales tegen Charleroi met een krappe thuiszege met één punt in de vijfde wedstrijd na verlenging.

Thuisvoordeel

“In 2019 was het team van Antwerp Giants sterk. Misschien konden zij winnen van ons. Alle finalematchen kenden een heel spannend verloop behalve de laatste finale. In die finales wonnen we trouwens tweemaal op verplaatsing tegen Antwerp.”

Twee keer in die twaalf seizoenen vatte Oostende de play-offs niet vanuit poleposition aan. Telkens had Antwerp Giants de reguliere competitie als eerste beëindigd. Toch werden de Oostendenaars landskampioen. “Dat gemis van de polepositie heb ik nooit als een probleem beschouwd. Veel belang hechtte ik niet aan het thuisvoordeel of aan een uitnadeel. Meestal hadden we vertrouwen in een goed resultaat. We hadden altijd betere spelers en een bredere bank. Zeker in finalereeksen met een match om de twee dagen waren we sterker. Ik geloof er wel in dat je in welke formule ook veel spelers moet hebben. Dat maakt het eenvoudiger”, meent Djordjevic.

Opvallend: Dusan Djordjevic won twaalf landstitels op rij bij eenzelfde club met eenzelfde coach. “Ik noemde het al uitzonderlijk wanneer we vijf of zes jaar op rij de landstitel wonnen”, verklapt Dusan Djordjevic.

Ongezien

“We hebben onszelf en de supporters echt verwend. Op de duur leek het normaal dat wij het kampioenschap wonnen. Dat is niet zo. Het is niet normaal dat je een landstitel wint en verlengt. Het is niet normaal dat je zoveel landstitels op rij wint. Hoe sterk je ook bent, het is niet gemakkelijk zo lang aan de top te spelen en kampioen te worden. Deze reeks is echt ongezien.”

Sinds de zomer van 2011 kende Dusan Djordjevic een honderdtal ploegmaats in Oostende. Maar wat was nu het sterkste, beste team van Oostende in die periode? “Goede vraag. Ik houd van de ploeg van het seizoen 2013-2014, met Niels Marnegrave, Jean (Salumu), Q (Quentin) Serron, Ryan Thompson, Brent Wright, Andrea Stipanovic, na hem (Gregory) Echenique… Maar, eerlijk gezegd, geloof ik dat het meest getalenteerde team de ploeg van onze eerste landstitel (2011-2012) was. Ploegmaats waren toen onder anderen Matt Lojeski, Kennedy Winston, Brent Wright: allemaal heel stevige basketters. In dat Oostende basketten ook Dragisa Drobnjak, Chris Booker… Wellicht was dat de meest compacte ploeg van de twaalf seizoenen.”

“Hoe sterk je ook bent, het is niet gemakkelijk zo lang aan de top te spelen en kampioen te worden”

In Oostende speelde Dusan Djordjevic eerst drie maanden onder Jean-Marc Jaumin. Dario Gjergja volgde hem op 1 december 2011 op. Djordjevic was dus eerst. Meteen klikte het tussen beiden. “Ik geloof dat het iets te maken met de ex-Joegoslaviëschool. Dario Gjergja is een ware oldskoolcoach. Hij gelooft in een echte teamspirit met inspanningen van iedereen voor het hele team. Hoe goed de individuen ook zijn, Dario wil als een team spelen.”

Heel snel ontwikkelde de relatie tussen beiden zich heel goed. “Ik geloofde ook in die visie. Het klikte! Heel snel leerde ik ook van hem: wat je ook doet, je zorgt voor de teamwinst. Of je nu wel of niet blij bent over je scores, je statistieken of hoe de coach met je omgaat, nooit klaag je luidop over het geheel, nooit laat je toe dat andere teams je ongenoegen zouden opmerken. Je stelt jezelf niet boven het team.”

Negen van zijn twaalf seizoenen was Djordjevic kapitein in Oostende. “Natuurlijk is het een privilege, maar het is niet altijd eenvoudig”, antwoordt hij op de vraag naar de rol van een aanvoerder. “Je krijgt ook te maken met zaken die je soms liever niet doet zoals dingen organiseren, zaken bespreken als een leider van het team… Wel waardeer ik dat ik die kans gekregen heb. Ik ben blij dat ik op dit niveau kapitein mocht zijn. Eigenlijk wil iedereen op elk niveau wel kapitein zijn.”

Tijden veranderen

“Vroeger hadden we hier ook buitenlandse basketters die twee, drie of zelfs meer seizoenen speelden. Nu verlaten velen ons al na één seizoen. Ze beschouwen Belgische clubs als een tussenstation. Ze geven zich volledig en ze willen elders snel meer verdienen. Ik begrijp dat zelfs, want tijden veranderen. We moeten het aanvaarden. Het is in elk geval het grootste verschil met twaalf jaar geleden”, meent de spelverdeler.

Het is geweten: een knappe as tussen pointguard en center is bijzonder belangrijk voor elk team. “Rasko Katic en Andrea Stipanovic waren de twee beste centers waarmee ik in Oostende gebasket heb. We verstonden mekaar prima. We hadden talent, we leerden hetzelfde en we onderwezen hetzelfde. Doorheen het seizoen ontwikkelden we een duidelijke visie. Het is heel eenvoudig wanneer je mekaar goed aanvoelt. Met beiden had ik hetzelfde gevoel.”