Baptiste Planckaert (35) uit Spiere-Helkijn verschijnt zondag aan de start van Rund um Köln. Voor de profrenner van Intermarché-Wanty wordt dat een speciale wedstrijd. Vijf jaar geleden behaalde Planckaert er zijn (voorlopig) laatste zege. “Ik had toen niet gedacht dat ik vanaf die dag nooit meer zou winnen.”
Baptiste Planckaert maakte in 2010 zijn profdebuut bij Landbouwkrediet. In zijn derde en vierde wedstrijd, de Vlaamse Pijl (derde) en de Omloop van het Waasland (tweede), was hij bijna meteen goed voor een overwinning. Uiteindelijk moest hij nog anderhalf jaar wachten op zijn eerste profzege: de kermiskoers in zijn eigen Zwevegem in september 2011. Daarna volgden nog veertien overwinningen: in 2013 (kermiskoersen Westrozebeke en Zele), in 2014 (kermiskoersen Vilvoorde-Houtem en Melle), in 2015 (Kattekoers Ieper, kermiskoersen Kortemark en Zwevegem), in 2016 (rit- en eindzege Tour de Normandie, Tour du Finistère, La Poly Normande, ritzege Czech Cycling Tour), in 2018 (kermiskoers Kortemark) en in 2019 (Rund um Köln).
“Waar ik het meest trots op ben? Dat ik al zo’n lange tijd prof ben geweest en gebleven”
Dit weekend verschijnt Planckaert aan de start van de voorlopig laatste wedstrijd die hij won. “Ik herinner me nog goed die overwinning”, glimlacht hij. “We raakten voorop met een vrij grote groep, waaronder drie renners van zowel Bora als Katusha. In de finale reed ik weg met iemand van Bora (Christoph Pfingsten, red.). Ik klopte hem in de sprint. Neen, natuurlijk had ik die dag niet gedacht dat dit mijn laatste zege zou zijn. Alles ging vlotjes in 2019. Ik reed van de ene naar de andere ereplaats. In 2020 kwam corona en brak ik mijn sleutelbeen. In 2021 werd ik aan mijn knie geopereerd. Daarna ben ik bij mijn huidige ploeg in een knechtenrol geduwd en heb ik nog maar weinig kansen gekregen om voor mezelf te rijden.”
219 toptienplaatsen
We hebben het even nageteld: Planckaert behaalde in ruim 14 jaar als prof al 219 toptienplaatsen. 2016 was zijn meest succesvolle seizoen met 47 toptiennoteringen, toen als renner van het continentale Wallonie-Bruxelles. “219 klinkt mooie, maar achteraf gezien had ik er graag enkele ingeruild voor een zege”, lacht Planckaert.
“De Tro-Bro-Léon in Bretagne mocht er zeker bij. En in de Franse Tour du Doubs ben ik in een millimetersprint eens geklopt door Samuel Dumoulin. Er zaten enkele klimmers in de kopgroep, onder wie Domenico Pozzovivo en Sebastian Reichenbach. Dat vond ik een sterke prestatie van mezelf, maar als ik die finale opnieuw mag rijden, zou ik nu wel winnen.”
“Ik weet niet of ik volgend jaar nog profrenner zal blijven”
“Waar ik het meest trots op ben? Dat ik al zo’n lange tijd prof ben geweest en gebleven. Bij de beloften was ik zeker geen hoogvlieger en behoorde ik niet bij de beste Belgen, maar uiteindelijk kon ik een lange carrière op een deftig niveau afwerken. Puur op basis van resultaten was 2016 mijn beste seizoen, maar ook na de Giro van 2018 en in mei en juni 2019 haalde ik een heel hoog niveau.”
Gaten dichten
In 2017 en 2018 kwam Planckaert uit voor Katusha-Alpecin. In zijn tweede seizoen voor het Russische WorldTourteam betwistte hij de Giro, zijn eerste en ook laatste grote ronde uit zijn loopbaan. Planckaert deed het niet onaardig. Vijf keer sprintte hij zich de top tien binnen. “Voor mij hoefde een grote ronde nooit, maar na die Giro had ik wel gedacht dat er nog eentje ging bijkomen.”
“Ik had in vier jaar Intermarché-Wanty twaalf grote rondes kunnen betwisten, maar het is er nooit van gekomen. Dat vind ik jammer”
Sinds 2021 rijdt Planckaert opnieuw voor een WorldTourploeg, Intermarché-Wanty. “Ik had in die vier jaar twaalf grote rondes kunnen betwisten, zat een paar keer in de preselectie en was vaak reserve, maar het is er nooit van gekomen. Dat vind ik jammer. Gaten dichtrijden en de sprint aantrekken, dat is nu mijn job. Al klopt dat laatste ook niet echt, want Arne Marit, de sprinter voor wie ik de lead-out doe, is buiten strijd.”
Opmerkelijk: met Edward (Alpecin-Deceuninck) en Emiel (ex-prof bij Sport Vlaanderen-Baloise, nu eliterenner zonder contract) vertoeven Planckaerts beide broers ook nog altijd in het peloton. “Ik ben alleszins tevreden over mijn carrière en ook Edward is ontbolsterd. Hij rijdt mooie koersen en doet zijn werk voor zijn kopmannen. Ik blijf erbij dat Emiel het grootste talent van de drie is. Als hij niet zoveel miserie had gekend, zou hij een mooie carrière uitgebouwd hebben.”
Extrasportieve zaken
En wat met de toekomst? “Mijn contract loopt eind 2024 af. Of ik nog wil koersen in 2025? De ene dag zeg ik ja, de andere dag zeg ik neen. Het hangt ervan af. Ik doe het nog altijd heel graag, maar alle extrasportieve zaken die erbij komen kijken, steken wat tegen. De koers is serieus veranderd.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier