Zes maanden geleden gaf hij er bijna de brui aan, nu is hij tweevoudig wereldkampioen: onze man over zijn band met Belgian Tornado Alexander Doom

© BELGA
Tom Vandenbussche

In 2019, vlak voor zijn debuut bij de Belgian Tornados, interviewden we Alexander Doom (26) voor de eerste keer. Acht internationale kampioenschappen later is de 400 meter-loper van de Koninklijke Atletiek Vrienden Roeselare tweevoudig wereldkampioen. Een persoonlijke, chronologische terugblik.

September 2019: Niet gelopen en toch brons

We hebben Alexander Doom, een ietwat verlegen 22-jarige jongen uit Moorslede, aan de lijn voor de rubriek Doorgevraagd. Doom maakt op het WK in Doha in Qatar zijn debuut bij de Belgian Tornados, de Belgische 4×400 meter-estafetteploeg die een dertiende medaille op een internationaal kampioenschap kan veroveren. Tijdens dat telefoongesprek wordt meteen duidelijk dat het voor Doom niet evident is om zich als West-Vlaming te integreren bij de Tornados, waar coach Jacques Borlée en zijn zonen Kevin, Jonathan en Dylan de plak zwaaien. Dat het inderdaad niet zo gemakkelijk is, geeft Doom toe. Door zijn studie voor leerkracht LO en techniek traint hij tijdens de week in Gent en tijdens het weekend op zijn eentje in Roeselare.

Dooms persoonlijk record op de 400 meter bedraagt 46”13. We vragen hem wat hij nog hoopt te bereiken in de toekomst. “Onder de 46 seconden lopen. Dat is toch wel een magische grens.”

In Doha lopen de Tornados naar brons. Doom komt niet in actie en kent moeilijke tijden. Hij telefoneert meermaals met tranen in de ogen naar zijn trainer Philippe Gilson, omdat Jacques Borlée hem niet ziet staan. Daar heeft hij het moeilijk mee.

2020: Focus in Staden

Doom bijt door, al gooit corona in 2020 roet in het eten. Ondergetekende, net zoals Doom lid bij atletiekclub KAVR, is net zoals heel wat Belgen een poos werkloos en wijkt – het Stedelijk Sportstadion in Roeselare blijft gesloten – naar Staden uit. De atletiekpiste daar ligt er vaak verlaten bij, maar nog één andere enkeling komt eveneens geregeld met zijn koersfiets vanuit Moorslede afgezakt. Zijn naam: Alexander Doom. Terwijl ondergetekende rondjes afhaspelt, focust Doom zich op korte, intensieve prikkels en vooral veel stretching en stabilisatietraining, soms tot twee uur lang. Af en toe babbelen we bij. Het is een beeld dat we, vier jaar later, nog altijd scherp voor de geest kunnen halen: de focus bij Doom op een moment dat er geen enkel toekomstperspectief op competitievlak is.

maart 2021: Het echte debuut in Torun

Doom mag met de snelste Belgische tijd van de winter mee naar het EK indoor in het Poolse Torun. Ditmaal wel om te lopen? We horen twijfel. Doom vertelt dat je met Jacques Borlée nooit weet en hij soms speciale methodes heeft om de ploeg op te stellen. We vragen Doom of hij Borlée soms hoort. Helaas. Een berichtje om hem van zijn EK-selectie op de hoogte te brengen? Helaas. Dat gebeurt via de pers. Of de drie Borlées niet sowieso een streepje voor hebben, wagen we ons op glad ijs. Doom komt tot een wijs antwoord. “Het is niet gemakkelijk, maar op zich kan je er niet kwaad voor zijn dat hij zijn zonen selecteert. Individueel lopen ze niet meer de snelste tijden, maar ze stijgen in de aflossing precies boven zichzelf uit en stellen nooit teleur.” Maar, zo voegt Doom er toch nog vlug aan toe: “Ik denk dat de tijden ditmaal voor zich spreken.” In Torun grijpen Doom en de drie Borlées naast brons.

Juli 2021: Net geen olympisch brons

Doom mag mee naar de Spelen in Tokio. In de reeksen van de gemengde 4×400 meter is hij op niveau, maar coach Borlée kiest in de finale (vijfde) voor zonen Dylan en Kevin. Een vreemde beslissing op basis van de tijden van de maanden ervoor. Na afloop hebben we Doom vanuit Japan aan de lijn. Ditmaal is er van wikken en wegen geen sprake. “Eerlijk? Ik heb er geen idee van hoe het viertal voor de finale samengesteld is. Jacques en Carole (Bam, coach van de Cheetahs, red.) hebben dat beslist. Twee uur voor de finale kreeg ik te horen dat ik niet in actie ging komen, terwijl ik ervan uitging dat ik wel zou lopen.”

Doom heeft lang moeten vechten voor een plekje in de line-up van de 4x400 meter, maar ondertussen is hij incontournable.
Doom heeft lang moeten vechten voor een plekje in de line-up van de 4×400 meter, maar ondertussen is hij incontournable. © BENOIT DOPPAGNE BELGA

We horen de twijfel in zijn stem, want bij de Tornados wacht een unieke kans, vier jaar nadat ze in Rio 2016 op drie honderdsten van brons zijn gestrand. Doom gelooft erin, maar, zo benadrukt hij: “De beste ploeg moet lopen. Eerlijk? Als ik niet mag lopen, zal het niet de beste ploeg zijn die loopt. Dan kiest men op basis van namen.”

In een opiniestuk gaat ondergetekende dieper in op de kwestie. We schrijven dat Borlée een verschroeiende keuze zal moeten maken, dat zoon Kevin en Jonathan Sacoor certitudes zijn, dat Doom en de twee andere Borlées voor de twee resterende plekken in aanmerking komen en dat de West-Vlaming in 2021 de beste van de drie is. “Papa Borlée zal een van zijn zonen moeten slachtofferen. De vraag is alleen of hij het ook zal doen”, schrijven we. Het probleem lost zichzelf op door een blessure bij Jonathan Borlée. In de finale maken Doom en co indruk, maar finaal stranden ze opnieuw op een zucht van brons.

Maart 2022: WK-goud in Belgrado

Vreemd genoeg krijgt Doom ook na Tokio geen profcontract bij Sport Vlaanderen. Gelukkig biedt Topsport Defensie een mooi(er) alternatief. Ondanks een drie maanden durende opleiding in Kleine Brogel verovert Doom op het WK indoor in Belgrado (Servië) zijn eerste internationale medaille, een gouden dan nog. Toch blijft de relatie met Jacques Borlée stroef verlopen. Dat wordt in korte tijd meerdere keren pijnlijk duidelijk. Eerst tijdens een interview met Doom, waarbij vader Christ zelf het woord neemt en opkomt voor zijn zoon. Coach Gilson benadrukt in deze krant dat zijn poulain al drie keer op rij bewezen heeft een sterkhouder te zijn. “Als Jacques Borlée zijn ogen opendoet, kan hij niet naast Alexander kijken.” We knikken instemmend en noteren wat we moeten noteren. Meer kunnen we niet doen.

“Alexander is een lieve, zachtaardige jongen, maar soms mag er wat meer pit in zitten” Boezemvriendin Manon Depuydt

2022: Drie medailles in 2022

Het is een boerenjaar voor Doom en de Belgian Tornados, want in de zomer volgen nog twee medailles: brons op het WK in Eugene (VS) en zilver op het EK in München (Duitsland). We maken dat jaar meerdere reportages over Doom en herinneren ons nog goed een dubbelinterview met hem en 200 meter-loopster Manon Depuydt in de Blaarmeersen in Gent. Depuydt, trainingsgezel en boezemvriendin van Doom, vertelt wat wij al enkele jaren vaststellen: “Alexander is een lieve, zachtaardige jongen, maar soms mag er wat meer pit in zitten.”

Maart 2023: Eerste individuele finale

Op het EK indoor in het Turkse Istanbul zet Doom de volgende logische stap in zijn carrière: zijn eerste individuele finale. Licht geblesseerd laat hij die wel aan zich voorbijgaan om daags nadien met de Tornados op medaillejacht te gaan. De juiste keuze, zo blijkt. Samen met Dylan Borlée, Kevin Borlée en Julien Watrin snelt Doom naar Europees goud, al kampt hij de maanden erna wel met een hamstringblessure.

Intussen lijkt de verstandhouding tussen vader Borlée en het kamp Doom een stuk beter en zijn de plooien gladgestreken. Coach Gilson vertelt ons je je als nieuweling altijd eerst moet manifesteren en voegt eraan toe dat Jacques Borlée intussen geregeld aan hem vraagt hoe het met Doom gaat. “Jacques zei me letterlijk: Kevin, Dylan én Alexander zijn mijn sterkhouders. En ook Julien is in topvorm. Ja, het zit echt wel goed”, benadrukt Gilson. “Als Kevin zijn niveau kan behouden en blessures bij de Tornados uitblijven, is een medaille op de Spelen in Parijs mogelijk. De Tornados moeten er op het juiste moment staan en Jacques Borlée is slim genoeg om op het juiste moment de juiste doelen voorop te stellen.”

Dat juiste moment is duidelijk niet het WK outdoor in het Hongaarse Boedapest in augustus 2023. Individueel loopt Doom er in de reeksen naar een nieuw persoonlijk record. Met zijn 44”92 is hij, na Jonathan en Kevin Borlée, pas de derde Belg ooit onder de magische grens van 45 seconden. Het levert Doom een ticket voor Parijs 2024 op. Op de 4×400 meter loopt het echter fout: uitgeschakeld in de halve finale. Het einde van anderhalf decennium vol successen?

Maart 2024: Eerste ronde overleven

Net voor het voorbije WK indoor hebben we nogmaals een interview met Doom. We praten over zijn ambities in het Schotse Glasgow. Hij vertelt dat dit WK in het superdrukke 2024 – World Relays, EK outdoor in Rome én Olympische Spelen – geen hoofddoel is en hij oorspronkelijk zelfs niet van plan was om aan de individuele 400 meter deel te nemen. Zijn uitstekende chrono, begin februari in Metz, doen hem en coach Gilson van gedacht veranderen. Zegt Doom andermaal bescheiden: “De absolute 400 meter-toppers zullen er niet bij zijn, maar het is en blijft een WK. Ik heb geen zicht op de deelnemerslijst, maar sowieso wil ik graag de eerste ronde overleven.”

Het vervolg kennen we. Doom overleeft de eerste ronde, overleeft de halve finale en troeft in de finale olympische hordekampioen en wereldrecordhouder Karsten Warholm af. In een nieuw nationaal record, als vierde snelste Europeaan ooit nota bene: 45”25. Een dag later snelt Doom als slotloper van de Tornados voorbij de VS naar een tweede gouden medaille. En dat amper zes maanden nadat hij – “Alexander Doom uit fucking Roeselare”, zoals zijn manager Lina Simons het veelzeggend omschrijft – een aanbieding uit het onderwijs kreeg en eraan dacht om zijn atletiekcarrière stop te zetten. Het kan verkeren.

Doom pakte niet één, maar twee gouden plakken op het WK indoor.
Doom pakte niet één, maar twee gouden plakken op het WK indoor. © BENOIT DOPPAGNE BELGA