Sinds AV Molenland in Tielt 50 kaarsjes mocht uitblazen, gaat het de club sportief voor de wind. Zowel op de piste als in het veld worden mooie prestaties geleverd en spelen de atleten ook een vooraanstaande rol op kampioenschappen. Een groot aantal van dat aanstormend talent wordt begeleid door Matthew Bouckhuyt.
“Toen ik drie jaar geleden terug de draad oppikte als jeugdtrainer bij AV Molenland was er een kleine groep cadetten”, zegt hij. “Sindsdien zijn er heel wat atleten bijgekomen en nu hebben we een groep waar menig West-Vlaamse club jaloers op is. De groep, die voor een groot deel uit scholieren meisjes bestaat, straalt enorm veel motivatie en enthousiasme uit. Daarnaast werken ze heel hard op training en dat is voor mij een enorme stimulans om me ook volledig te geven als coach. Ik steek enorm veel tijd en energie in mijn trainingen en mijn atleten, maar ik krijg er ook heel veel voor terug.”
Talent
Met Lonneke Callens en Tiago Dekie heeft Matthew twee nationale kampioenen binnen zijn rangen. “Dat zijn twee atleten met enorm veel talent. Eerlijk, het is, zeker op die leeftijd, niet echt moeilijk om als coach zo’n talenten te laten presteren. Ze hebben omkadering nodig en iemand die hen wat stuurt. Ik zal uiteraard ook wel ergens een aandeel hebben in hun succes en ik merk dat ze mijn tips ook oppikken, maar die nationale titel is hun eigen verdienste.”
“Het is uiteindelijk altijd de atleet die het moet waarmaken”
“De prestaties van Lonneke en Tiago schenken me uiteraard heel veel voldoening, maar ik ben een clubtrainer en ik wil vooral met de club vooruit. In dat opzicht doet het me minstens evenveel plezier om te zien hoe een aantal van mijn atleten zoals onder andere Estelle Depypere, Caro Andries en Heleen Lamont heel wat stappen voorwaarts zetten. Al die atleten werken heel hard en hebben heel wat potentieel. Dat laat me ook toe om als trainer te groeien. Een coach staat langs de zijlijn en stippelt een plan uit, maar het is nog altijd de atleet zelf die het moet doen. Om succes te halen moet er langs beide kanten een positieve samenwerking zijn.”
EK-limieten
De Belgische atletiekbond pleit ervoor om jonge atleten niet te vroeg te hard te laten trainen. “Dat is een goede visie, want vaak worden talenten veel te vroeg opgebrand. Aan de andere kant geeft de atletiekbond wel een verkeerd signaal door, zeker voor de scholieren en junioren, veel te strenge EK-limieten op te leggen. De bedoeling van dergelijke kampioenschappen is eigenlijk niet om medailles te pakken, maar vooral om atleten te laten proeven van zo’n kampioenschap. Op die manier krijgen ze alleen maar meer honger om ooit bij de elite op het internationaal toneel te presteren.” (GD)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
