Onze Red Lion Arthur De Sloover blikt vooruit op het WK hockey in India: “We weten hoe zalig het is om wereldkampioen te worden”
In Bhubaneswar en Rourkela, twee steden in India, vindt van 13 tot en met 29 januari het WK hockey plaats. De Red Lions, regerend wereld- en olympisch kampioen, verdedigen hun titel. Arthur De Sloover (25) was, is en blijft de enige West-Vlaming in de selectie. “Ik ben ervan overtuigd dat we in India voor de prijzen zullen meedoen”, benadrukt de Kortrijkzaan.
Zowat de volledige ploeg die 17 maanden geleden in Tokio op straffe wijze olympisch goud won, is aan boord gebleven. Dat geldt ook voor Arthur De Sloover, 25 jaar intussen. Hij vertoeft in het Zuid-Spaanse Cadiz als we hem halverwege december op ons WhatsApp-scherm te zien krijgen. De Sloover zucht als we hem polsen naar de eerste trainingsdagen op Andalusische bodem. “We zijn hier nu al langer dan een week, maar hadden nog maar één dag met zon. Echt vreemd. We vernamen dat ze hier al maandenlang geen druppel regen hebben gezien en dat het pas slecht is beginnen te gaan toen wij hier aankwamen. Zo gaat dat in het leven.”
Hockey mag dan wel net als voetbal een ploegsport zijn, het is een totaal andere discipline. Terwijl onze Rode Duivels pas net voor een groot tornooi beginnen samen te trainen, trekken de Red Lions het hele jaar met elkaar op. “Wij spelen natuurlijk elk voor onze eigen ploeg, maar komen tijdens de week op regelmatige basis samen. De echte voorbereiding op dit WK is al in september gestart. Twee maanden lang hebben we heel veel getraind. Loading, zo noemen we dat in hockeytermen. Het lichaam door een opeenstapeling van trainingen in een staat van vermoeidheid brengen. Vervolgens zijn we eind oktober naar Argentinië afgereisd om daar vier wedstrijden voor de Pro League (de belangrijkste landencompetitie doorheen het jaar die dient als kwalificatie voor het WK en de Olympische Spelen, red.) te spelen. Na deze stage in Cadiz, waar we nog een vriendschappelijk landentornooi als voorbereiding op het WK spelen, brengen we de feestdagen in België door. Op 5 januari (vorige week donderdag, red.) vertrekken we naar India. De laatste weken wordt de focus gelegd op de finetuning, met vooral tactische trainingen en het verfijnen van ons eigen spel. Daarnaast moeten we ons lichaam zo fris mogelijk houden.”
Ik word sinds Tokio niet vaker herkend op straat, maar erg vind ik dat niet. Ik vind dat zelfs heel goed
In de zomer van 2021 stonden jullie nog op een volgelopen Grote Markt in Brussel te pronken met olympisch goud, terwijl 2022 voor de Red Lions een soort van overgangsjaar is geworden. Jullie zijn, bij gebrek aan een belangrijk tornooi, amper in de media ter sprake gekomen.
De Sloover: (knikt) “Het was zeker een overgangsjaar. Als je olympisch kampioen bent geworden, is er altijd een soort van decompressie. En zeker als je anderhalf jaar lang geen tornooi speelt. Dat heeft ervoor gezorgd dat we net iets minder gemotiveerd waren, al weet ik niet of dat de juiste omschrijving is. Maar die periode heeft ons alleszins wel deugd gedaan. Zo konden we even andere prioriteiten stellen en minder met hockey bezig zijn. Sommige jongens zijn vader geworden, anderen zijn dan weer beginnen te werken. Maar sinds onze wedstrijden in Argentinië heb ik de indruk dat we ons niveau van Tokio en ervoor hebben opgepikt. Ik ben ervan overtuigd dat we in India voor de prijzen zullen meedoen.”
Jij maakte in 2022 de overstap naar de Nederlandse topclub Oranje-Rood in Eindhoven, nam deel aan een tv-programma op VTM met Kürt Rogiers en werd door de internationale hockeyfederatie genomineerd voor Speler van het Jaar. Dat lijkt me op persoonlijk vlak een verre van onaardig jaar.
De Sloover: “Dat vind ik ook. Het zegt iets over mijn carrière die aan het groeien is. Na acht jaar Beerschot, waarmee ik vorig seizoen degradeerde, moest ik een keuze maken. Met dit WK en het EK in augustus in het vooruitzicht was het voor mij geen optie om in tweede klasse te spelen. Nederland heeft een betere competitie dan België. Voor de meeste hockeyers is het een droom om er te spelen. Ik ben heel blij met mijn keuze, want Oranje-Rood wil voor de titel meedoen. Ook die nominatie was een fantastisch moment. Dat is vergelijkbaar met de Gouden Bal in het voetbal. Alleen al als een van de vijf spelers genomineerd zijn, is een eer op zich. Ik had dat niet zien afkomen. Er zijn een pak spelers die belangrijker zijn voor hun land, maar ik heb een goeie zomer met veel speelminuten achter de rug, omdat twee andere verdedigers bij onze nationale hockeyploeg lange tijd geblesseerd zijn geweest.”
Hoe is het intussen met je studie toegepaste economische wetenschappen aan de universiteit van Antwerpen?
De Sloover: “Goed. Na de Spelen in Tokio heb ik veel kunnen doen. Ik zit nu in mijn laatste jaar en moet nog één vak afwerken, alsook mijn thesis. Die gaat over de luchtvaart. Alles over zee- en luchttransport interesseert me.”
Je bent nog aan je thesis bezig, maar je bent ook wel een olympisch kampioen, Arthur. Word je sinds de Spelen al vaker herkend op straat?
De Sloover: “Dat valt zwaar tegen. (grijnst) Niet dat ik dat erg vind. Ik vind dat zelfs heel goed. Ik word dan niet op de vingers gekeken voor alles wat ik doe.”
We zijn nu 17 maanden na Tokio. Welke herinnering komt bij jou het snelst weer naar boven?
De Sloover: “Goeie vraag. Daar heb ik nog nooit bij stilgestaan. (denkt lang na) Ik heb één topmoment, maar dat heeft eigenlijk niets met hockey te maken. Nina Derwael had net goud in het turnen gewonnen en kwam aan in het olympisch dorp. Daar waren wij met enkele jongens van de Red Lions foto’s aan het nemen, omdat we in de ban waren van die gouden medaille. Het is een moment dat mij bijblijft. Niet omdat ik Nina goed ken of een connectie met haar sport heb, maar op een of andere manier heeft dat mij enorm geraakt.”
Nina Derwael deed het uitstekend in haar finale, maar jij scoorde in jouw olympische finale tegen Australië wel een doelpunt, ook al gebeurde dat in de shoot-outs. Dat is zoals Lionel Messi die in de WK-finale een penalty voor Argentinië omzette.
De Sloover: (knikt) “Soms sta ik daar ook bij stil. Het is een van de momenten uit mijn carrière waar ik het meest trots op ben. Oké, het was geen velddoelpunt, maar ik was een van de vijf jongens die moest scoren en dat heb ik ook gedaan. Bij thuiskomst in België kreeg ik van mijn oude club Saint-Georges in Kortrijk trouwens een heel mooi schilderij van het moment waarop ik scoorde. Een onvergetelijke herinnering.”
Olympisch vicekampioen, wereldkampioen, Europees kampioen en nu ook olympisch kampioen. Bij vele teams zou men zeggen dat de cirkel rond is, maar niet bij de Red Lions, heb ik de indruk. Jullie willen simpelweg meer en lijken verre van verzadigd. Klopt die indruk?
De Sloover: (nadrukkelijk) “Dat is ons doel: alles kunnen winnen. Het zorgt ervoor dat er een bepaalde motivatie is. Als je naar de gemiddelde leeftijd van onze ploeg kijkt, ligt die al redelijk hoog. Maar goed, dat wil niets zeggen. Met deze gouden generatie zitten we in een luxepositie. Het is nu dat we er alles moeten uithalen wat erin zit, want enkele jongens zullen na Parijs 2024 sowieso zeggen dat het genoeg geweest is.”
Mijn doelpunt in de shoot-outs van de olympische finale is een van de momenten uit mijn carrière waar ik het meest trots op ben
Hoe groot is de kans dat jullie zichzelf in India als wereldkampioen opvolgen?
De Sloover: “Het is niet de eerste keer dat ik die vraag krijg. Objectief gezien zijn er vijf of zes grote kanshebbers op de titel. We hebben dus 15 tot 20 procent kans. Alleen, als je naar het voetbal kijkt en vijf of zes landen opsomt die het WK kunnen winnen, zal Marokko er ook niet tussen gezeten hebben. Maar ik heb er vertrouwen in dat we ons niet laten verrassen door een outsider. We weten wat voor zalig gevoel het is om wereldkampioen te worden en gaan dan ook voor het allerhoogste.”
Jij bent de enige West-Vlaming bij de Red Lions. Vind je dat niet vervelend?
De Sloover: “Neen, al zou het wel fijn zijn als er een tweede West-Vlaming bij de nationale ploeg zou zitten. Maar ik heb veel vrienden bij de Red Lions en kom met iedereen overeen. Intussen heb ik met mijn vriendin (Emma Verstraete, een kinesitherapeute, red.) ook iets in Antwerpen gekocht. Het is dus de bedoeling om daar nog een tijdje te blijven, want voor mijn hockey moet ik vaak in regio Antwerpen zijn. Het is mijn tweede thuis geworden.”
Tot slot: heeft jouw familie intussen al een vakantiehuis in Parijs voor de zomer van 2024 vastgelegd?
De Sloover: (knikt) “Mijn ouders hebben een huisje net buiten Parijs gehuurd. Het is de bedoeling om daar een soort van mini-Belgium House uit te bouwen waar ze vrienden en familie kunnen uitnodigen. Ook mijn vriendin en haar ouders hebben al iets vastgelegd. (knipoogt) Ik vermoed dat Parijs 2024 een leuk evenement wordt.”
Arthur De Sloover
Arthur De Sloover werd op 3 mei 1997 geboren in Kortrijk, waar hij ook opgroeide. Intussen woont hij in Antwerpen met zijn vriendin, kinesitherapeute Emma Verstraete. Zelf is Arthur bezig met een masterstudie toegepaste economische wetenschappen aan de universiteit van Antwerpen.
Arthur begon op vierjarige leeftijd hockey te spelen bij Saint-Georges Kortrijk. Van 2014 tot 2022 kwam hij uit voor Royal Beerschot, waarna hij een transfer versierde naar de Nederlandse topclub Oranje-Rood. De Sloover won in 2016 WK-zilver met de Red Lions U21 en maakt sinds 2017 als verdediger deel uit van de Red Lions, waarmee hij intussen vijf kampioenschapsmedailles veroverde: zilver op het EK 2017, goud op het WK 2018, goud op het EK 2019, brons op het EK 2021 en goud op de Olympische Spelen 2021.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier