Mario Vandenbogaerde (52) wil revanche op het WK darts: “Deze keer moet ik die eerste ronde overleven”

Mario Vandenbogaerde: "Ik wil in de top 64 van de ranking blijven. Daarvoor moet ik mijn eerste match winnen." (foto Kurt)
Wout Bernaert
Wout Bernaert Medewerker KW

Zaterdag om 14 uur is het zover, dan staat de 52-jarige Mario Vandenbogaerde voor de tweede keer in Alexandra Palace in Londen voor het WK darts. Super Mario heeft er één absoluut doel: de eerste ronde overleven… iets wat hem in 2023 niet lukte.

Mario Vandenbogaerde heeft er een goed jaar opzitten op dartsgebied. De uit Zonnebeke afkomstige Geluwenaar bereikte voor het eerst in zijn PDC-carrière een finale van een tornooi, maar op het Players Championship 28 in Leicester moest hij uiteindelijk wel het hoofd buigen voor Ryan Searle.

Daarnaast won hij dit jaar ook van heel wat toppers, waaronder ex-wereldkampioenen Michael Smith, Michael van Gerwen en Luke Humphries. “Het is een heel goed jaar geweest, ik denk zelfs mijn beste tot nu toe”, zegt Vandenbogaerde zelf. En wat is er beter dan die vorm te bewijzen op het WK, te beginnen met een duel tegen de Welshman David Davies.

Mario, hoe hard kijk je uit naar die eerste wedstrijd op het WK?

“Ik kijk er eigenlijk niet extra naar uit, het WK geeft mij niet meteen een speciaal gevoel. Ik wil gewoon in de top 64 van de ranking blijven. Daarvoor moet ik mijn eerste match winnen, want als ik die niet win, moet ik opnieuw naar de Q School. Dat zorgt dus wel voor druk, maar het is niet meer mijn eerste keer daar en dat scheelt wel. Ik weet nu waar ik moet zijn, hoe het eraan toe gaat en hoe het is om op dat podium in Ally Pally te staan. Ik heb dat wel nodig, een beetje routine.”

Je stond inderdaad al eens in Alexandra Palace, in 2023, hoe kijk je terug naar die passage?

“Niet heel goed eigenlijk. Ik ging er toen meteen uit tegen de Fransman Thibault Tricole. Een speler die ik heel goed ken en eigenlijk ook een goede vriend is. Maar de stress nam de bovenhand, ik moest toen ook mijn eerste wedstrijd winnen om mijn tourkaart te verdedigen. Daarenboven ging het ook niet goed mijn hoofdsponsor, FM Protec. Hij had toen een zware operatie gehad en veertien dagen in coma gelegen, juist in de periode dat ik op het WK moest spelen. Dat zat allemaal in mijn hoofd en op een WK moet het gewoon 100 procent goed zitten. Als je daar begint met denken is het over.”

Ga je er dan nu met een andere mindset naar toe?

“Het is een andere soort druk dan toen, al moet ik ook wel opnieuw meteen winnen. Er is dus wel wat stress, maar het is anders. Het gaat nu ook opnieuw beter met mijn hoofdsponsor en hij zal er normaal ook bij zijn. Dat zorgt toch voor extra morele steun op het podium. Ik heb daarnaast ook een heel goed jaar gehad, het vertrouwen zit goed, ik hoop de eerste ronde deze keer wel te overleven.”

Daarvoor moet je voorbij de Welshman David Davies, hoe goed ken je hem?

“Eigenlijk ken ik hem niet. Ik heb hem na de loting eens opgezocht op Google en zag dat hij wel al wat resultaten had behaald, maar voor de rest geen idee. Ik laat het gewoon op me afkomen. Normaal speel ik wel liever tegen spelers die hoger gerangschikt staan of spelers die ik al ken. Omdat ik dan het spel niet moet maken. Als ik dat wel moet doen, ga ik te veel nadenken en heb ik het vaak moeilijker.”

“Het zou wel echt zot zijn om Littler in de tweede ronde al naar huis te spelen”

Ben je dan vooraf bezig met die loting voor de eerste ronde?

“Het is wel spannend om te weten tegen wie je gaat spelen. Zeker omdat je niet in je eerste match al meteen tegen Littler wil uitkomen. “

Luke Littler, de naam is gevallen. Als je wint van Davies sta je tegenover hem.

“Klopt, het geluk in de loting stopte bij ronde één.” (lacht)

Het zou je eerste wedstrijd tegen Littler worden?

“Ik heb er inderdaad nog nooit tegen gespeeld, maar weet goed genoeg dat het een fenomeen is. Het is echt een machine, maar af en toe laat hij ook wel eens steken vallen op de dubbels. Het zou wel sowieso een unieke match zijn, je speelt er niet elke dag tegen. En als het zover komt, hoop ik gewoon dat het geen afgang wordt. Als ik zelf goed speel, komen er misschien wel kansen en wordt het een stunt, wie weet. Het zou wel echt zot zijn om Littler in de tweede ronde al naar huis te spelen. Maar laten we beginnen met die eerste ronde te winnen.”

Super Mario, hier samen met zijn naamgenoot. (foto Kurt)

Hoe kijk jij als 52-jarige naar het fenomeen Littler?

“Die jongen is zo speels. In het voetbal heb je Messi en Ronaldo, in het darts heb je Michael van Gerwen en Phil Taylor, en nu dus ook Littler. Het is straf wat hij doet, wij warmen bij momenten drie à vier uur op, terwijl hij misschien een halfuurtje voor de wedstrijd eraan begint. Dan stapt hij op dat podium, bam bam bam, en hij kan weer naar huis. Er zit ook geen verval in zijn spel, soms heeft hij wat miserie op zijn dubbels, maar dan probeert hij iets geks en is hij meteen weer vertrokken. Aan de ene kant is het chic om te zien, maar voor de tegenstander is het vaak niet leuk, je voelt je ergens belachelijk gemaakt.”

Het is ook een showman met een staaltje arrogantie?

“Ho, ik heb hem al een paar keer de hand geschud en voor mij komt hij helemaal niet arrogant over. Het lijkt voor de buitenwereld en fans soms wel zo, maar langs de andere kant verkoopt zijn manier van doen natuurlijk goed. Bij de PDC moet je wat show durven brengen, ze hebben daar liever zo’n soort spelers dan dat ze mij hebben. Ik ben eigenlijk te saai (lacht), ik ben geen danser of showman, dat laat ik aan anderen over.”

Terug naar het WK dan, je hebt ook al eens meegedaan aan een WK, in 2019.

“Ja, dat van de British Darts Organisation (BDO). Dat was hun laatste WK, daarna is die bond uiteindelijk failliet gegaan. Ik ben toen tot in de halve finales geraakt en verloor die van Jim Williams. Dat was een leuke ervaring, maar niet het allerhoogste niveau natuurlijk. De BDO was toen een bond voor mensen die naast het darts nog werkten. Wij speelden toen tornooien in het weekend, maar nu bij de PDC is het vaak ook in de week.”

“Ik hoop nog zo lang mogelijk te blijven doorgaan op het hoogste niveau, maar het wordt er niet gemakkelijk op”

Werk je nu nog steeds naast het darten?

“Ja, ik ben zelfstandig bouwvakker en werk samen met mijn zoon Sebastian (28). Ik was daarvoor al zelfstandige en sinds een jaar of zes werken we samen in een BV. We doen renovaties, opritten, terrassen, eigenlijk een beetje van alles in de bouw.”

Is dat nog combineerbaar met het dartsleven?

“Als ik voor een werkgever zou werken minder. Je baas zou dan al moeten meegaan in het dartsverhaal, anders gaat dat niet. Nu kies ik zelf mijn vakantiedagen en vangt mijn zoon die ook wat op. De dagen dat ik niet aan het darten ben, werk ik en omgekeerd. Het is een soort bijberoep geworden, maar toch blijft het voor mij wel gewoon een hobby.”

Zou je dan kunnen leven van het darts alleen?

“Dat hangt ervan af hoe je leeft en hoe je speelt. Mijn eerste jaar in de PDC was niet goed, dus verdiende ik ook weinig. Daarna ging het wat beter, maar er echt van leven kan je pas ongeveer vanaf dat je bij de top 32 zit. Ik sta nu op de 64ste plaats, dus daar ben ik nog lang niet. En als je een mooie prijzensom wint, gaan er ook nog lasten af. Dus het is niet zo gemakkelijk.”

Dit jaar heb je wel goed geboerd, was het je beste jaar in het darts?

“Ja, dat denk ik wel. Bij de PDC heb ik nog geen beter jaar gehad. Ondertussen is het wel een routine geworden, ik begin iedereen te kennen en dat maakt het spelen ook vlotter. Maar de laatste twee jaar is het niveau wel ferm gestegen. Er zijn veel betere spelers bijgekomen en ook veel jonge gasten… Ik ben 52, en als je dan tegen iemand speelt van 22, fysiek zijn die sterker.”

Maar mentaal niet?

“Nee, daar ben ik vaak nog in het voordeel. Ik ben geen snelle speler, ik gooi op mijn eigen tempo. Terwijl die jonge gasten wel allemaal snel willen gooien en dat frustreert hen soms. Daardoor kan ik het hen mentaal soms wel moeilijk maken”

Is dat ook iets dat je op het WK zal toepassen tegen Davies en misschien ook Littler?

“Ja, natuurlijk. Darts is een momentsport en op dat moment moet je gewoon uitgaan van eigen sterkte. Op het WK sta je een halfuurtje op het podium, maar dat halfuur moet je presteren. Het kan dus heel rap voorbij zijn.”

Je zegt het zelf: “voorbij zijn”. Je bent nu 52, is je dartscarrière dan ook bijna voorbij?

“Nee, nog niet, ik zou graag nog minstens een jaar of vier op PDC-niveau blijven. Mocht ik mijn tourkaart kwijt geraken, ga ik sowieso opnieuw naar de Q school om die opnieuw te winnen. Ik hoop nog zo lang mogelijk te blijven doorgaan op het hoogste niveau, maar het wordt er niet gemakkelijk op.”

Wat zou je daarin dan nog graag bereiken?

“Misschien eens een Eurotour of een Pro Tour winnen. Dat zou wel eens leuk zijn.”

En ver geraken op het komende WK? Of is dat mission impossible?

“Alles is mogelijk, je moet een beetje durven dromen ook.”

En die droom begint voor Vandenbogaerde komende zaterdag om 14 uur in Ally Pally in Londen.

Is de volgende Luke Littler een West-Vlaming?

Zien we binnenkort een Belgische Luke Littler schitteren in het professionele dartcircuit? Als het van VTM afhangt wel. Met de VTM Next Gen Darts Academy begeleiden ze 15 jonge darters om deel te nemen aan de PDC Development Tour 2026, waarvoor VTM de inschrijvingskosten op zich neemt. Daar zitten maar liefst zeven West-Vlamingen bij: Alain (17) uit Roeselare, Axel (22) en Nunjo (22) uit Avelgem, Julian (20) uit Bredene, Milan (17) uit Oostduinkerke (Koksijde), Nicolas (16) uit Varsenare (Jabbeke) en Nigel (17) uit Bredene.

Zij worden verder klaargestoomd om deel te nemen aan de PDC Development Tour 2026. Met maar liefst 24 toernooien verspreid over 5 weekends met 3 speeldagen, vormt dit hét toernooi bij uitstek waar jong talent kan doorgroeien. De top twee van de Development Tour winnen een felbegeerde Tour Card en stromen door naar het professionele circuit. (BVB)

Partner Expertise