Kroont deze bouwvakker zich straks tot wereldkampioen darts?

Mario Vandenbogaerde staat straks op het WK in Engeland aan de zijde van onder meer Dimitri van den Bergh. © Joke Couvreur
Bert Vanden Berghe

Wordt een bouwvakker straks wereldkampioen darts? Het zou zomaar eens kunnen, want Mario Vandenbogaerde (50) uit Geluwe bij Wervik maakt deel uit van het Belgisch team dat zaterdag naar het WK in Engeland trekt. “Als ik de eerste ronde overleef, ga ik misschien wel minder werken.”

Het is part of the game natuurlijk, maar Mario Vandenbogaerde oogt bijzonder ontspannen en allerminst nerveus als we hem spreken. Hij is net een halfuur thuis en hoopt straks nog wat oefentijd te kunnen meepikken, net als het nieuws. Al is de kans groot dat hij bij dat laatste wegdommelt, glimlacht zijn vrouw Carla.

Mario heeft immers lange werkdagen en sjeest het land rond om allerlei werken uit te voeren, van vloeren tegelen tot opritten aanleggen en het uitbreken van muren. Bij dat laatste zitten de pijltjes naar eigen zeggen gegarandeerd in het plafond als hij ‘s avonds nog oefent, grijnst hij. Toch probeert hij trouw zijn oefenschema te volgen dat zijn sponsor, Bull’s uit Nederland, voor hem heeft uitgewerkt. Al geeft hij toe dat het eigenlijk op maat is van iemand die zich daar fulltime (lees: overdag) kan op focussen. Maar Mario doet wat hij kan, zelfs al wil zijn rug niet altijd mee.

Super Mario

Heeft ook allerminst last van stress: de 11-jarige Engelse bulldog Boy, die Mario achterna sloft richting de garage. Daar oefent de gedreven darter op zijn bord, en staat hij pal tussen de conservenblikken en de diepvries. Op zijn arm staat zijn bijnaam, Super Mario, getatoeëerd. Ook op de arm van zijn vrouw en in de rest van het huis vind je de beeltenis van de enthousiaste Italiaanse loodgieter. Maar de échte geluksbrenger voor het komende WK is een ketting die hij met glinsterende ogen uit een klein doosje vist. “Gekregen van de kleinzoon van wijlen Willy Sonneville, mijn leermeester als het over darts gaat.” Want Mario heeft al een heuse carrière achter de rug. Vijftig jaar is hij, maar allesbehalve een nieuweling. Hij was 17 jaar toen hij zijn eerste pijltjes op café gooide. “Ik trok daarna naar Ieper en Kortrijk, waar ik voor het plezier speelde. Daarna deed ik enkele tornooitjes in de buurt, tot ik opklom naar nationale wedstrijden. Uiteindelijk was ik vijf jaar lang het nummer één en Belgisch kampioen in 2005. Maar internationaal ging het veel moeizamer.”

Mario Vandenbogaerde begin dit jaar in Duitsland: “Stress? Ik probeer het WK te bekijken als een ander tornooi.”
Mario Vandenbogaerde begin dit jaar in Duitsland: “Stress? Ik probeer het WK te bekijken als een ander tornooi.” © IMAGO/tennisphoto.de

Omdat de groei en goesting wat uitbleef, en hij ook een scheiding doormaakte, stak hij de pijltjes zonder verpinken terug in de kast. Maar een paar jaar geleden haalde hij ze er toch weer uit. Sindsdien speelt hij als ontketend, al is er sindsdien veel veranderd. De British Darts Organisation werd drie jaar geleden opgedoekt, wat de Professional Darts Corporation vleugels heeft gegeven. En zoals bekend hebben corona en de live televisie-uitzendingen bij ons de sport populairder dan ooit gemaakt. Mario heeft de afgelopen jaren hard gewerkt om zijn tourkaart te bemachtigen, dat hem uiteindelijk ook een ticket voor het WK heeft opgeleverd. Samen met onder meer zijn vriend Dimitri van den Bergh trekt hij dus straks naar het Londense Ally Pally, waar hij op de tonen van The One and Only van Chesney Hawkes het podium betreedt. Al is het geen geheim dat het al eens knetterde tussen de Belgen op grote tornooien. Mario haalt zijn schouders op. “Voor mij ligt de focus vooral op de wedstrijd zelf. Ik laat me niet snel afleiden. Zelfs al komt Michael van Gerwen dicht bij me staan, dan nog ben ik niet uit mijn lood te slaan. Maar ik kan best tegen mijn verlies, ja. Als ik al kwaad ben, is dat vooral op mezelf. Stress? Daar heb ik weinig last van.” En dan de klassieke vraag: hoe schat Mario zijn eigen kansen in? “Fifty-fifty. In darts kan je tegen iedereen winnen of verliezen. Het enige wat ik moet doen is mijn beste spel spelen. Op dat vlak is voor mij het WK een tornooi als een ander.”

Gamechanger

Maar voor Mario kan dit wereldkampioenschap wel eens een gamechanger worden. “Als ik de eerste ronde niet overleef, ben ik mijn tourkaart kwijt en begin ik weer van voren af aan. De eerste wedstrijd is trouwens tegen een goeie vriend van mij uit Frankrijk.” Mocht het avontuur snel stoppen, dan is er niet veel tijd voor ontgoocheling. Dan staat Mario al snel weer op een werf. “Vroeger was er eens vijf dagen tussen twee wedstrijden. Toen ben ik gewoon weer naar huis geweest om te werken. Het gebeurde ook al eens dat we vanuit Engeland terugkwamen op zondagnacht en rond 1 uur in ons bed zaten, om dan weer om 5 uur op te staan.” Zijn vrouw Carla, die hij al tien jaar kent en werkt als postbode, is zijn meest toegewijde kompaan op tornooien. Zelf speelde ze in een ver verleden ook nog darts. Van de sport leven, is voorlopig nog te hoog gegrepen. “De top 32 kan dat wel, ja. Maar als ik die eerste ronde straks overleef, dan denk ik er ook aan om misschien nog maar drie dagen per week te gaan werken. Vooral omdat de Protour volgend jaar meer wedstrijden tijdens de week organiseert.” We vragen tot slot wat zijn leukste wedstrijd was tot nu toe. “Dat BK in 2005. Maar laat ons vooral hopen dat die schoonste wedstrijd nog komt…”

Lees meer over: