Het is jammer dat er geen prijs bestaat voor ‘Sportkoppel van het jaar’, anders zouden wij wel weten op wie te stemmen. Overal waar Victor Campenaerts en Fanny Lecluyse samen verschijnen, wordt de sfeer een pak aangenamer. En omdat Victor de voorbije weken regelmatig in de media verscheen, dachten wij: we zullen eens horen hoe het met Fanny gaat.
Met Fanny gaat het misschien wel beter dan met Victor. Dat gezicht gezien tijdens de podiumceremonie op het EK afgelopen maandag? Zelfs een mondmasker kon die donderwolk niet verbergen. “Hij was inderdaad behoorlijk ontgoocheld na zijn tijdrit”, knikt de zwemster uit Spiere-Helkijn. “Ook al leverde hij best een goede prestatie. We mogen niet vergeten dat hij na zijn val in Tsjechië echt veel last had van zijn rug en enkele dagen niet kon trainen. Maar ja, hij ging voor goud, hé. Gelukkig kwam er al snel een nieuwe koers waarop hij kon focussen en kon hij het snel van zich afzetten.”
“Ik spring nog steeds met veel plezier het water in”
Voor Campenaerts is het seizoen weer volop bezig, maar voor Lecluyse is het echt zoeken naar wedstrijden. Normaal had ze in oktober moeten deelnemen aan de Wereldbeker, maar die werd opgeschoven naar 2021. “Heel veel competities zijn er dit jaar niet meer. Er is nog het BK korte baan halfweg november waar ik aan deelneem, maar mijn grootste focus ligt op december. Dan trek ik naar de Franse of de Open Nederlandse kampioenschappen, telkens lange baan. Daar wil ik mezelf nog eens testen en ga ik proberen onder de olympische limiet te zwemmen.”
Veel gefietst tijdens corona
Normaal had 2020 volledig in het teken van de Olympische Spelen moeten staan, voor zwemmers nog altijd dé belangrijkste wedstrijd die er is. Toen duidelijk werd dat die dit jaar niet zouden doorgaan, werd het voor veel atleten herbronnen. Voor zwemmers kwam er dan ook nog eens bij dat de zwembaden tijdens de lockdown maar beperkt geopend bleven. “In principe viel dat wel mee. Als topsporter kon ik één keer per dag blijven zwemmen, terwijl dat normaal twee keer is. Maar je moet het doen met wat je hebt natuurlijk. Om mijn conditie te onderhouden, ben ik veel beginnen fietsen. In het begin telkens ritjes van een 70-tal km en dat ging heel goed. Maar op den duur wil je jezelf wel eens uitdagen. Zo reed ik een keer naar mijn ouders in Spiere-Helkijn, goed voor meer dan 130 km. Daarnaast ging ik ook eens met Victor gaan trainen in de Ardennen. Dat laatste was niet zo verstandig, want toen ik op maandag terug in het water dook, kreeg ik last van mijn knie. (glimlacht) Dan doe je eens je best om in vorm te blijven.”
Of ze nog vaak met Victor zal gaan fietsen, willen we graag weten. “Goh, ik ga eerlijk gezegd liever alleen fietsen”, bekent Fanny. “Of met iemand die hetzelfde niveau haalt als ik. Ik kan er niet goed tegen als iemand sneller rijdt. En met Victor is het nog erger. Ik ben enorm aan het afzien en hij rijdt op zijn gemakje.” (lacht)
Nog een tijdje doorgaan
Ook op andere vlakken zat de zwemster niet stil tijdens corona. De uren dat ze niet moest trainen, vulde ze op met een opleiding initiator zwemmen . “Zo heb ik iets achter de hand voor na mijn carrière. Want het moment dat ik stop met zwemmen, zal ik gewoon moeten werken. Ik heb al mijn diploma om les te mogen geven in het lager onderwijs, maar zou graag iets met het zwemmen blijven doen. Maar laat wel één ding duidelijk zijn: ik ben nog niet klaar met het zwemmen. Ik spring nog steeds met veel plezier het water in. En zolang die motivatie er is, blijf ik gewoon doorgaan. Zeker tot de Olympische Spelen in 2021. Misschien zelfs tot die in 2024. Een keer dat we Tokio gepasseerd zijn, is het nog maar drie jaar tot de volgende Spelen. En voor je het weet zijn die voorbij gevlogen”, besluit Lecluyse met een knipoog.
(Beau Vandevyvere)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier