Amper zes van de 346 parochies in West-Vlaanderen hebben een aanvraag ingediend om een provinciale subsidie te krijgen voor het multifunctioneel gebruik van hun kerk. Vijf dossiers zijn goedgekeurd ter waarde van 500.000 euro.
Volgens provincieraadslid Isabelle Degezelle (CD&V) is het voor de lokale besturen en 346 kerkfabrieken in onze provincie geen sinecure om het onderhoud van hun kerken te betalen. Ondanks de dalende kerkgang kregen de laatste tien jaar amper twintig kerken een nieuwe bestemming en staan vele kerkgebouwen leeg.
Zes dossiers
In november 2024 lanceerde de provincie West-Vlaanderen een nieuwe subsidie in de hoop dit proces te versnellen en de drempel te verlagen voor het kwalitatief multifunctioneel gebruik van kerken. De provincie lanceerde die toelage in november 2024.
Isabelle Degezelle peilde bij haar partijgenoot, gedeputeerde Bart Naeyaert, hoeveel kerkbesturen al van die toelage gebruik gemaakt hebben. Volgens Bart Naeyaert toonden elf parochies interesse, maar dienden uiteindelijk slechts zes parochies een aanvraag in.
Voorwaardelijk positief
Kerkfabrieken kunnen tot 100.000 euro provinciale steun krijgen, maar de toelage mag de helft van de te maken kosten niet overschrijden. Vijf dossier zijn goedgekeurd. Het gaat om de Magdalenakerk in Brugge, de Sint-Martinuskerk in Kortemark/Werken,, de Sint-Elisabethkerk in Kortrijk, de Sint-Petrus & Pauluskerk in Roeselare/Rumbeke en de Onze-lieve-Vrouwekerk in Zonnebeke.
Het zesde dossier, met name de Onbevlekt Hart Maria-Wijnbergkerk in Wevelgem werd voorwaardelijk positief beoordeeld door de deputatie. “De bedoeling is om ook dat dossier, nadat de kerkfabriek wat extra toelichting gegeven heeft, goed te keuren”,aldus Bart Naeyaert.
Budget overschreden
Met die zes dossiers is het geraamde budget van 500.000 euro met 19.555,39 euro overschreden. “Het verschil zal aangevuld worden met middelen uit de pot van de plattelandsontwikkeling, aangezien kerken niet alleen waardevol zijn als erfgoed, maar ook het kloppend hart vormen van ons dorpsleven. We geven ze een nieuwe invulling voor lokale gemeenschappen, verenigingen en kunstenaars”, besluit de gedeputeerde.