Vanaf 1 januari moeten facturen in ons land volledig elektronisch via het Peppol-netwerk verstuurd worden. Die digitale versnelling blijkt voor heel wat kleinere (en oudere) ondernemers een brug te ver. Daarom trekken ze met spijt in het hart de stekker uit hun levenswerk. “We hadden graag nog enkele jaren doorgewerkt, maar ze maken het ons te moeilijk.”
Binnen een kleine twee weken is de verplichte e-facturatie tussen alle btw-plichtige ondernemingen in België een feit. Bedrijven mogen hun facturen niet langer doormailen, maar gebruikmaken van het geautomatiseerde en gesloten netwerk Peppol. Dat staat voor Pan-European Public Procurement Online.
Voor de grotere spelers en kmo’s van deze wereld zal deze omslag relatief vlot gebeuren, maar heel wat kleine handelaars en zelfstandigen zien de stap niet meer zitten. En gooien, vaak met spijt in het hart, de handdoek.
Zo houdt Smetjes, de oudste winkel van Hooglede, er na Nieuwjaar mee op. “Na 98 jaar”, zeggen Antoon Van Hecke (76) en zijn vrouw Marie-Jeanne (75). “We hadden graag nog enkele jaren doorgewerkt, maar ze maken het ons gewoon te moeilijk.”
Extra druk
Wat in 1928 startte als kleine buurtzaak, groeide uit tot een winkel waar je zo goed als alles vond: van fietsen en onderdelen over huishoudartikelen en snoep tot tabak en gereedschap.

“Op onze leeftijd is het niet haalbaar om nog te investeren in deze technologie. We zouden volledig moeten vernieuwen, maar dat gaat niet meer voor ons. Voor veel oudere kleine zelfstandigen is dit niet prettig.”
“De jongere generatie kan e-facturatie snel in de vingers krijgen, bij ons zou dit toch meer moeite gekost hebben”
Antoon omschrijft Peppol als een regel die kleine handelaars extra onder druk zet. “Ze maken het ons onmogelijk. We hebben altijd graag gewerkt, Peppol gaat voor ons over de schreef. We zijn steeds in hart en nieren zelfstandigen geweest, maar nu zullen we genieten van ons pensioen in plaats van ons hoofd te breken over e-facturatie.”
Met spijt in het hart
Een soortgelijke teneur is bij Bakkerij Pauwelyn uit Kemmel te horen. Een drietal weken geleden gingen in de Heuvellandse deelgemeente bij Kris Pauwelyn en (65) en Maria Verschelde (63) de laatste broden over de toonbank.
“Met spijt in het hart”, geeft het koppel toe. “Onze leeftijd ligt mee aan de basis van onze beslissing, maar de nakende elektronische facturatie heeft de doorslag gegeven. Wij waren enkel nog tijdens de weekends open. Net daarom leek het ons niet verantwoord om in Peppol te investeren. De jongere generatie kan de e-facturatie snel in de vingers krijgen, bij ons zou dit toch meer moeite gekost hebben.”

Al missen ze hun zaak wel. “Vooral het contact met de vele vaste klanten. Dankzij onze job hebben we veel vrienden gemaakt. Weet je waar we wél gelukkig om zijn? Dat een bakker uit Poelkapelle, Tiebrood, het recept van onze kerstbuches heeft overgenomen. Zo blijft onze bakkerij toch wat voortleven. Met of zonder Peppol.”
Kans geven
Unizo West-Vlaanderen, dat zo’n 6.000 leden telt, kreeg de voorbije weken en maanden tal van mails en telefoontjes over Peppol binnen. “We hebben iedereen zo goed mogelijk proberen te helpen”, duidt provinciaal voorzitter Jef Maeseele (64).
“Ondernemers moeten aan veel regels voldoen, maar Peppol is écht een stap in de goede richting”
“Onze lokale afdelingen organiseerden infosessies en workshops en wij benadrukken de vele voordelen van e-facturatie. Ik ben zelf zelfstandig consultant en mocht al ervaren hoe gebruiksvriendelijk Peppol is. Je vindt je volledige facturatie op één plek. Qua administratieve vereenvoudiging kan dat tellen.”
Toch begrijpt Maeseele dat de omslag sommige zelfstandigen kan afschrikken. “Dat is een natuurlijke reflex bij verandering. Wij geven het advies om op zijn minst de stap te zetten en het platform een kans te geven. Als ondernemer zie je een spervuur aan regels voor je, maar Peppol is écht een stap in de goeie richting. Bovendien voorziet de overheid een overgangsfase: nog tot eind maart 2026 heeft iedereen de tijd om volledig operationeel te zijn.”
Minister Jambon: “De onrust is nergens voor nodig”
Federaal minister van Financiën Jan Jambon (N-VA) begrijpt de onrust bij sommige ondernemers. “Mensen die niet permanent bezig zijn met alle digitale ontwikkelingen, kunnen zich onzeker voelen bij elke volgende stap.”
“Maar die onrust is nergens voor nodig. Eenmaal je het nieuwe systeem goed uitgelegd kreeg, ben je er zo mee aan de slag. Elke boekhouder is in staat zijn klanten hierbij te helpen. Vanuit de overheid hebben wij ook alles uit de kast gehaald om mensen hierbij te helpen en (financieel) te ondersteunen.”
“Bovendien zijn hier ook fiscale voordelen aan verbonden: zo is bijvoorbeeld sinds 1 januari 2025 de digitale investeringsaftrek met 20 procent verhoogd.”
“Uiteraard vinden we het jammer dat kleine handelszaken en zeker buurtwinkels de deuren gesloten houden. Zij geven cachet aan een buurt, leveren goeie koopwaar en versterken ook de sociale contacten.”
“Laat een noodzakelijke wijziging in de facturatiemodellen – het gaat om een verplichte Europese regelgeving – geen aanleiding zijn om deze lokale handel af te remmen. Dat zou bijzonder jammer zijn.” (PVH)