Diksmuide maakt een onderscheid in zijn zwembadticketprijzen voor wie al dan niet in de stad woont. Daarnaast gaat ook de prijs van de vakantiekampen en die van de sportlessen de hoogte in. Dit zijn de nieuwe tarieven.
Door Gudrun Steen“Na controle van de meerbeurtenkaarten stellen we vast dat meer dan de helft van de zwemmers niet in Diksmuide woont”, legt sportschepen Marc De Keyrel (Team 8600) uit. “Concreet gaat het over 30.850 Diksmuidelingen die een meerbeurtenkaart hebben en 44.150 niet-Diksmuidelingen. Het zijn vooral mensen uit Kortemark, Houthulst en Koekelare die komen zwemmen in Diksmuide.”
“Na controle van de meerbeurtenkaarten stellen we vast dat meer dan de helft van de zwemmers niet in Diksmuide woont”
Voor de bepaling van de nieuwe tarieven maakt het stadsbestuur een onderscheid. Kinderen onder de vier jaar kunnen gratis blijven zwemmen. De prijs van het individueel ticket blijft 3,30 euro voor inwoners, wie niet in Diksmuide woont, betaalt 4,50 euro. Voor de 10-beurtenkaarten gaat het voor inwoners van 29,60 naar 30 euro, niet-inwoners betalen 40 euro. De prijs van een 50-beurtenkaart gaat van 129,90 euro naar 140 euro voor inwoners en 191 euro voor niet-inwoners. Voor het schoolzwemmen rekent Diksmuide per leerling per 30 minuten 2,25 euro aan in plaats van 2,10 euro.
Vakantiekampen
De tarieven voor de sport- en zwemlessen worden ook verhoogd volgens de indexering vanuit de financiële dienst. Voor een sportreeks met dertien lessen betaalt de jeugd voor meer dan anderhalf uur niet langer 65 maar 72,50 euro. Voor een sportseizoen van 26 lessen gaat de prijs voor volwassenen van 110 naar 122,50 euro.
Tot slot zullen ouders ook dieper in de geldbeugel mogen tasten voor de vakantiekampen. Volgens schepen De Keyrel waren de tarieven niet meer marktconform. De prijs van een tweedaags kamp gaat voor het eerste kind van 35 naar 45 euro, een driedaags kamp van 55 naar 67,50 euro, een vierdaags kamp van 70 naar 90 euro en voor de opvang tijdens het kamp van 6 naar 7 euro. Het tweede kind binnen hetzelfde gezin betaalt vijf euro minder dan het eerste, het tarief van de opvang blijft hetzelfde. (GUS/foto GUS)