Blijft zeilschip Mercator liggen op ‘tijdelijke’ locatie? “Veel veiliger en toegankelijker”

© LB
Leen Belpaeme
Leen Belpaeme Medewerker KW

Zeilschip Mercator heeft dan wel Antwerpen als oorspronkelijke thuishaven, sinds 1964 is het schip onlosmakelijk met Oostende verbonden. Een jaar geleden nam vzw Toerisme Oostende de uitbating én het onderhoud van het museumschip in handen. Het schip werd gedraaid om werken te kunnen uitvoeren maar die nieuwe ligging blijkt ook heel wat voordelen te hebben. “Het is aan de stad om te beslissen, maar wij zien alvast heel wat pluspunten zowel voor de veiligheid, het onderhoud, maar ook naar toegankelijkheid toe.”

We duiken nog even in het roemrijke verleden van de Mercator, het prachtige zeilschip dat aangemeerd ligt voor het stadhuis van Oostende. Poolreiziger Adrien de Gerlache ontwierp deze driemaster en het was dertig jaar lang in gebruik als opleidingsschip van de koopvaardijvloot. De ‘Mercator’ maakte 54 reizen. Een van de belangrijkste was zeker de reis waarbij in 1936 het stoffelijk overschot van Pater Damiaan terug naar België gebracht werd vanuit melaatseneiland Molokai. In 1960 liep de Mercator de haven van Antwerpen binnen om in 1961 ingericht te worden als museumschip. Sinds 1964 is het zeilschip een parel aan de kroon van Oostende.

Samuel Lauwers is binnen Toerisme Oostende vzw niet enkel verantwoordelijk voor de uitbating van het Ensormuseum en Fort Napoleon, daar kwamen ook Zeilschip Mercator en de Amandine bij. “Ik heb al veel bijgeleerd”, bekent Samuel. “En ik heb nog veel te leren. Maar gelukkig kunnen we rekenen op een gemotiveerd en deskundig team van een 20-tal vrijwilligers. Dagelijks zijn zij in de weer om het schip in uitstekende conditie te houden. Ze schuren het schip en geven het soms tot acht lagen verf, maar onderhouden ook de motor. Deze werkt overigens nog altijd en het is de bedoeling om dat zo te houden. Ze hebben het voorbije jaar ook één van de ruimtes beneden dek, een ruimte waar de kadetten sliepen en aten, terug helemaal in zijn oorspronkelijke staat gezet en het ik moet zeggen dat resultaat echt prachtig is.”

De eerste prioriteit van Toerisme Oostende is om het schip te onderhouden. “We investeren nu fors in het vervangen van alle rondhouten. Van buitenaf was het niet zichtbaar, maar dat was ook echt wel nodig.” Sam toont een stuk van de dwarse masten in hout die duidelijk al behoorlijk rot was. “De rondhouten worden nu meegenomen zodat er een exacte kopie van kan gemaakt worden in staal. Daardoor is de levensduur niet 20, maar 50 jaar mits goed onderhoud.”

Onderhoud

Het brengt Sam naadloos tot bij de ligging van het schip. “We hebben het schip vlot kunnen draaien. Het moest tegen de kade liggen om alle rondhouten veilig te kunnen verwijderen. De bedoeling was om het zeker zo te laten liggen tot de nieuwe exemplaren terug op hun plaats hangen, maar we hebben in tussentijd toch ook wel de voordelen van deze ligging ontdekt. En dat zijn er veel. Zo kunnen we onder meer de masten veel gemakkelijker onderhouden. We kunnen van op de kade met een hoogtewerker de masten bijvoorbeeld eens goed poetsen. Als het schip zo zou blijven liggen kan dat jaarlijks gebeuren terwijl dat tot nu toe niet mogelijk was”, steekt Sam van wal.

Toegankelijk

“Daarnaast, en dat vinden we persoonlijk een heel belangrijke, kunnen we het schip in deze positie ook toegankelijk maken voor iedereen. Vroeger was het echt niet haalbaar om met een rolstoel aan boord te gaan. Door de opstelling die we nu voorzien hebben is het al gemakkelijker en als het schip zo zou blijven liggen bekijken we de mogelijkheid om te investeren in een kleine lift om het niveauverschil te overbruggen. Het Ensorhuis is sinds de opening van het nieuwe museum ook toegankelijk en we hebben daar al heel wat mooie reacties op gekregen. Mensen waren echt blij dat ze eindelijk de kans kregen om het huis ook eens te bezoeken met een rolwagen.”

Sinds de nieuwe locatie beweegt het schip ook veel minder in het dok. “Ik moet zeggen dat dit een serieuze zorg minder is voor onze medewerkers. Het schip ‘rolt’ veel minder en ligt stabiel aan de kade. Het schip lag wel verankerd met blokken onder het water, maar bij veel wind bewoog het wel eens. Daarnaast is het schip ook veel toegankelijker voor de brandweer bij problemen en we kunnen een tweede gangway voorzien als nooduitgang.” Een lange lijst met voordelen, maar het is uiteindelijk de stad die zal beslissen wat er met het schip zal gebeuren. “Wij pleiten er alvast voor dat het schip zo kan blijven liggen”, besluit Sam.

Publiekstrekker

Het schip blijft na al die jaren overigens een echte publiekstrekker. “We hebben het voorbije jaar 46.000 bezoekers mogen ontvangen. Er zijn ook recepties en activiteiten, maar dat promoten we niet actief. We zetten in op groepsbezoeken en individuele bezoekers. Mensen zullen binnenkort ook online een ticket kunnen kopen. We kunnen daaraan een enquête koppelen wat mensen vonden van hun bezoek zodat we de invulling nog beter kunnen afstemmen op de wensen van de bezoekers. De museale invulling is momenteel mooi uitgewerkt door één van onze vrijwilligers Rudy, maar je moet als museum in beweging blijven. De investeringen zijn momenteel geconcentreerd op het onderhoud van het schip, maar daarna zullen we zeker mogelijkheden bekijken als audiogidsen om een bezoek nog interactiever te maken.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier