Michèle Lybeer (53) is sinds begin september de nieuwe waardin in café ‘t Peerdeken. De voormalige kapster had al wat horeca-ervaring en kende een mooie start met het café. De kroeg bestaat al eeuwen en is ook een ijkpunt aan de rotonde waarop ook een paard staat. Zelfs op de bijgebouwen van het café prijkt geen windhaan, maar een roterend windpaard.
Michèle Lybeer (53) stamt uit de bekende Izegemse familie, maar groeide op in Kuurne. Haar mama Marie-Jeanne Vanhoutte, 78 lentes ondertussen, runt er nog altijd haar eigen kapsalon. Ook Michèle stapte in de kappersstiel, die ze tot voor kort uitoefende bij Carine Vierstraete in Meulebeke. “Ik leerde daar al heel wat Meulebekenaars kennen, en ook de manier waarop ze in het leven staan. Daar kon ik me meteen al goed in vinden.”
Vijf eeuwen terug
Het was Brenda Vandendriessche die voor Michèle de laatste uitbaatster was van de bekende kroeg. De geschiedenis daarvan gaat letterlijk eeuwen terug. Als locatie werd het al in 1645 vermeld, de vorige vier uitbaters hielden het samen meer dan 100 jaar open. Ondertussen is Michèle er vier maanden aan de slag, ze krijgt daarbij de hulp van haar partner Franky Maertens die ook nog in de weer is voor zijn dagtaak bij Fluvius. “We wonen hier ook bij het café. Alles was tiptop in orde toen we hier introkken, zelfs een nieuw laagje verf bleek niet nodig. We konden hier gewoon meteen een doorstart maken.” Michèle had al wel wat horecawatertjes doorzwommen en was tot ze de overstap maakte naar ‘t Peerdeken als flexi actief in De Wandeling in Ardooie. “Het was via een kameraad dat we hoorden dat het café over te nemen was. Het is ook ideaal voor mij. Niet te groot, in de week kan ik het dus grotendeels alleen aan. En in het weekend heb ik de steun van mijn partner. Want het kan hier best wel eens druk worden.” Het café heeft een grote parking, een mooi terras en enkele bijgebouwen met potentie. “Die parking is echt wel een zegen, je kunt hier altijd je auto kwijt. Bij onze start in september was het nog zomerweer, we konden dus meteen ook heel wat klanten buiten bedienen. Het volk vond snel de weg naar hier. Zelf ben ik dus niet van Meulebeke, maar ik leerde hier ondertussen wel al heel wat mensen kennen. Ook uit Tielt en Oostrozebeke mogen we veel klanten ontvangen. En uit Izegem, waar ik ook een tijdje woonde en massa’s mensen ken.”
Lange nachten
Het café is gesloten op maandag en dinsdag, op de andere weekdagen gaan de deuren open om 10 uur. “En we blijven ook doorlopend open, meestal tot rond 23 uur.” In het weekend kan het wel eens uitlopen. “Op zaterdag en zondag gaan we pas om 16 uur open. Dat komt omdat we de dag voordien pas vaak tegen ‘s morgens kunnen sluiten. We hebben toch enkele uurtjes slaap nodig én het café moet ook telkens nog gepoetst worden. In de horeca staan is een pittige job, want op je zogenaamde vrije dagen ben je nog bezig met bestellingen en andere boodschappen.” De klanten hebben duidelijk de weg gevonden naar het kruispunt van de Tieltstraat, Nijverheidsstraat en de Marialoopsesteenweg. Het café ligt buiten het centrum van Meulebeke, maar dat biedt ook zijn voordelen. “Er is hier veel verkeer, maar het is niet dat we het moeten hebben van de passanten. Die tijd is voorbij. De klanten komen specifiek naar hier. En zoals je kan zien (we waren er te gast voor openingstijd, red.) is de parking zich al aan het vullen tegen dat we opengaan. Ik heb hier meteen gezelschap in het café.”
“Er onstaan hier vaak spontane feestjes”
De tent die het terras overkapt, doet nu dienst als rokersruimte. “Ons terras was deze zomer echt een schot in de roos, we moesten steeds maar stoelen en tafels blijven bijzetten, tot wel halfweg de parking.” De klanten die Michèle mag verwelkomen, zijn erg divers qua leeftijd. “Van 18 jaar tot 92. We hebben hier van alles. Er landt hier wel eens een bende die een vrijgezellenavond aan het vieren is, er is hier immers ruimte om hun partybus te parkeren. Maar we hebben hier ook gewoon de gaande man van middelbare leeftijd.” Michèle staat er om bekend er graag mee de ambiance in te steken. “Qua muziek spelen we hier van alles, dat hangt af van het publiek dat er op dat moment in het café aanwezig is. Maar het komt hier wel vaker tot een spontaan feestje. De meezingers doen het hier dus goed.”
Joviale babbelaar
Het volkscafé moet het dus hebben van de spontane ambiance. Michèle wordt er al geapprecieerd door haar publiek. “Het is een aanwinst voor Meulebeke”, laat een klant zich ontvallen. Michèle glimlacht: “Ik ben gewoon joviaal en babbel graag tegen iedereen; En zo moet het ook zijn in een café.” Overdag worden er vooral koffies en pintjes geserveerd, in het weekend durven de sterkere dranken het wel eens over te nemen. “Behalve een croque en kippenboutjes serveren we hier geen eten. Dat is ook niet doenbaar als je alleen in het café staat.”
Leren uitslapen
Michèle en Franky hebben dus duidelijk hun draai gevonden in de herberg. “Op vrije dagen gaan we graag nog eens uit eten. Ik was vroeger kapster, best een lastige job omdat je ook lang moet rechtstaan. Maar de horeca is nog een tikkeltje straffer. Het valt niet te onderschatten, maar ik heb me de keuze nog niet beklaagd. Vroeg kon ik niet uitslapen, ik was altijd vroeg in de weer. Na een pittige week gaat dat nu vanzelf. Maar ik doe het echt graag, ik hoor thuis onder de mensen.”
Volgende week: café De Meiboom in Sint-Eloois-Winkel.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier