Drie Iraakse Koerden hebben zich voor de Brugse strafrechter moeten verantwoorden voor feiten van mensensmokkel. In hun voertuigen werden bootjes, buitenboordmotoren en reddingsvesten aangetrokken. Het openbaar ministerie vorderde voor de beklaagden vier jaar effectieve gevangenisstraf en 8.000 euro boete.
In de nacht van 8 op 9 april controleerde de politie van de zone Westkust in De Panne de Opel Astra van Karwan K. (42). De beklaagde bleek in het bezit van een buitenboordmotor en een Zodiac. Een dik uur later liepen ook zijn landgenoten Ali K. (24) en Mohammed S. (21) tegen de lamp in De Panne. In hun Toyota Corolla met Nederlandse nummerplaat vonden de speurders eveneens een vaartuig, 21 reddingsvesten, een buitenboordmotor en een brandstoftank. Bovendien was datzelfde voertuig ook betrokken bij de levering van een bootje dat in januari voor de kust van De Panne kapseisde.
Karwan K. mocht na een half jaar voorhechtenis de gevangenis verlaten met een borgsom van 20.000 euro. Volgens zijn advocaat handelde K. op vraag van een vriend. Door zijn jobs in Antwerpen en Enschede mocht de beklaagde immers ondanks de lockdown toch de grens oversteken. “Hij heeft hoegenaamd niets met mensensmokkel te maken en kent ook de andere beklaagden niet”, aldus meester Alexander Verstraete. De verdediging hekelde vooral het feit dat er geen onderzoek gevoerd werd naar de Nederlandse kameraad van de man.
Ook de advocaten van de twee andere beklaagden vroegen de vrijspraak. Beide transmigranten wilden zelf naar Engeland gesmokkeld worden, maar moesten eerst een klusje uitvoeren voor de smokkelorganisatie. In ruil zouden ze goedkoper de overtocht mogen maken. “Ik heb echt nooit iets verkeerds gedaan”, zei Ali K. zelf. De advocate van Mohammed S. benadrukte bovendien dat ze slechts betrokken waren bij voorbereidende handelingen, maar niet bij een concrete smokkel.
De rechter doet uitspraak op 23 december.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
