Op het kerkhof van De Panne zijn vrijdagmorgen de stoffelijke resten van een onbekend verkeersslachtoffer opgegraven om DNA-stalen af te nemen. Het gaat om een man die in 1997 overleed na een dubbele aanrijding in Adinkerke. De opgraving kadert in Operatie Kerkhof, onder leiding van de Cel Vermiste Personen. “In dit concreet geval kwam er vraag vanuit Engeland”, zegt procureur Patty T’Jonck van parket Veurne.
Het verkeersslachtoffer in kwestie werd nooit geïdentificeerd. Volgens het Veurnse parket overleed de man in 1997 in Adinkerke, nadat hij eerst door een vrachtwagen werd aangereden en nadien nog overreden werd door een personenwagen. De man is destijds begraven op de begraafplaats aan Moeder Lambik tussen De Panne en Adinkerke. Dat het slachtoffer nooit is geïdentificeerd, betekent dat er aan de andere kant ook nog een onopgeloste verdwijningszaak bestaat.
Vraag uit Engeland
Over heel België worden sinds mei 250 graven van onbekende overleden personen opgegraven om DNA-staal af te nemen. “Op vlak van DNA-analyse staan we intussen een heel eind verder dan pakweg twintig jaar geleden. Door DNA te onderzoeken volgens de huidige methodes, hoopt de Cel Vermiste Zaken oude verdwijningszaken op te lossen. In het geval van Adinkerke is er bovendien vraag gekomen vanuit Engeland”, vertelt procureur Patty T’Jonck.
“Volgens Britse onderzoekers zijn er aanwijzingen dat het verkeersslachtoffer van destijds te linken is aan een concrete onopgeloste verdwijning. We hopen alvast dat daar uitsluitsel over komt en we de nabestaanden alsnog kunnen vertellen wat er hun familielid overkomen is. Gaat het toch om iemand anders, hopen we ook die zaak op te lossen”, besluit T’Jonck.
(BB)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier