Geert Leroy, Donald Vanhoecke en Luc Leroy vijftig jaar lid van Ypriana: “Pastoor luidde de klokken voor ons”
De Koninklijke Harmonie Ypriana heeft drie gouden muzikanten gehuldigd: Geert Leroy (56), Donald Vanhoecke (67) en Luc Leroy (63) zijn vijftig jaar lid. Tijd voor een goed gesprek. “Het is hard studeren, maar eenmaal het in je vingers zit, is het de mooiste hobby die er is.”
Voor Donald begon zijn Ypriana-verhaal via zijn vader. “Ik ben begonnen met trompet en was fier dat ik, net als mijn twee oudere broers, bij de harmonie mocht. Maar de trompet lag me niet zo goed en daarom schakelde ik over naar trommel. Dat heb ik gedaan tot twee jaar geleden. Nu speel ik de cymbalen.”
Luc startte toen hij elf was. “Bij de fanfare van Zillebeke, waarmee Ypriana nauw samenwerkte. Het duurde dan ook niet lang voordat ik samen met mijn broers bij de ‘grote’ Ypriana ging spelen.”
De muzikale carrière van broer Geert begon dus gelijktijdig. “Na de fusie van Zillebeke met Voormezele en Hollebeke werd de fanfare bij wandelconcerten voorafgegaan door drie jeugdige snaken die het wapenschild van de drie gemeenten droegen. Geflankeerd door Martine Debaere en Linda Warlop mocht ik het wapenschild van Zillebeke dragen, en zo startte mijn ‘muzikale’ loopbaan.”
Muziekschool
Geert weet niet meer exact wanneer hij bij Ypriana is terechtgekomen. “Dat moet begin de jaren 90 zijn geweest. Zillebeke en Ypriana deelden dezelfde dirigent: Nico Logghe. Ik ben als trommelaar gestart in de Zillebeekse fanfare, maar omdat ze nood hadden aan koperblazers, begon ik met notenleer en bariton. Je kon toen nog binnen de fanfare notenleer volgen én een instrument leren.”
“Daarvoor stond de dirigent meestal in. Veel dirigenten wilden dat een beetje in eigen hand houden en ‘vergaten’ de talentvolle muzikanten door te verwijzen naar de Ieperse muziekschool. De lessen daar waren toch van een hoger niveau. Ik heb mijn muziekschool op latere leeftijd afgewerkt, maar heb wel wat spijt dat ik er niet vroeger aan begonnen ben. Nu speel ik euphonium (tenortuba, red.).”
Luc is trombonist. “De eerste twee jaren was dat nog met ventielen, maar daarna schakelde ik over op schuiftrombone. Dat heb ik geleerd van de toenmalige Zillebeekse dirigent en via zelfstudie.” Hij vindt het spijtig dat hij nooit naar de muziekschool is geweest. “Daardoor moet ik meer oefenen dan anderen om het instrument onder de knie te krijgen. Ik moet elke nieuwe partituur goed ontleden en instuderen om enigszins mee te kunnen met het jonge geweld.”
Ook voor Geert betekent lid zijn van Ypriana: studeren. “Om het repertorium mee te kunnen spelen moet ik regelmatig thuis oefenen, want anders zit ik tijdens de repetitie maar te ‘playbacken’.”
Donald knikt: “Als je wil meedoen op dit niveau, dan moet je er iets voor overhebben. Maar eenmaal het in je vingers zit, is het de mooiste hobby die er is.”
Verbondenheid
Wanneer we informeren naar hun mooiste momenten, komen de reizen naar boven: Praag, Engeland, Parijs waren toppers, volgens Donald. Luc: “Of toch de Nekka Nacht in het Antwerpse Sportpaleis met Willem Vermandere en wijlen Liesbeth List? Al was de Ypriana-reis naar Riva del Garde in 2010, waar we de prestigieuze wedstrijd Flicorno d’Oro wonnen, misschien de echte topper. De samenhorigheid en verbondenheid die je voelt bij zo’n groepsprestatie is uniek mooi!”
Geert herinnert zich nog een ander memorabel moment: “Onze overwinning in het nationaal kampioenschap van Vlamo, waarvoor de toenmalige pastoor Denorme zelfs de kerkklokken liet luiden, bij onze terugkeer in Zillebeke. Dat was nadat de fanfare onder impuls van Nico Logghe omgeschakeld was naar harmonie. Maar het hoogtepunt voor mij waren de optredens met gastvedetten, een idee van alweer Nico. Koen Crucke was de eerste, later passeerden onder andere ook Margriet Hermans, Johan Verminnen, Gunther Neefs, Bart Herman en Raymond de revue.”
Natuurlijk hebben ze ook moeilijke momenten meegemaakt.
Geert: “Het afscheid van twee collega-euphoniumspelers, Jef Vanderhaeghe en Jan Cruyt, was een harde noot om kraken. Net zoals dat van Johan Coulembier, die ons een ongelooflijke China-ervaring heeft bezorgd in 2009.” Donald denkt dan weer aan de crisis toen Hendrik Cherchye en Nico Logghe Ypriana uit het diepe dal hebben gehaald. “Door hun inzet staan we er nog altijd.”
Niets is te veel
Aan wie ze een Ypriana-pluim willen geven? “Aan Nico Logghe”, klinkt het unaniem. “Hij heeft ervoor gezorgd dat zowel Ypriana als de korpsen uit de deelgemeenten opnieuw gewaardeerd worden. Jonge mensen vinden de weg naar de academie en het verenigingsleven. Ook de hele bestuursploeg krijgt een pluim. Die zorgt voor een dynamische werking, en zelfs tijdens de coronaperiode bleef de vereniging actief met allerlei leuke initiatieven. Een hele grote pluim gaat naar onze secretaresse Marlies Boink. Niets is haar te veel en met een vriendelijk woord en dankjewel weet ze alle muzikanten te plezieren.”
Hebben ze nog Ypriana-dromen? “Van ons laten horen, in binnen- en buitenland, te beginnen met ons eindejaarsconcert op zaterdag 17 december in Het Perron!”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier