Het stadsbestuur van Kortrijk heeft de grondige restauratie van de buitenschil van Broelkaai 6, de historische 18de-eeuwse patriciërswoning, goedgekeurd. Een belangrijke stap voor de herwaardering van het beschermde monument dat een grote icoonwaarde heeft in de stad. De kostprijs wordt geraamd op 1,4 miljoen euro waarvan 580.000 euro subsidie. Het einde van de werken is voorzien voor mei 26.
De historische 18de-eeuwse patriciërswoning aan Broelkaai 6 is een beschermd monument sedert 9 maart 1983. Het pand bestaat uit twee bouwlagen en vier verdiepingen: de kelder, de gelijkvloerse verdieping, de eerste verdieping en de zolder. Het is een voorbeeld van baksteenbouw met bepleisterde en geschilderde lijstgevel. De plattegrond heeft een traditioneel dubbelhuis opbouw. Rond de centrale vestibule met daarop aansluitende traphal werden de verschillende ruimtes gegroepeerd. Het pand werd opgetrokken op het einde van de 18de eeuw en diende als woonhuis. De laatste bewoners verkochten het huis in 1955 aan de stad. Het pand werd vervolgens ingericht als Museum voor Schone Kunsten. In 1983 werd het pand bij ministerieel besluit beschermd als monument. Ook het interieur is beschermd.
Eind 2014 sloot het museum zijn deuren. De huidige werking werd in 2018 opgestart. Het pand huisvest op heden enkele partners die experimenteren met concrete cultuurprojecten. Vanuit deze werking wordt in 2024 de kandidatuur ingediend om van Kortrijk de Culturele Hoofdstad van Europa 2030 te maken.
Monument
Gedurende de verschillende gebruiksperiodes en innames is het historisch karakter van het pand goed bewaard gebleven. Er zijn weinig bouwkundige werken uitgevoerd en het pand werd steeds goed onderhouden. Hierdoor is de erfgoedwaarde van het pand uitzonderlijk hoog.
“Zo mooi en belangrijk dit Kortrijkse monument is, zo grondig moet het ook gerestaureerd worden om zijn oude glorie te herwinnen. Bij doorgedreven onderzoek werden veel slijtage- en energetische gebreken vastgesteld. Daarom kiezen we voor goed werk in plaats van half werk. Dat vraagt wat meer tijd maar rond Pasen 2026 moet de buitenrestauratie een feit zijn”, vertelt Philippe De Coene, schepen van Onroerend Erfgoed.
Het pand scoort energetisch niet goed. In 2001 werd het dak beperkt geïsoleerd. De vloeren en wanden bevatten geen isolatie, het schrijnwerk bevat enkele beglazing en scoort slecht op luchtdichtheid. Het gebouw vertoont meerdere gebreken en slijtages, zowel zichtbare maar ook onzichtbare (‘weggeschilderde’ bouwfysische problemen). De gebouwenschil is dringend aan restauratie toe. Het pand is evenmin integraal toegankelijk.
We zetten in dit investeringsdossier in op het verhogen van comfort, zowel op vlak van toegankelijkheid als op vlak van thermisch verbeterd comfort. Dankzij deze investeringen gaan we het gebouw op een functionele en energetische manier kunnen beheren en zorgen we ervoor dat het gebouw integraal toegankelijk is voor iedereen.
De werken worden in één fase uitgevoerd. Om de interne werking van het gebouw gedurende de werken zo min mogelijk te hinderen, zal een opdeling gemaakt worden tussen de werken aan de voorgevel en de werken aan de achtergevel. Zo kunnen de achterste ruimtes in gebruik blijven terwijl de werken aan de voorgevel plaatsvinden, en omgekeerd.
Respect voor de originele staat
Het gebouw wordt gerestaureerd conform het jaar 1894 waarbij het pand belangrijke aanpassingen kreeg (zie ingekleurde postkaart uit die periode). Dit in overleg met Onroerend Erfgoed Vlaanderen.
De werken omvatten in grote lijnen het herstel en restauratie van de gepleisterde gevelvlakken, natuursteenelementen, balkons, dakranden, luiken. Het schrijnwerk wordt gerestaureerd en krijgt geïntegreerde dubbele beglazing. Waar dit technisch niet mogelijk blijkt, worden nieuwe ramen met dubbel glas geplaatst naar historisch model, of werken we met achterzetbeglazing.
Historische studies (stratografisch onderzoek = kleurhistorisch onderzoek aan de hand van analyse van de historische verflagen die terug te vinden zijn) tonen dat het gebouw historisch in een ‘Pierre de France’’ kleur was geschilderd, een licht beige zandsteenkleur gelijkaardig aan de kleur van de natuursteen van de Broeltorens.
Toegankelijkheid
De toegangshelling die aan de voorkant werd gerealiseerd om het gebouw integraal toegankelijk te maken, is een tijdelijke ingreep. Een duurzame en kwalitatieve interventie is noodzakelijk, passend bij het karakter van het monument. Ook komt er een toegangshelling aan de achterkant en in de verbindingsgang tussen het monument en het expogebouw. Achter de historische toegangsdeur bevindt zich op vandaag een glazen schuifwand, deze functioneert niet naar behoren en zorgt voor slijtage aan de voordeur. We voorzien een nieuw toegangsgeheel met thermisch sas in de inkomhal van het gebouw. Deze ingrepen werden besproken met Inter (Vlaams expertisecentrum Toegankelijkheid) en met de Stedelijke Adviesraad Personen met een Handicap (SAPH).
Kostprijs
De kostprijs voor de aanpak van de buitenschil wordt geraamd om 1.410.345 euro (incl. BTW), waarvan 580.000 euro subsidies (Onroerend Erfgoed en Departement Cultuur, Jeugd en Media).
Verdere timing
- september ’24: afwerking definitief ontwerp
- oktober en november ’24: behandeling subsidiedossier Departement Cultuur Jeugd en Media
- december ’24: wijzen van gunnen CBS en Gemeenteraad
- april ’25: gunning aannemer
Duurtijd van de werken: 10 tot 12 maanden. Hierna volgen de restauratiewerken aan het beschermde interieur, in overleg met Onroerend Erfgoed en in functie van de bestemming van het gebouw.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier