Stad Brugge wist twaalf jaar lang niet dat het eigenaar is van een oude garnaalkotter

“Brugge zit er letterlik en figurlik mee ipgeschipt. Die bóót is mor ’n krot en moe nu worden ipgekallefoaterd en ipgetuttematoaid. Da go ’t stad vil kluuten kosten.” © gf
Stefan Vankerkhoven

Al twaalf jaar lang is de Stad Brugge eigenaar van het vissersvaartuig Z533 Virtus, dat als symbool voor het rijke vissersverleden nabij het Visserskruis langs de Omookaai in Zeebrugge staat. Vreemd genoeg was het stadsbestuur al die jaren vergeten dat het moet instaan voor het onderhoud van dat wrak. Bovendien moet het vaartuig door de bouw van de nieuwe zeesluis een nieuwe stek krijgen.

Die vergetelheid kwam aan het licht, toen het Brugse raadslid Jean-Marie De Plancke (Open VLD) tijdens de gemeenteraad deze week vroeg of de garnaalkotter Z533 Virtus kan verhuisd worden naar de omgeving van de oude vismijn: “Het zou jammer zijn, indien dit vissersvaartuig verloren gaat. De kotter, die in 1965 bij de scheepswerven De Graeve in Zeebrugge gebouwd werd, is een stille getuige van ons rijke verleden als vissershaven.”

Overeenkomst

Ook Jean-Marie De Plancke wist niet dat de Stad Brugge de eigenaar is van het wrak, dat in 2010 met steun van Toerisme Vlaanderen door de Provincie gerestaureerd werd en een plek kreeg op een stukje grond van het Vlaams Gewest. Burgemeester Dirk De fauw ontdekte dit, toen hij het dossier bestudeerde, op vraag van het gemeenteraadslid.

“Ik heb eventjes moeten slikken, toen ik las dat Brugge in 2011 eigenaar geworden is! Er is toen overeengekomen dat de stad moet instaan voor het onderhoud van de grond én van het schip. Brugge zit dus met een dubbele opdracht, want de Z533 Virtus kan niet op deze plek blijven staan, wegens de bouw van de nieuwe zeesluis. De link met de jachthaven en de vismijn moet blijven bestaan, we kijken voor een nieuwe locatie in die omgeving”, aldus Dirk De fauw.

Samenwerking

Jean-Marie De Plancke heeft nog een suggestie voor het Brugs stadsbestuur: “Werk zoals bij de Westhinder samen met een plaatselijke school, leerlingen kunnen mee instaan voor het onderhoud.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier