Senioren verheffen hun stem in theaterstuk ‘De Generatie:’“We willen geen betutteling, wel respect”

Heleen Allary en Urbain Vermandere staan samen op het podium: “Er bestaat niet zoiets als dé ouderen.” © JOKE COUVREUR Joke Couvreur
Nancy Boerjan

Met de theatervoorstelling ‘De Generatie’ verheft een groep senioren zijn stem tegen de manier waarop onze maatschappij met hen omgaat: er wordt te veel over en te weinig met hen gepraat. Met de jongste en oudste speler, Heleen Allary en Urbain Vermandere, hebben we het over het spanningsveld tussen jong en oud, kunnen en niet meer kunnen, kwetsbaarheid en weerbaarheid.

De performance De Generatie is een initiatief van de sociaal-culturele organisatie Avansa Mid- en Zuidwest, die tot stand kwam met de steun van Amnesty International en de jonge theatermakers van Het Bataljong. De komende weken wordt de voorstelling nog drie keer opgevoerd in onze provincie. De Generatie is geen traditionele theatervoorstelling geworden. “We zijn vertrokken vanuit de vaststelling dat er vaak over ouderen gesproken wordt, maar te weinig mét hen”, schetst Maarten Vanhee van Avansa. “Daarop hebben we ook gesprekken aangeknoopt met heel veel verschillende ouderen. Dat werd in een boek gegoten en zo is ook het theaterproject ontstaan.” Fragmenten uit de individuele verhalen van de twintig deelnemers die daarvoor werden uitgezocht, over hun jeugd, hun leven en hoe ze vandaag proberen om te gaan met ouder worden, werden door regisseurs Arne De Jaegere en Hilde Vanderstraeten samengebracht in een spel van woorden. Op het podium worden die verhalen gebracht door diezelfde senioren, een bont gezelschap dat meteen onderstreept wat dit project in essentie wil meegeven: dat zoiets als de senioren niet bestaat.

Confronterend

De meesten van hen stonden nooit eerder op een podium. Urbain Vermandere is met 91 lentes meteen de oudste van de bende. De voormalige belastingambtenaar woonde al die tijd in Kortrijk, maar artistieke aspiraties heeft hij nooit gekoesterd. “Sinds mijn vrouw vier jaar geleden overleed, doen mijn kinderen er alles aan om mij in beweging te houden. Zo moedigden ze mij ook aan om aan dit project deel te nemen”, legt hij zijn deelname uit. “Mijn rol is om te vertellen wat ik heb beleefd. Over mijn jeugd die eigenlijk samen te vatten is in één woord: werken. Op het vlasbedrijf van mijn ouders was altijd iets te doen, er bleef geen tijd over om te spelen. Over de herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog ook, die ik als achtjarige bewust meemaakte.”

Mijn handen zijn oud, maar in mijn kop ben ik nog altijd een snotjong

Enige jonkie op de bühne is Heleen Allary, pas 27. Heleen, afkomstig uit Beveren-Leie, maakt deel uit van het theatergezelschap Het Bataljong. Haar aanwezigheid benadrukt het contrast met de ouderen in het spel. “Ik vertolk ook wel de rol van de arrogante jongere die wel eens neerkijkt op ouderen. Die een bepaald parfum dan durft omschrijven als die oude mensen-geur”, vult Heleen aan. “Een houding waar ik mezelf ook op betrap! Elke repetitie die we hadden, werd op die manier een realiteitscheck.” Deelnemen veranderde haar perceptie van ouderen. “Toen Marie-Paule, eind zestig, zei dat ze graag nog wil leren surfen, was mijn eerste reactie: zou jij dat nu wel nog doen? Ik zie een oudere vrouw, maar zij voélt zich niet oud. In de voorstelling wordt dat ook uitgesproken: mijn handen zijn oud, maar mijn gevoelens zijn jong. In mijn kop ben ik nog altijd een snotjong. Ook de neiging om ouderen zielig te vinden, herkende ik in mezelf”, gaat Heleen verder. “Urbain staat soms wat beverig op het podium. Ocharme, hij zal toch niet vallen zeker? De man is meer dan negentig jaar oud, natuurlijk beeft hij soms een beetje! So what?”, lacht ze. “Ik heb ouderen meer naar waarde leren schatten door deze ervaring. Ze vragen geen medelijden, wel respect. Je moet ze niet betuttelen, wel rekening met hen houden.”

Meer dan alleen oud

Urbain zegt weinig last van betutteling te hebben: “Ik kan nog altijd mijn plan trekken, ik heb tot dusver alleen een poetshulp nodig. Ik ga kaarten, doe mijn bankverrichtingen online en heb een gsm. Een oude weliswaar, ik zie het nut van een smartphone niet meer in. En als ik met neerbuigendheid geconfronteerd word, zet ik mij daarover. Ik ben meer dan alleen maar oud.” Hij meent bovendien dat ouderen dan wel hun stem kunnen en mogen laten horen, maar dat het aan hen zelf is om mee te stappen in de veranderende maatschappij.

Scène uit de theatervoorstelling ‘De Generatie’.
Scène uit de theatervoorstelling ‘De Generatie’. © Kathleen Gheysen

Daar sluit Heleen zich bij aan, al wijst zij ook op het feit dat niet iedereen even goed mee kan. “Ook in de voorstelling worstelt elke speler met zijn of haar eigen vragen. Want het is absurd hoe veel we verwachten van ouderen. Maar niet iedereen kan mee met de digitale evolutie, niet iedereen is even goed te been”, duidt ze. “En dat moeten jongere mensen inderdaad aanvaarden”, vult Urbain aan, “dat het ons soms niet meer lukt, zelfs als we het willen.”

Het is meteen ook de kernboodschap die De Generatie onder de aandacht brengt: er bestaat niet zoiets als de ouderen. Maarten Vanhee van Avansa: “We merken dat jongere ouderen inderdaad sneller en luider hun stem verheffen dan de generatie waartoe Urbain behoort. En soms botst dat, ook op het podium. Maar daar is het ons om te doen: gooi niet alle ouderen op een hoop!”

‘De Generatie’ is nog te zien op donderdag 7 maart in Kortrijk, donderdag 21 maart in Bredene en dinsdag 26 maart in Ieper. Info op www.grijsaanzet.be