Pol Meerschman wint prestigieuze prijzen met zijn Dikke Jan
Waregemse kenners weten al jaren dat Dikke Jan Tripel een uitstekend bier is. Nu is dat bevestigd door de jury van de prestigieuze European Beer Challenge waar brouwer Pol Meerschman (58) dubbel goud won. “Interessant voor onze marketing”, zegt de man die amper zeven jaar geleden zijn debuut maakte in de sector.
Wie een kijkje neemt op de site van Dikke Jan leest daarop onder meer: “Negen op de tien mensen vinden dit bier overheerlijk, de tiende liegt altijd.” Een promopraatje met een knipoog dat nu wel ondersteund wordt door een certificaat uit Londen , waar met European Beer Challenge een van de meest toonaangevende biercompetities ter wereld zijn stek heeft. Pol Meerschman duwt het document graag nog eens onder onze neus bij de start van het gesprek over zijn grote passie: Dikke Jan.
“Zo’n prijs is enorm belangrijk”, zegt Pol. “Als de mensen moeten kiezen tussen drie willekeurige streekbieren en daarvan zit er één tussen die gelauwerd is op een belangrijke wedstrijd, dan is de keuze snel gemaakt. De tripel, waarmee we gewonnen hebben, zal dus nog even ons populairste bier blijven, al zit onze blonde Dikke Jan ook flink in de lift.”
Je bent gepokt en gemazeld in de varkensteelt en een laatbloeier als brouwer. Hoe combineer je de twee?
“ Mijn broer Jan en ik runnen op dit ogenblik nog een consultatiebureau voor de varkenshouderij, maar we zijn die activiteit langzaam aan het afbouwen . Tegen eind volgend jaar wil ik zover zijn dat ik me enkel nog hoef bezig te houden met de brouwerij. Eigenlijk had ik gehoopt dat ik in de loop van dit jaar al zover zou zijn, maar corona en de lockdown hebben daar een stokje voorgestoken. Het plan was dat ik vorig jaar 500 hectoliter zou brouwen of omgerekend 150.000 flesjes bier, maar ik haalde slechts 40 procent van die productie.”
Op je internetpagina lees ik dat je in heel Vlaanderen actief bent. Zijn jullie overal even goed ingeburgerd?
“We hebben ons grootste bereik in West- en Oost-Vlaanderen, maar dankzij de drankencentrales en grootverdelers zoals Districo en Prik&Tik vind je Dikke Jan tot in Limburg. We leveren sinds een paar jaar ook aan een koper in Italië. Daar wordt het bier niet verkocht onder onze naam Dikke Jan, maar als Alpen Beer. Dat was de voorwaarde om tot een overeenkomst te komen, maar dat maakt me niet uit. Ik lever met plezier, want het is een belangrijke klant die toch zo’n 20 procent van onze omzet vertegenwoordigt.”
Moet je als zaakvoerder van een kleine brouwerij van het ene café naar het andere hollen om het klantenbestand verder uit te breiden?
“Moest ik echt op die manier mijn bieren promoten, dan vrees ik dat ik in de kortste keren alcoholieker ben (lacht) . Alleen voor mijn twee beste klanten maak ik een uitzondering en ga ik wekelijks langs. Dat zijn praatcafé Casa El Vid en Sportkaffee in de sporthal in Desselgem. Buiten mijn eigen parochie doe ik dat niet.”
Hoop je ooit voet aan de grond te krijgen in Wallonië?
“Daar maak ik voorlopig geen werk van, al ben ik wel bijzonder opgezet met die ene leuke klant die ik heb in Vresse-sur-Semois, een gemeente in de Ardennen. Hostellerie de la Semois, een hotel annex B&B, verkoopt niet alleen mijn bieren in de bar van de zaak, maar gaf die ook de naam Dikke Jan . De uitbater, een Nederlander, heet zelf ook Jan. We waren uitgenodigd op de officiële opening vorig jaar, maar door de lockdown zijn we jammer genoeg niet kunnen gaan. Dat wordt een van de eerste uitstappen die mijn vrouw en ik plannen eens dat virus onder controle is.”
Je hebt geen eigen brouwerij. Komt die er ooit?
“Neen, op mijn leeftijd wil ik geen grote investeringen meer doen en bovendien is dat ook niet echt nodig. Ik brouw Dikke Jan in de artisanale brouwerij Deca Services in Woesten en dat loopt bijzonder goed. De eigenaars stellen hun infrastructuur ter beschikking en om de drie weken ga ik naar daar voor een nieuwe brouwronde. Zelf neem ik het brouwen en het bottelen op fles of vat voor mijn rekening en de niet-essentiële onderdelen van het brouwproces gebeuren door de eigenaars van die brouwerij.”
Staat er al een opvolger klaar bij je kinderen?
“Dat is nog niet helemaal duidelijk. Ik hoop dat Thomas, onze jongste van 22, dit ooit verder wil doen in bijberoep. Hij heeft wel enige interesse, maar concentreert zich nu terecht volledig op zijn job als boekhouder/fiscalist in een kantoor waar hij onlangs gestart is. Ik zie wel of zijn belangstelling in het brouwen blijft. Is dat niet meer het geval, dan verkoop ik Dikke Jan. Al lopen we nu wel heel ver vooruit op de feiten, want ik hoop dit nog lang zelf te kunnen doen. Ik amuseer me met het brouwen en kan hier mijn boterham mee verdienen. Meer heb ik niet nodig. Mocht het brouwen fysiek echt niet meer lukken, dan kan ik nog altijd iemand in dienst nemen die de lastige taken voor rekening neemt. Maar voorlopig is daar in elk geval nog geen sprake van.”
Info: www.dikkejan.eu.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier