Ook vrieskoude temperaturen houden padelspelers niet tegen: “Dit is prachtig padelweer!”

De padelclubs overal te lande boomen en zelfs op een vrieskoude, maar zonnige zondagmorgen gingen wij eens langs bij Tennisclub Izegem, waar sinds april dit jaar drie padelterreinen in gebruik werden genomen. Enkele actieve padelspelers legden ons uit waarom deze sport aan een niet te stuiten opmars bezig is. “Je kan meteen in deze sport instappen”, klinkt de analyse. “Het fungehalte doet de rest.”

Oud-voetballer Tom De Sutter is in onze provincie en bij uitbreiding in Vlaanderen de man die de zijn schouders onder de padelsport zette, maar ondertussen heeft hij al heel wat gelijkgestemde zielen.

Padel is bovendien op dit moment een van de weinige sporten die beoefend kunnen en mogen worden en bij Tennisclub Isis in Izegem is het momenteel zaak om snel te je terrein te reserveren. Eigenaar Herbert Herreman komt zondagmorgen even piepen terwijl er op de drie velden duchtig gespeeld wordt. “Onze tennisclub heeft nu 830 leden, waarvan er 170 een exclusief padelabonnement hebben. Ook niet-leden reserveren hier. Maar ook de tennisspelers vinden zeker deze winter de weg naar de padelsport. Onze vergunning om een nieuwe indoortennishal te bouwen is ingediend, maar ook daar voorzien we ruimte voor padelterreinen.”

Snel stappen zetten

Zondagmorgen is het in de bosrijke omgeving van TC Isis een komen en gaan van padelkwartetten, die elkaar komen aflossen. Maar waarom is iedereen nu zot van deze sport. Een van de de spelers, David Demeestere, vertelt ons waarom: “Toegegeven. Ik word straks 50 en ontdek nu hier in mijn club de padelsport. Als ervaren tennisspeler maak je kennis met iets nieuws en je hebt het gevoel dat je vooruitgang kan maken. Je zet ook snel stappen. Zaak is om met mensen van zowat hetzelfde niveau op het terrein te stappen en padelplezier is gegarandeerd.”

David Demeestere zal het zelf niet zeggen, maar als een begenadigd tennisspeler haalt hij samen met zijn vaste kompanen van de zondagmorgen best een aardig niveau op het padelterrein. Zo spelen ze ondertussen ook al interclub. “Er is een voor- en najaarscompetitie, maar die laatste is nu ook stilgelegd wegens de lockdown.”

“In padel is dubbelspel de norm en dat voelt toch ook aan als een teamsport en dat zorgt voor de nodige ambiance”

Maar gelukkig kregen de padelspelers wel groen licht – mits het bewaren van de nodige afstand – om weer te spelen. Rudy Peirs: “We hebben een tijdje maar één tegen één moeten spelen. Dan speel je gekruist, maar het leuke is net dat je twee tegen twee aan de slag kunt.”

Ook Dries Lievens vindt dat net de meerwaarde. “Ik speel zelf vaak tennis, maar daar is het meestal enkelspel. In padel is dubbelspel de norm en dat voelt toch ook aan als een teamsport en dat zorgt voor de nodige ambiance. Dries Lievens, die zelf zijn strepen verdiende als doelman, is momenteel keepertrainer KSV Oudenaarde. “Zelf ontdekte ik het padellen voor het eerst in Brugge, maar als lid van TC Isis speel ik hier nu wekelijks mijn partijtjes. Heel wat voetballers vinden nu ook de weg naar de sport. En het is ook een goede leerschool. Je kan er je balgevoel nog aanscherpen.”

Wie begint, is snel verkocht

Ook Pascal Glorieux maakt deel uit van het kwartet dat iedere zondagmorgen anderhalf uurtje reserveert. “Deze morgen is het echt genieten. Het zonnetje schijnt. Maar in feite zijn er slechts weinig omstandigheden waarin je niet kunt spelen. Enkel bij hevige wind of regen wordt het moeilijk. Maar zelfs bij druilerig weer doen wij gewoon verder.”

“Wij spelen ook interlub, maar deze onderonsjes op zondag zijn altijd top. Iemand die het speelt is snel verkocht.” Je moet balgevoel hebben, maar niettemin moeten ook de ervaren tennissers een ander arsenaal aan slagen bovenhalen.”

Rudy Peirs heeft zelfs een eigen site op poten gezet waar hij ook filmpjes van enkele padelscholen deelt, hij tips geeft, maar ook een community creëert. “Wekelijks komen er heel wat volgers van mijn Facebook-pagina bij. Zelf hopen we hier in Izegem eens een Spaanse topspeler uit te nodigen om eens zijn kunnen te demonstreren.”