Duizenden jonge scholieren leerde hij de finesses van de taal van Molière, maar straks trekt Peter Soete (61) de poorten van de VMS definitief achter zich dicht. De geboren en getogen Roeselarenaar is intussen ook verkast naar Oostende, maar de Rodenbachstad én zijn geliefde school blijven diep in zijn hart zitten. “Schrijf maar op: ik zal hier nog veel te zien zijn”, lacht de man die altijd in driedelig maatpak lesgaf.
Peter Soete mag zich met trots een BR noemen: een Bekende Roeselarenaar. Zijn hele carrière stond hij voor de klas als leerkracht Frans in de VMS en gaf hij Engels in avondonderwijs bij Creo.
De liefde voor het lesgeven kreeg hij van zijn moeder, Lena Commeyne, mee. “Zij was directeur van de Sint-Lutgartschool en heeft bij mij het vuur aangewakkerd”, glimlacht hij. “Mijn vader Walter was een commerçant pur sang en had een keten met huisdierenwinkels, verspreid over heel Vlaanderen, maar ik koos voor het onderwijs.”
Na zijn jaren aan het Klein Seminarie behaalde Peter aan de Normaalschool Reno in Torhout in 1982 een regentaatsdiploma Frans, Engels en geschiedenis. “Daarna kon ik meteen bij de Vrije Middelbare School aan de slag om er nooit meer weg te gaan. Dit is mijn eerste en enige werkgever geweest.”
Ik gaf altijd les in driedelig maatpak. Als teken van respect naar mezelf toe, maar ook tegenover mijn leerlingen en collega’s.”
Peter startte er aanvankelijk als leerkracht geschiedenis, maar rolde al snel in zijn vertrouwde rol als professeur de français. “Een job die ik tot de laatste dag met hart en ziel zal doen”, zegt hij.
“Toen ik 41 jaar geleden van start ging, was de VMS nog een relatief kleine school. En 240-tal leerlingen, om en bij de twintig leerkrachten… Nu zitten hier elke dag 850 jongeren op de schoolbanken. Maar de familiale en warme sfeer is altijd gebleven. Ik heb me hier altijd als een vis in het water gevoeld. Deze plek is mijn tweede thuis geworden.”
Lat lag hoog
Als leerkracht heeft Peter altijd geprobeerd om zijn leerlingen iets bij te brengen. “Met de leerstof als kern van de zaak, maar ik heb snel ingezien dat wereldse wijsheid minstens even belangrijk was. Ik heb mijn gasten altijd gezegd: het is máár school, máár Frans. Maar ze moesten wel hun best doen. Dan deed ik ook mijn best voor hen.”

Peter legde de lat altijd hoog. “Naar de buitenwereld toe had ik een veeleisende reputatie, wat streng ook. Maar ik heb altijd de nodige rechtvaardigheid aan de dag gelegd. Met wederzijds respect. Wie mij met de nodige eerbied behandelt, krijgt dat dubbel en dik terug. Ik heb ook altijd geprobeerd om me zoveel mogelijk in te leven in de wereld van mijn leerlingen.”
“Ik stond tussen hen, maar in het klaslokaal was ik de baas. Ik maakte er een erezaak van om altijd als eerste de klas te betreden en mijn groep mocht maar neerzitten wanneer ik daar toestemming voor gaf. Een zekere discipline, inderdaad. Maar daar is niks verkeerd mee. Daarom stond ik ook altijd netjes uitgedost voor de klas. Ik gaf altijd les in driedelig maatpak. Als teken van respect naar mezelf toe, maar ook tegenover mijn leerlingen en collega’s.”
Zijn piekfijne kledingstijl evolueerde gaandeweg tot hét handelsmerk van Peter. “In die mate zelfs dat mijn collega-leerkrachten een tweetal weken geleden een fancy Friday hebben georganiseerd voor de hele school: iedereen kwam in zijn mooiste outfit naar school, als eerbetoon aan mij. Formidabel, toch?”
Eerste meisje
Doorheen de jaren zag Peter het Roeselaars onderwijs een metamorfose ondergaan, al is de basis nog altijd dezelfde, zegt hij. “Veel mensen zeggen dat leerlingen mondiger zijn geworden, maar dat vind ik niet. Veel heeft te maken hoe je met hen omgaat. Ik herinner me wel het eerste meisje dat bij de VMS ingeschreven werd. Midden jaren negentig en een kleine revolutie op de speelplaats. Tot dan was onze school een pure jongensaangelegenheid.”

De grootste voldoening haalde Peter uit de informele contacten. “De feestjes met de collega’s, de schoolreizen naar Parijs met de derdejaars… En de kampen met de eerstejaars. Telkens opnieuw heerlijke momenten. Ik heb tijdens mijn carrière drie directies gekend. Eind de jaren tachtig zag ik mijn geliefde VMS wat achteruitboeren, maar Willy Phlypo heeft het verhaal op schitterende wijze rechtgetrokken. We mogen de man daar nog altijd erg dankbaar voor zijn.”
Fredje Deburghgraeve
Doorheen de jaren zag Peter half Roeselare in zijn klas plaatsnemen. “Die heb ik allemaal Frans geleerd”, zegt hij niet zonder trots. “De laatste jaren zaten de kleinkinderen van mijn allereerste lichtingen in mijn klas. Dat is best confronterend, want dan besef je meer dan ooit dat je ouder wordt. Het doet me vooral deugd te zien dat veel oud-leerlingen geslaagd zijn in het leven.”
“Ik heb me hier altijd als een vis in het water gevoeld”
Een van de bekendste koppen die ooit bij Peter les volgde, moet Frederik Deburghgraeve geweest zijn. “Onze topzwemmer”, glundert hij. “Ik herinner me dat hij als vijfdejaars een herexamen had. Fredje had echter net een topwedstrijd moeten afwerken en kon zich daardoor amper voorbereiden. Ik was toezichter van dienst en toen hebben we hem toch wel een duwtje in de juiste richting gegeven”, lacht Peter.
41 jaar lang heeft Peter dezelfde job uitgeoefend. Iets waar hij allesbehalve spijt van heeft.“Ik heb enkele keren de vraag gekregen om adjunct-directeur te worden, maar ik heb telkens vriendelijk bedankt. Ik deed mijn beroep doodgraag en had er ook simpelweg de tijd niet voor.”
“Naast leerkracht ben ik immers al sinds mijn 24ste journalist bij De Krant van West-Vlaanderen. Iets wat ik de komende jaren ook zal blijven.”
Reddingsboei
Volgende vrijdag stapt Peter voor de laatste keer als leerkracht de koer van de VMS op.
“Het zal me wel iets doen, ja”, geeft hij toe. “Ik ben met deze plek vergroeid. Maar ik heb een mooie reddingsboei. Als gepensioneerd leerkracht mag je tijdelijke opdrachten aannemen, iets wat ik met veel plezier hier wil doen. Dit is dus geen vaarwel, maar tot ziens.”
“Ik ben blij dat veel oud-leerlingen geslaagd zijn in het leven”
Nu wil Peter vooral genieten van het leven. “Samen met mijn vrouw Gwen Dedier (61), onze zoon Alex (41), schoondochter Kesh (34) en de kleinkinderen Vinz (7) en Pippa, die op 14 juli zes wordt. Voor hen komt er nu meer tijd vrij en we willen ook eindelijk wat kunnen reizen buiten de vakantieperiodes. Gwen en ik wonen ondertussen op ons appartement aan de Oostendse Zeedijk, maar de band met Roeselare en deze school zal nooit verdwijnen. Schrijf maar op: ik zal hier nog héél veel te zien zijn.”