Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) ging op bezoek bij de vrije basisschool Sint-Joris in Beernem om er een les gebarentaal mee te volgen. De school stapt mee in het project om lessen te geven in de Vlaamse Gebarentaal. “Maar dat is niet voldoende voor onze dove en slechthorende leerlingen. Onze school heeft nood aan zowel een tolk als een lesgever in de Vlaamse Gebarentaal”, klinkt het bij de directie.
Maandagvoormiddag ging Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) mee les volgen in het eerste leerjaar in de vrije basisschool Sint-Joris in Sint-Joris, een deelgemeente van Beernem. In Sint-Joris gaan er momenteel vier dove of slechthorende kindjes naar school. Binnenkort worden dat er vijf. “Twee leerlingen zitten nog in de kleuterschool en twee zijn in september gestart in het eerste leerjaar”, vertelt zorgcoördinator Isabel Pieters.
“Als school hebben we gekeken wat we konden doen om tegemoet te komen aan de noden van deze leerlingen en daarom werken wij voorlopig met een tolk in de lessen, die de uitleg van de leerkracht vertaalt in Vlaamse Gebarentaal (VGT), wat een aparte taal is op zich. Daarnaast organiseren we ook priklesjes, waarin de leerlingen in een kort lesje ook Vlaamse Gebarentaal kunnen leren”, licht de directeur Iris Vanpachtenbeke toe. “Dat lukt dit schooljaar omdat we een extra zorgjuf met kennis van VGT hebben, maar wat met volgend schooljaar?”
“Op school organiseren we priklesjes Vlaamse Gebarentaal, maar ook lesmomenten over de middag voor leerlingen én leraren”
Maar dat is nog lang niet alles dat de school doet. “Tijdens de middagpauze kunnen alle leerlingen en leraren vrijblijvend Vlaamse Gebarentaal leren. Daarin focussen we op de woorden, zinnen of uitspraken die ze hier mogelijks op school kunnen nodig hebben. En aan de wekelijkse mail naar het lerarenkorps wordt er nu ook een video toegevoegd met daarin ‘het woord van de week’ in VGT”, vult juf Isabel aan.
Belang van tweetalig onderwijs
Minister van Onderwijs Ben Weyts wil in de toekomst inzetten op het onderwijs voor dove en slechthorende kinderen. “Nu moeten die kinderen ofwel naar het buitengewoon onderwijs ofwel moeten zij de les mee volgen in het gewone onderwijs via een vertaling. Het is onze ambitie om te zorgen voor een tweetalig onderwijs in het Nederlands én in het Vlaamse Gebarentaal.”
“We willen graag het tweetalige onderwijs met Vlaamse Gebarentaal op punt hebben tegen september 2025”
“Daarom maken we in het komende jaar extra middelen en lerarenuren vrij zodat we kunnen experimenteren wat de beste oplossing is”, gaat minister Weyts verder. “We willen graag dit tweetalige onderwijs voor dove en slechthorende kinderen op punt gesteld hebben tegen de start van het schooljaar 2025-2026. Ondertussen werd er in samenwerking met Doof Vlaanderen een gids opgesteld rond Vlaamse Gebarentaal, die scholen voorlopig kunnen gebruiken.”
Verrijking voor alle leerlingen
Doof Vlaanderen is blij met de extra investeringen. “Vlaamse Gebarentaal werd officieel erkend in 2006 en sindsdien zijn we al ver gekomen”, stelt Tiina Van Hoorebeke, directeur van Doof Vlaanderen. “We zijn blij dat de vrije basisschool Sint-Joris open staat om aan dit project mee te werken. We begrijpen dat het niet vanzelfsprekend is, want als school moet je durven openstellen.”
“Vlaamse Gebarentaal is een verrijking voor alle leerlingen, zowel op vlak van taal als cultuur”
“Na hier in Beernem is er nu ook een groep van 18 ouders in Gent geïnteresseerd om zich achter dit project te zetten. We zijn er ook van overtuigd dat Vlaams Gebarentaal op school een verrijking kan zijn voor alle leerlingen, zowel op vlak van cultuur als op het vlak van taal. De leerlingen leren een extra taal en zijn veel meer visueel ingesteld en gaan dus ook vlugger visueel onthouden.”
Nog aanpassingen nodig
Volgens de directeur van de vrije basisschool Sint-Joris is het decreet dat voorlopig op tafel ligt nog niet af. “Ten eerste moet je aan zes kinderen geraken om te kunnen kwalificeren voor dit tweetalig onderwijs en een keer dat je die stap bereikt hebt, dan vermindert het aantal uren dat een tolk in de school aan de slag kan, omdat je er één lesgever in het Vlaams Gebarentaal bij krijgt.”
“Het voorstel dat nu op tafel ligt is niet voldoende, we voelen ons onvoldoende gehoord”
“Een tolk is niet ideaal, want via een vertaling missen de kinderen de nuances die ze in hun eigen taal, de Vlaamse Gebarentaal wel zouden hebben. Maar als we een lesgever zouden krijgen in het eerste leerjaar en in ruil de tolk zouden wegnemen, dan komen we in de problemen in het kleuteronderwijs waar we de dove of slechthorende leerlingen dan niet kunnen begrijpen. Het voorstel dat nu op tafel ligt, is niet voldoende. Het is een ‘en-en’ verhaal en geen ‘of-of’ en we voelen ons onvoldoende gehoord”, besluit directeur Vanpachtenbeke.
Extra moeite
Het zoontje van Dora Moens volgt momenteel les met een doventolk in het eerste leerjaar van de vrije basisschool Sint-Joris. “Mijn dochtertje gaat hier nu ook net naar het eerste kleuter. Ik wilde graag dat mijn kinderen hier naar school gingen, niet alleen omdat het dichter bij is dan naar een school van het buitengewoon onderwijs. Maar ook omdat mijn kinderen daar eigenlijk niet passen. Het buitengewoon onderwijs doet spectaculair goed werk, maar op intellectueel niveau zit hij op zijn plaats in een gewone school en die kans moet hij ook krijgen.”
Volgens Dora moet haar zoon harder werken dan de andere leerlingen. “Hij heeft altijd een beetje een achterstand doordat hij het Nederlands niet hoort en het met een vertaling van moet doen. Veel tolken hebben ook geen pedagogische achtergrond en missen de juiste didactiek om zo’n dingen te brengen. We zijn ervan overtuigd dat een voltijdse leerkracht in Vlaamse Gebarentaal hem stukken zou vooruit helpen.”
“De beste oplossing is dat eigenlijk iedereen Vlaamse Gebarentaal zou leren op school, zoals lessen Frans”
“Al sinds de eerste schooldag van mijn zoontje toen hij 2,5 jaar was doet de school veel moeite. Ze stonden er echt voor open en toen ik meer te weten kwam over dit project, heb ik het hen onmiddellijk voorgesteld. Na een tijdje en een paar gesprekken met Doof Vlaanderen was de school bereid om hen te helpen nadenken hoe het beter kan.”
“De beste oplossing is dat eigenlijk iedereen een basiskennis heeft van Vlaamse Gebarentaal. Ik zie hier op de speelplaats en als ik mijn zoontje kom halen dat de andere kindjes echt moeite doen om te gebaren naar hem, want voor hem is het moeilijker om vriendjes te maken. Het zou goed zijn, moest iedereen Vlaamse Gebarentaal op school aanleren, zoals het Frans ook al op jonge leeftijd wordt gegeven”, besluit Dora.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier