“Mijn geheime wapen? KitKats en Bounty’s”: Chris Seynaeve (44) klaar voor Horror Stage van zwaarste ultramarathon ter wereld

Chris Seynaeve is helemaal klaar voor de Horror Stage van de 6633 Arctic Ultra. Hier oefent hij al eens met zijn slee voor zijn woning in Emelgem. © foto Frank
Valentijn Dumoulein
Valentijn Dumoulein medewerker KW

Binnen een kleine twee weken staat Chris Seynaeve (44) aan de start van wat wellicht de grootste uitdaging uit zijn leven wordt: de Horror Stage van de Arctic Ultra, de zwaarste ultramarathon ter wereld. Vorig jaar slaagde hij er als enige deelnemer én als eerste Belg ooit in om 420 kilometer in de Canadese wildernis af te malen. Dit keer wil hij er nog 200 kilometer bij doen. Hoe heeft hij zich dit keer voorbereid? Welk ongeval gooide bijna roet in het eten? En welk geheim ‘wapen’ neemt hij mee in zijn bagage?

Goed een jaar geleden leefde heel ons land mee toen Chris in temperaturen tot -40 graden van Whitehorse tot aan de poolcirkel stapte. Dit keer waagt hij zich aan de Horror Stage van de 6633 Arctic Ultra. Die vertrekt vanuit Eagle Plains en slingert zich ruim 600 kilometer door de Canadese wildernis, wat de tocht nog eens 200 kilometer langer maakt dan vorig jaar.

“Deelnemers krijgen negen in plaats van zes dagen de tijd om die afstand te overbruggen. Onderweg zijn er zeven tussenstops”, zegt Chris. “Waar ik vorig jaar bijna constant omringd was door bergen gaan we nu na anderhalve dag al de vlaktes op. Daar kan de ijzige wind heel hard toeslaan. Als het te erg wordt, moet je plat op je buik liggen en afwachten tot alles overwaait of desnoods verder kruipen…”

Stevige concurrentie

Eén ding staat voor Chris vast: “Het zal niet makkelijk zijn om mijn prestatie van vorig jaar te overtreffen en dat brengt toch wat druk met zich mee. Ik ga dit keer al blij zijn als ik de eindmeet haal. Ik hou er wel rekening mee dat ik mogelijk niet de eerste zal zijn, maar dan is dat maar zo. Ik heb vorig jaar al bewezen wat ik waard ben en die titel nemen ze me nooit meer af. De concurrentie is dit jaar immers niet min. Zo doet er een Taiwanees mee die zich al drie jaar tot in de details op deze wedstrijd voorbereidt. Zelf heb ik de voorbije weken weinig tijd gehad om heel uitgebreid te trainen.”

Toch schiet Chris nog niet meteen in paniek. “Ik heb het grote voordeel dat ik weet wat er op me afkomt en dat brengt toch een zekere gemoedsrust met zich mee. Ik weet waar ik wel en niet moet op letten. Vorig jaar moest ik me nog behelpen met enkel water. Dit keer heb ik shakes en goed gesuikerde thee mee. Al mijn eten ga ik dit keer in één grote zak stoppen, wat in die koude makkelijker zal zijn. Of ik nog een geheim ‘wapen’ heb? Ik neem KitKats en Bounty’s mee die ik op voorhand in kleine stukjes breek en onderweg in mijn mond laat smelten. Die zorgen op cruciale momenten voor een opkikkertje.”

“Wellicht mijn laatste zware uitdaging, mijn lichaam is bijna op volgens de dokters”

Chris neemt dezelfde slee mee waarmee hij vorig jaar zijn tocht maakte. “Dat karretje ken ik ondertussen al heel goed”, lacht hij. “Het heeft zijn nut bewezen. Ik heb ook mutsen in laagjes, zodat ik beter tegen de koude beschermd ben. Ik heb ook een speciaal paar schoenen besteld, maar ik neem tegelijk ook de exemplaren mee waarmee ik vorig jaar die 400 kilometer heb afgelegd. Omdat ze hun nut bewezen hebben. Enkel mijn Crocs, waar ik vorig jaar toch wel ferm makkelijk in was, laat ik thuis. Het klinkt wellicht grappig, maar die boden me voldoende warmte. Door mijn vorige deelname heb ik dit keer toch wat grotere sponsors kunnen strikken. Als ik dit keer de finish haal, wil ik dat toch in stijl doen”, knipoogt Chris.

Bijgelovig is Chris niet, maar toch is er bijna altijd een bizar gegeven dat net voor een grote wedstrijd de kop op steekt. “Vorig jaar had ik vier weken voor mijn vertrek een ongeval tijdens het karten, maar ik ben er net op tijd terug bovenop gekomen”, zegt hij. “Dit keer is er in januari op de werf een stuk staalkabel op mijn been gevallen, recht op een spier. Er had zich veel bloed op die plek verzameld, maar een arts heeft dat er met een grote spuit uit gekregen. Lopen kon ik de voorbije periode dus niet doen, maar dat deert niet. Ik ben een vlugge stapper. De artsen hebben ook duidelijk laten weten dat dit wellicht de laatste keer is dat ik me aan zo’n uitdaging moet wagen. Mijn lichaam is bijna op. Ik ben voor huidkanker behandeld en heb twee kapotte rugwervels.”

Slechts -35 graden

“Of ik al goed besef wat me straks te wachten staat? Ik heb nog geen tijd gehad om er over na te denken”, grapt Chris. “Straks ben ik drie weken weg en ik ben volop bezig heel wat klusjes op werven af te werken, terwijl ik thuis beloofd heb nog te schilderen. Maar mijn slee staat al klaar en dit weekend maak ik mijn koffers, zodat alles er zal staan om op vrijdag 21 februari naar Canada te vliegen. Op 27 februari om 10 uur lokale tijd begint het echte avontuur dan. Het weer lijkt alvast mee te zitten. Zo zal het slechts -35 graden zijn. Dat is tien graden warmer dan vorig jaar en kan voor mij een wereld van verschil maken.”

Chris volgen kan via zijn Facebookpagina Iron Force for Children of via www.6633ultra.com.

Partner Expertise