Marcel (100) en Betty (101) zijn 78 jaar getrouwd en deze week te zien in ‘Iedereen Beroemd’
Een opmerkelijk koppel in de rubriek ‘De Week van’ in het Eén-programma ‘Iedereen Beroemd’ deze week. Hij mocht op 15 juni 2021 100 kaarsjes uitblazen, zij vierde op 23 augustus haar 102de verjaardag. Marcel Messiaen en Elisabeth ‘Betty’ Van Cassel hebben niet alleen een prachtige leeftijd bereikt, ze vormen al liefst 82 jaar een koppel, waarvan 78 jaar als man en vrouw. “Ons geheim? Gezond leven en altijd voor elkaar zorgen. Dat doen we tot op de dag van vandaag.”
Het leven van Marcel Messiaen en Elisabeth Betty Van Cassel zou gemakkelijk in filmvorm gegoten kunnen worden. Hij werd op 15 juni 1921 geboren op een kasteel in het Waals-Brabantse Couture-Saint-Germain, Betty zag het levenslicht op 23 augustus 1919 in Middelkerke. Het was aan haar ouderlijk huis in Westende dat de twee elkaar voor het eerst toevallig zagen.
“Ik woonde in Nieuwpoort en trok met enkele vrienden naar de inhuldiging van de nieuwe burgemeester van Westende: Germain Zielens”, opent Marcel hun verhaal. “Dat was in het voorjaar van 1939, net voor de Tweede Wereldoorlog. Ik herinner me dat ik een nieuwe mantel droeg en plots begon het hard te regenen. Ik zocht beschutting in een deuropening en daar stond ook Betty. Veel meer dan een goeiedag en een bedankje hebben we toen niet met elkaar gewisseld, maar als bij toeval zagen we elkaar in juni van datzelfde jaar terug, tijdens de inhaling van dokter André Vandamme als nieuwe burgemeester van Nieuwpoort. Toen was Betty met haar zus naar mijn thuisgemeente afgezakt en liepen we elkaar bij toeval weer tegen het lijf. We hebben toen een prachtige dag beleefd en ik heb haar zelfs nog naar haar thuis in Westende begeleid. Het was al rond 1 uur ’s nachts en een echte heer laat een dame niet alleen naar huis keren, hé.”
Toen Betty naar mij informeerde in Nieuwpoort, zeiden ze dat ik allicht op zee was verdronken
Uiteindelijk volgde nog een derde afspraakje aan het staketsel van Nieuwpoort. “Toen heb ik mijn stoute schoenen aangetrokken en dé vraag gesteld: of ze met me wilde trouwen. Ik was toen hoop en al 18 jaar oud, maar wist meteen dat Betty de liefde van mijn leven was. En gelukkig heeft ze ja gezegd”, glundert hij.
Vlucht naar Frankrijk
Het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog gooide echter roet in het eten van het pas verloofde koppel. “We zijn allebei op de vlucht moeten slaan voor de Duitsers”, vervolgt Marcel. “Betty met haar familie naar Nielles-lès-Bléquin in Noord-Frankrijk, wij namen met veertig mensen het schip van mijn oom – een visser – naar Engeland. Maar op volle zee sloeg een bom – een Duitse of een Engelse, dat weten we nog altijd niet – in. Omdat onze boot constant water maakte, moesten we uiteindelijk aanmeren in Fécamp, eveneens in Noord-Frankrijk. Toen België zich op 28 mei 1940 overgaf, is Betty teruggekeerd naar Westende, wij zijn nog verder doorgereisd naar Bordeaux. Pas in augustus landde ik opnieuw in Nieuwpoort. Daar was Betty al een paar keer naar me op zoek gegaan, maar ze had er te horen gekregen dat er verondersteld werd dat we op zee verdronken waren. Toen we elkaar eindelijk opnieuw in de armen konden sluiten, waren we zielsgelukkig.”
Op 6 maart 1943 stapten Marcel en Betty in het huwelijksbootje. “’Voor de wet en de kerk in Westende. Er volgde een sober, maar mooi feest – de oorlog woedde natuurlijk nog steeds – en we trokken aanvankelijk in bij mijn ouders. Mijn vader runde in Nieuwpoort een visgroothandel met bijhorende viswinkel uit. Ik ging in de groothandel aan de slag, Betty werkte in de viswinkel. Na vijf jaar besloten we om in Westende een eigen zaak uit de grond te stampen: de Poissonerie de la Plage. Die hebben we tot 1971 gerund, waarna Betty huisvrouw werd en ik opnieuw naar de visgroothandel verkaste om er de administratie te regelen. Een heel mooie periode, net zoals alle momenten in ons leven. We zijn gezegend met twee kinderen: Marc (71) en Maria (69), hebben twee schatten van kleinkinderen: Olivier en Elise én twee pluskleinkinderen: Stéphanie en Jennifer. Ons plus-achterkleinkindje heet Luna. Daar zijn we enorm dankbaar voor.”
Erg gelovig
Dat zowel Marcel als Betty de kaap van de honderd (bijna) gerond hebben, is te wijten aan een gezonde levensstijl. “Betty komt uit een sterk ras ”, klinkt het. “Haar nicht werd zelfs 108. Ik ben de eerste die de honderd in zicht heeft, maar ook in mijn familie worden veel mensen 80 en meer. Ons geheim? Alles met mate. Ik ben al sinds mijn twaalfde geheelonthouder en ben ondertussen al vijftig jaar gestopt met roken. Betty drinkt elke middag haar teugsje bier, maar daar stopt het ook. Eigenlijk hebben we ons hele leven sober geleefd, maar tegelijk hebben we onszelf ook niks te kort gedaan. In ons leven hebben we met 26 verschillende auto’s gereden en ik heb nog altijd een Mercedes SLK décapotable in de garage staan. Ik rijd al enkele maanden zelf niet meer met de wagen, maar die bolide doe ik nooit van de hand.”
Hun gelukkig en lang leven samen is ook het werk van God, zegt Marcel. “We zijn allebei erg gelovig. We zeggen vaak dat die van hierboven goed voor ons zorgt. We bidden dagelijks en vroeger ging ik elk weekend twee keer naar de mis. Nu volgen we tot zes eucharistievieringen via televisie. Dan zappen we van de Vlaamse zenders over de Italiaanse en Franse naar de Nederlandse posten .”
Ons grote geluk is dat we nog altijd thuis in Westende wonen. Een rusthuis, dat is niks voor ons
Dat Betty en Marcel al 78 jaar getrouwd zijn, is misschien wel hun grootste voldoening. “We hebben samen een prachtig leven geleid. Gelukkig zijn we tot nu toe gespaard gebleven van al te zware ziektes”, vervolgt Marcel. “Ik ben sinds 1986 wel al aan mijn vierde pacemaker toe en Betty is al enkele keren stevig gevallen, maar we zorgen goed voor elkaar. We hebben als getrouwd koppel ondertussen alle mogelijke edelmetalen en -stenen verzameld: zilver, goud, platina… Jammer genoeg hebben we die nooit écht in ontvangst mogen nemen”, knipoogt hij. “Ook bij ons heeft het wel eens gewaaid, maar die vlagen gingen altijd snel voorbij. Tegenwoordig scheiden de mensen vaak voor twee keer niks. Wij hebben elkaar al die jaren leren te waarderen. Mochten we ons leven opnieuw mogen doen, dan kiezen we voor exact hetzelfde parcours. En we leggen onze handen samen dat we nog altijd thuis in Westende kunnen wonen. Een rusthuis is niks voor ons. Sinds vorig jaar worden de warme maaltijden aan huis gebracht en een verpleegkundige geeft ons de nodige zorgen, maar verder trekken we ons plan.”
Bachten de Kupe
Ook buiten zijn huwelijk maakte Marcel zich meer dan verdienstelijk. Niet in het minst met de oprichting van het openluchtmuseum Bachten De Kupe in Izenberge. In een gereconstrueerd klein boerendorp of mini-Bokrijk wordt het leven in de Westhoek van de 17de tot begin 20ste eeuw vorm gegeven aan de hand van 46 authentieke gebouwen – het oudste dateert zelfs van 1650 – en liefst 73.000 collectiestukken. Marcel stond in 1971 mee aan de wieg van de plek en noemt het museum met recht en reden zijn levenswerk. “Ik heb hier héél veel uren doorgebracht en ben op mijn bijna honderdste nog altijd museumdirecteur. Waarschijnlijk de oudste van het land”, lacht hij. “Gelukkig kan ik rekenen op steun van onder andere Bertrand en Odette Vanrobaeys en we hebben ook een drietal vrijwilligers die deze plek onderhouden. Al zijn we nog op zoek naar extra krachten, want ik zit nog boordevol plannen. Zo moet hier nog een oud schooltje en een brouwerij gebouwd worden. De afgelopen vijftig jaar heb ik hart en ziel in deze plek gestoken, ik wil niets liever dan dat Bachten De Kupe ook na mij blijft verder bloeien.”
Op 16 oktober mag het museum vijftig kaarsjes uitblazen, een verjaardag die Marcel niet zomaar voorbij wil laten gaan. “Misschien kunnen we die dan combineren met mijn honderdste? Door de coronamaatregelen zullen we volgende week geen feest kunnen geven, maar dat houden we te goed!”
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier