Loes Van Aerde (12) werd vorig jaar in Brugge voor het eerst Belgisch kampioene toestelturnen bij de meisjes. In het weekend van 24 en 25 mei verdedigt ze vol enthousiasme haar titel, na weken van intensieve training en voorbereiding met haar coaches en teamgenoten. Ze maakt bovendien kans om, net als haar oudere zus, in te stromen in de topsportwerking in Gent. “Op dit moment gaat mijn voorkeur uit naar de brug”, klinkt het enthousiast.
Loes Van Aerde (12) uit Hertsberge raakte op jonge leeftijd geboeid door turnen toen ze haar oudere zus Nina (13) aan het werk zag. Ondertussen is ook de jongste zus Mona (9) begonnen met turnen. Het gezin van Frederik Van Aerde en Emilie Deblauwe leeft mee met hun passie. “Het is een uit de hand gelopen hobby, maar ze doen het ontzettend graag en met veel toewijding”, vertelt mama Emilie. “Nina is intussen naar Keerbergen verhuisd om topsport te beoefenen. Ze verblijft er in een gastgezin. Het turnen zit eigenlijk niet in onze familie: ik heb vroeger gevolleybald, en mijn man was een voetballer.”
Dagelijkse training
Loes traint bij Turnclub Varsenare-Oostkamp wekelijks zo’n twintig uur in de gymhal van Sport Vlaanderen in Assebroek, gemiddeld twee tot drie uur per dag, inclusief een ochtendtraining voor school. Dankzij haar topsportbeloftestatuut krijgt ze zes uur vrijstelling in het zesde leerjaar. “Haar school, OLVA De Touwladder in Assebroek, en haar leerkracht werken hier goed aan mee. Tijdens de middag krijgt ze bijles of maakt ze extra taken.”
Volgens haar mama barst Loes van de energie. “Ze is een echte spring-in-’t-veld, een tikkeltje eigenzinnig, maar met het hart op de juiste plaats. Een goed karakter.” In het turnen staat ze bekend als een elegante en explosieve gymnaste. “Ze voert haar choreografieën op de balk en de vloer met veel expressie uit”, zegt hoofdtrainster Filine Verheire. “Ze kan goed springen en heeft een uitstekend gevoel voor de brug met ongelijke leggers.”
Roet in het eten
Net voor de jaarwisseling liep Loes een elleboogblessure op: een losgekomen botstuk zorgde ervoor dat haar gewricht niet meer goed functioneerde. Na een ingreep was ze met Pasen weer aan het trainen. Op 24 en 25 mei trekt ze naar Louvexpo in La Louvière om haar Belgische titel in de categorie A12 te verdedigen. “Vorig jaar ging het super”, vertelt Loes. “Voor het eerst lukte mijn oefening aan de brug volledig, daar was ik heel trots op. Voor mijn sprong, balk en vloer kreeg ik ook mooie scores. Ik ben er echt op vooruitgegaan.”
Na haar herstel kon Loes haar programma’s snel opnieuw oppakken. “Ze steunt weer voluit en haar oefeningen verlopen vlot”, aldus haar trainster. “Ze is enorm gedreven en heeft echt het talent om verder te groeien in het toestelturnen. Loes is bovendien een harde werker, een voorbeeld voor haar groep, en ze neemt de andere meisjes op een positieve manier mee. Ze is heel fijn om mee te werken.”
Gouden medaille
Op het BK vorig jaar in Brugge turnde Loes bijna foutloos en veroverde ze goud, na eerdere successen op het Vlaams en Provinciaal kampioenschap. “Er zijn niet zo veel wedstrijden voor ons”, legt Loes uit. “We doen drie provinciale voorrondes, een Vlaams en een Belgisch kampioenschap. In mijn leeftijdscategorie zijn er nog geen internationale wedstrijden.”
Samenhangend team
Een oefening aan een bepaald toestel vraagt veel opbouw, herhaling en intensieve training. Je brengt bovendien niet altijd dezelfde oefening op een wedstrijd. “Het begint bijvoorbeeld met een radslag met handen, dan zonder handen en uiteindelijk met een salto of schroef. Die opbouw kost tijd, concentratie en geduld. Maar ik vind het vooral heel leuk om dit samen met mijn vriendinnen te doen. We helpen en ondersteunen elkaar. Als iets lukt, zijn we allemaal blij. Lukt het niet, dan zijn we wel even teleurgesteld, maar we moedigen elkaar aan om door te zetten en beter te worden”, besluit de talentvolle gymnaste.
In de beste traditie van de vriendenboeken vroegen we onze Kinderkrak enkele vraagjes in te vullen:
Later word ik …
turnster. Ik wil graag blijven turnen en hierin beroemd worden, met Nina Derwael als
voorbeeld.
Je mag me altijd wakker maken voor …
turnen uiteraard.
Ik hou niet van …
naar school gaan.
Dit doe ik het liefst in mijn vrije tijd: Thuis zijn, luieren in de zetel, chillen, tot rust komen.
Dit is mijn grootste wens: Een deelname aan de Olympische Spelen en andere internationale wedstrijden.
Lees hier alle verhalen van de Kinderkrak