Landbouwer uit Langemark-Poelkapelle krijgt zevenduizend obussen niet terug
Het hof van beroep in Gent heeft beslist dat landbouwer Geert Quaghebeur uit Langemark-Poelkapelle zijn collectie oorlogstuig uit de Eerste Wereldoorlog niet terugkrijgt.
De 53-jarige landbouwer moet bovendien een geldboete van 1.800 euro betalen.
Familie-erfenis
De verzameling omvat duizenden verroeste en door de tand des tijds verweerde stuks: granaten, obussen, schiettuig, zelfs schrootfragmenten van kanonnen en tanks. Het gaat om een familie-erfenis. Geert Quaghebeur behoort tot de derde generatie, die op de hoeve alles wat uit de grond wordt gehaald van de Eerste Wereldoorlog opslaat. Het is hem gewoon om de verzamelkick te doen. Volgens hem is het oorlogstuig ongevaarlijk en onbruikbaar.
Dovo in actie
Toen in 2014 de politie langskwam na de diefstal van enkele collectiestukken verwittigden de agenten uit voorzorg en veiligheidsoverwegingen onmiddellijk de ontmijningsdienst Dovo. De ontmijningsdienst laadde met een bulldozer duizenden diverse stukken – alles samen ongeveer 25 ton – meestal oud ijzer in vrachtwagens op.
Verbeurdverklaard
De landbouwer moest zich nadien voor de rechter verantwoorden. In eerste aanleg kreeg hij een boete van 1.200 euro, waarvan de helft met uitstel. De verzameling werd verbeurd verklaard.
Landbouwer Quaghebeur wou echter zijn collectie en vooral de ongevaarlijke obussen terug. Van de 7.000 stuks werden er door Dovo maar 54 weerhouden als gevaarlijk. Voor hem en zijn familie heeft de collectie vooral een symbolische en emotionele waarde. Daarom tekende zijn advocaat beroep aan. Het hof van beroep volgde echter de stelling van het openbaar ministerie. De verzameling komt niet terug naar de hoeve.
(JPT)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier