Korpschef Philip Caestecker na 24 jaar Politie Oostende met pensioen:“Wie ik het meest zal missen, zijn mijn mensen”

Afscheidnemend korpschef Philip Caestecker: “Ik zal mijn mensen het meest missen.” © EFO
Edwin Fontaine
Edwin Fontaine Medewerker KW

Philip Caestecker gaat eind maart met pensioen en blikt terug op 24 jaar als korpschef en bijna 40 jaar bij de politie. “De politie van Oostende staat er”, luidt het.

Philip Caestecker (63) volgde na zijn humaniora een opleiding maatschappelijk werk in De Haan. “Ik was altijd actief in het justitiële. Ik deed mijn stages in wat nu de justitiehuizen zijn en tijdens mijn legerdienst was ik maatschappelijk assistent bij de sociale dienst van het leger en de Rijkswacht. Nadien was ik aan de slag als maatschappelijk werker en vast afgevaardigde bij de jeugdrechtbank. Ik moest er advies geven aan de jeugdrechters over maatregelen tegenover minderjarigen en hun ouders. Ik deed dat werk erg graag, maar het waren jaarcontracten. Ik wou zekerheid en solliciteerde bij de gemeentepolitie in Brugge, waar ik toen woonde. Het werk interesseerde me erg en ik wou hogerop. Ik doorliep de politieschool en trok nadien naar de Universiteit Gent voor een opleiding criminologie. Bij de Brugse politie leerde ik alle aspecten van het politiewerk kennen.”

Philip Caestecker werd er commissaris. Na de politiehervorming (waarbij Rijkswacht en gemeentepolitie werden samengevoegd) werden overal de plaatsen van korpschef vacant verklaard. “Ook in Oostende. Ik had ervaring en wilde dat als Oostendenaar proberen. In augustus 2001 ging ik aan de slag. Ik was ervan overtuigd dat het voor twee mandaten van telkens vijf jaar zou zijn. Later is de wetgeving veranderd en kon het langer. Mijn mandaat werd uiteindelijk vier keer verlengd.”

Verandering

“Oostende was weliswaar een pilootzone voor wat betreft de eengemaakte politie, maar ex-Rijkswachters en agenten van de gemeentepolitie hadden in 2001 nog hun eigen uniform. Er waren toen 302 medewerkers. Nu zijn er 376 politiemensen en burgerpersoneel. Daarnaast zijn er ook vrijwilligers en medewerkers in het kader van sociale tewerkstelling. Hier zijn 400 mensen actief.”

De korpschef wijst op een evolutie: “Ook de maatschappij is in die periode gigantisch veel veranderd. Vroeger hadden we het bijvoorbeeld over winkel- en gauwdiefstallen en inbraken en nu over cybercrime. Ook criminaliteit is gedigitaliseerd en als politiezone moeten we ons voortdurend aanpassen.”

Vier burgemeesters

Caestecker werkte met vier burgemeesters (Vandecasteele, Vande Lanotte, Tommelein en Crombez) en is tevreden dat het bestuur hem steunde in de modernisering van het korps en de aanwerving van extra personeel. De ingebruikname van het nieuwe politiekantoor in de Lijndraaierstraat in 2020 was de kers op de taart. “Ik weet nog goed dat ik Jean Vandecasteele al in november 2001 wees op de noodzaak van een nieuw gebouw. Ik ben er trots op, want we kunnen daardoor efficiënter werken.” Hij blikt tevreden terug: “In die 24 jaar konden we nieuwe diensten oprichten, zoals de sociale cel, het bijstandsteam, de fietsbrigade, het steunteam wijkpolitie en nog veel meer. Ik geloof niet in een generalistische aanpak waarbij elke flik alles moet kennen. Bepaalde materie is zo complex dat je moet specialiseren, zoals in cybercrime of zedeninspecteurs voor seksuele delicten.”

Respect

Philip Caestecker: “Het respect voor hulpdiensten staat onder druk. Ik hoor steeds vaker dat mensen het gezag van de politie niet meer als evident beschouwen. Dat uit zich in de manier waarop mensen naar ons of andere hulpdiensten communiceren. Sociale media spelen daar een grote rol in. Ik erger me mateloos aan fake news op platformen. Vrije meningsuiting kent zijn grenzen als je leugens verspreidt over mensen en dingen verkondigt die onwaar zijn. Het helpt ook niet voor het onveiligheidsgevoel. Ik schreef trouwens 32 jaar geleden aan de Ugent daarover mijn thesis. Mensen denken soms dat Oostende onveilig is, maar de cijfers spreken dat tegen. We zitten in de goede middenmoot in vergelijking met de andere centrumsteden, scoren beter inzake geweldsdelicten, maar slechter inzake vermogensdelicten, zoals diefstal.”

Het was niet altijd rozengeur en maneschijn: “In de loop van die 24 jaar heb ik ook soms mensen moeten sanctioneren of uitzonderlijk zelfs ontslaan. Dat is eigen aan een organisatie met bijna 400 medewerkers. Iedereen kan een fout maken, want we werken onder hoge druk. We kunnen mensen bijsturen of opleiding geven. Maar op doelbewuste fouten ben ik altijd streng geweest. Ik ben erg trots op dit korps, een verwezenlijking van een heel team van bijzonder veel schitterende mensen die prachtig werk leveren, vaak in erg moeilijke omstandigheden. Ik ben daarin maar een radertje.”

Over het dieptepunt is Caestecker formeel: “Telkens we collega’s verliezen. Of dat nu tijdens of buiten de dienst is. Dan hakt dat er in. Het klinkt cliché, maar we zijn toch een beetje familie.” Hij noemt namen waaruit blijkt dat er achter het uniform een betrokken leidinggevende zit.

Ibis

En dan klinkt het trots: “Ik woon nu in Loppem, maar ben eigenlijk Oostendenaar. Ik ben er geboren en groeide hier op. Mijn vader Hubert was tot 1989 directeur van het Koninklijk Werk Ibis, op ’t Sas in Bredene aan de grens met Oostende. In de directeurswoning bracht ik mijn jeugd door. Ik zetel bij Ibis ook al enkele jaren in het bestuur. Ik kan er mijn sociale en justitiële ervaring delen in de werkgroep welzijn. Het engagement naar de Ibis geef ik na mijn pensioen niet op, integendeel.”

Op zijn laatste werkdag, 31 maart, mag Philip Caestecker nog een uitleg geven aan (nieuwe) gemeenteraadsleden over de werking van het korps. “Ik zal me nadien toeleggen op mijn hobby’s, fotografie, met de moto rijden en reizen. Er zijn ook drie kleinkinderen en ik klus graag.”

Hij mijmert: “Ik heb vaak nachten wakker gelegen, maar heb mijn werk altijd graag gedaan. Toch zal ik het meest de mensen en sociale contacten missen. Maar het pensioen heeft ook voordelen. Ik ga meer kunnen genieten van Oostende. Als ik straks een evenement in deze bruisende stad bijwoon, zal ik niet meer aangesproken worden en kan ik nadien naar huis zonder een to do-lijst.”

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise