Karl schrijft een brief naar Sven Vanthourenhout: “Het was dapper van je om Thibau Nys uit de belofteselectie te houden”

(foto Belga)©DAVID STOCKMAN BELGA
(foto Belga)©DAVID STOCKMAN BELGA
Karl Vannieuwkerke
Karl Vannieuwkerke schrijft elke week een brief

Karl Vannieuwkerke schrijft elke week een brief. Aan de vooravond van het WK veldrijden denkt Karl terug aan die dag in 1994 waarop hij voor het eerst kennismaakte met Sven Vanthourenhout. De bondscoach op de weg en in het veld mag altijd antwoorden: karl@kw.be.

Beste Sven,

Je bent stilaan dé man bij de Koninklijke Belgische Wielrijdersbond. Wat blijft die naam toch archaïsch klinken. Wielrijdersbond. Wie heeft dat ooit uitgevonden? Ik snap wel dat ze daar nu vooral over Belgian Cycling spreken. Maar dat ter zijde. Het gaat in deze brief over jou, Sven. Bondscoach in het veld en op de weg. De man die beslist wie wel en wie niet in een selectie thuishoort. Een belangrijke opdracht met veel verantwoordelijkheid. Een mooie functie die je door veel oud-renners wordt benijd. Je bent net veertig geworden, in de fleur van je leven. Je loopt marathons in iets meer dan tweeënhalf uur. En je denkt kwiek. De keren dat je naast me zat als analist, hield ik er altijd hetzelfde gevoel aan over: pienter, sympathiek en rechtlijnig. Drie eigenschappen waar je heel ver mee komt in het leven.

Ik vergeet nooit de dag waarop ik je voor het eerst zag. Het was in de zomer van 1994, een eeuwigheid geleden. Ik was net begonnen als journalist bij Focus TV met Jabbeke als uitvalsbasis. De beletterde Renault Espace – wat was ik toen fier om daarin te mogen zitten – sjeesde richting Beernem voor een reportage over West-Vlaamse veldrijders die zich voorbereidden op een nieuw seizoen. We belandden op de boerderij van de Van Compernolles die toen een bijna legendarische reputatie genoten in veldritland. In een weide en aanpalende akker was een parcours aangelegd waar wekelijks op werd getraind. In een dolle farandole slingerden een twintigtal veldrijders zich door het hinterland van Beernem. Op kop reed Ronny De Vos. Dat hij later je schoonvader zou worden, was op dat moment onmogelijk te voorspellen. Je was amper 13 jaar en reed er gezwind tussen. Hoe hard ze ook probeerden, ze kregen dat kleine maar ranke ventje er maar niet af. Ik weet nog dat ik vol bewondering naar je stond te kijken en aan de lokale landbouwer vroeg wie dat kereltje wel mocht zijn: Sven Vantoernoet! , zei die vol trots. Van da manje go je nog oren!

De beloftevolle toekomst die je werd toegedicht, kwam er ook. Je werd in 2001 in Tabor wereldkampioen veldrijden bij de beloften. Je reed toen voor het Mez Team van Freddy Casteleyn, één van de mooiste mensen die ik in de wielersport ben tegengekomen. Immens gelukkig maakte je hem, Sven. In 2008 strandde je in Knokke zelfs op een zucht van een Belgische titel op de weg. Enkel Jurgen Roelands was je te snel af. In de cross had je een aantal goede jaren, maar jammer genoeg werd je in het slot van je carrière te veel benoemd als de appendix van die andere Sven.

Het was dan ook enorm dapper van je om Thibau Nys uit de belofteselectie voor Oostende te houden, Sven. Ondankbaar zullen anderen zeggen. Trek je daar maar niets van aan. Moedig is het enige woord. Dat hij veertiende en tweede belofte was in Hamme vorig weekend zullen sommigen je nog voor de voeten werpen, maar het was inderdaad too little too late . Het zou afbreuk gedaan hebben aan de prestaties van de andere beloften om één van hen thuis te laten. Dat je vriend Sven je niet afvalt is mooi, dat zijn vaderinstinct opwelt in sommige tweets niet meer dan logisch. Succes komend weekend in Oostende, Sven. En hou het vooral veilig!

Warme groet,