Jozef van Walleghem, een 18de-eeuwse chroniqueur

Jozef van Walleghem bezat aan de Eiermarkt twee huizen. Hij woonde in het gedeelte tussen de Markt en de Geldmuntstraat. (foto Davy Coghe)
Chris Weymeis
Chris Weymeis Medewerker KW

Onze stad zag in de voorbije eeuwen veel mensen passeren die in hun tijd grote bekendheid genoten maar daarna in de nevelen van de geschiedenis verdwenen. Gediplomeerd gids Chris Weymeis haalt elke week zijn loep boven en vertelt het verhaal van die ‘vergeten’ Bruggelingen. Vandaag: Jozef van Walleghem, een 18de-eeuwse chroniqueur.

Wie enigszins vertrouwd is met de Brugse geschiedenis tijdens de Franse periode, zal ongetwijfeld hebben gehoord van Jozef van Walleghem en zijn kroniek met de merckenweerdigste voorvallen uit die tijd. Maar wie was die Van Walleghem? Jozef van Walleghem werd geboren in Brugge op 26 augustus 1757, als zoon van wolwever Joseph van Walleghem en Maria Theresia Fonteyne. Jozef junior huwde met de 23 jaar oudere Josepha Gareels. Het koppel stierf kinderloos in Brugge, respectievelijk op 21 oktober 1801 en 7 augustus 1816. In 1776 ruilde vader Jozef het ambacht van wolwever voor dat van mercenier. Merceniers waren in de 18de eeuw gespecialiseerd in de verkoop van onder andere kostbare stoffen zoals fluweel, maar ook van bijvoorbeeld ringen, inktpotten, brillen, scharen, slaapmutsen, messen, hamers, tangen, schroeven, sleutels en sloten, meubelornamenten en zelfs goud- en zilverwerk.

Zeven huizen

Mercenier was een oud beroep dat zeker al sinds de 14de eeuw bestond. De leden van de nering behoorden vaak tot de rijkste inwoners van de stad. Dat was in de 18de eeuw waarschijnlijk iets minder, maar toch liet Jozef van Walleghem bij zijn overlijden onder andere zeven huizen na. Twee ervan stonden aan de Eiermarkt. Binnen de nering van de merceniers was Jozef van Walleghem junior een dobbelstellier. Die hadden de voornaamste verkooprechten van de nering en mochten alle bovenvermelde zaken verkopen. Een trap lager stonden de enkelstelliers. Die mochten wel bepaalde gereedschappen en ijzerwaren verkopen, maar geen zijden of andere waardevolle stoffen. Tot slot waren er nog de mercetots. Wat zij mochten verkopen, is niet duidelijk, maar waarschijnlijk nog minder dan de enkelstelliers en mogelijk slechts voorwerpen aan een lage prijs.

Dagboeken

Aangezien Jozef van Walleghem junior jarenlang een dagboek bijhield, betekent dit dat hij een minimale opleiding moet hebben genoten. Waar hij school liep, was lange tijd onbekend. Wijlen pastoor Jozef Geldhof ontdekte dat Van Walleghem in 1769 werd opgenomen in de kapittelschool van Sint-Donaas. De dagboeken behelzen de periode 1775-1801. Daarin beschrijft Van Walleghem de politieke en maatschappelijke veranderingen in die periode en de reacties van de bevolking daarop. Ook het volks- en straatleven komt in zijn kroniek aan bod. De kronieken van 1787 tot 1797 zijn in de periode 1982-1997 door het Brugse stadsbestuur in boekvorm uitgeven. (Chris Weymeis)

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier