José (72) staat 50 jaar achter de tapkraan van ‘de Chevalier’ in Bellegem: “Mijn klanten zijn mijn vrienden”

José Verbeke (72) staat 50 jaar achter de toog van Au Chevalier. © SV
Redactie KW

José Verbeke (72) van ‘de Chevalier’ in Bellegem (Kortrijk) staat 50 jaar achter de toog van zijn café op Bellegemplaats. Zijn kinderen en hun vrienden lieten dat niet zomaar passeren en organiseerden een heus feestweekend om de café-uitbater in de bloemetjes te zetten. José maakte van een leegstaand café een plaats die een vaste waarde is voor de inwoners van Bellegem en omstreken.

Een samenloop van omstandigheden bracht José naar café Au Chevalier. Hij begon in een klein landbouwbedrijf in Kluisbergen, maar merkte al snel dat zijn toekomst niet daar lag. “Ik had niet voldoende passie om ermee verder te doen. Mijn vrouw kwam uit Rollegem en toen ik zag dat dit café leegstond, was de keuze snel gemaakt. Ik ging het gewoon proberen, maar het is nu wel duidelijk dat het een goede zet was”, zegt de uitbater.

Feestweekend

50 jaar achter de tapkraan moest gevierd worden, maar de zaakvoerder had er zelf niets mee te maken. “Mijn kinderen en hun vrienden hebben dit weekend georganiseerd. Ze verzekerden me dat ik me van niets moest aantrekken”, vertelt José. Op vrijdag ging het feestweekend van start met José le Café: een plechtige opening om de voorbije 50 jaar te vieren. Zaterdag volgde een Breugelmaaltijd onder de naam José le Chasseur. Dat verwijst naar Josés liefde voor jagen, een sport die hij al jarenlang beoefent.

Het weekend werd afgesloten met José le Coureur. De café-uitbater is een grote wielerfanaat, dus de koers kon zeker niet ontbreken. Zondag was de Ronde van Vlaanderen op groot scherm te zien in het café.

Witte Donderdagprijs

De liefde voor de koers is altijd voelbaar in café Au Chevalier. Zo barstte het feest uit zijn voegen toen Bellegem in 2008 Dorp van de Ronde was. “Overal was het bier op, maar ik had nog meer dan voldoende”, zegt Verbeke trots. Dat was anders in 1973 toen het café nog maar net open was. “De Witte Donderdagprijs vond toen plaats en de receptie achteraf was in Au Chevalier. Om 20 uur begaf de tap het al en moesten we lauw bier schenken. Marc Demeyer, de beroepsrenner die de rit had gewonnen, is me dan persoonlijk komen zeggen dat ik beter terug naar mijn tractor zou keren. Al goed dat ik niet naar hem heb geluisterd”, aldus een nostalgische José.

Niets moet, alles mag

De café-uitbater heeft Au Chevalier altijd alleen draaiende gehouden. “Soms vinden klanten dat het niet rap genoeg gaat. Dan nemen ze zelf hun drank of beginnen ze zelf wat bestellingen rond te dragen”, vertelt José. Officieel is hij al even met pensioen, maar aan stoppen denkt José nog niet. “Het kan elke dag gedaan zijn. Het leven is te kort en te mooi om iets tegen je zin te doen. Ik doe wat ik wil: niets moet, alles mag”, vult hij nog aan.

Vandaag lukt het José nog steeds om het op zijn eentje te doen, al is dat wel op zijn eigen manier. “Als ik voel dat het tijd is om de dag af te sluiten, dan doe ik dat ook gewoon. Mijn klanten zijn ook mijn vrienden, dus ze nemen het niet al te serieus als ik zeg dat ik ze beu ben”, knipoogt José.

Lees meer over: