Na een maandenlange voorbereiding liep ultraloopster Sofie Vercarre voor het eerst in haar leven 100 kilometer op één dag tijdens de Belgian Front Memorial Trail. Van Mesen naar Diksmuide eindigde ze bovendien met een tweede snelste tijd bij de dames. “Halfweg het parcours verkrampten de benen onverwacht, maar opgeven was het laatste wat ik wilde doen.”
Voor veel duurlopers is de 42 kilometer lange marathon al een overwinning. De Zedelgemse Sofie Vercarre, net 50 geworden, liep liefst 2,5 keer die afstand tijdens de Belgian Front Memorial Trail. Samen met een 40-tal lopers startte ze zaterdag 3 mei om 7 uur ’s morgens in Mesen voor een 101 kilometer lang parcours langs Ieper, Langemark en Houthulst. Iets voor 18 uur passeerde ze de laatste controlepost, richting de meet op de grote markt in Diksmuide, waar ze ook nog eens de tweede snelste tijd van de dames neerzette.
Elke kilometer aftellen
Langs de monumenten en begraafplaatsen van de Eerste Wereldoorlog gingen de eerste vier uur van de pelgrimstocht haar gemakkelijk af. Na ongeveer 50 kilometer kreeg ze met verkrampte benen af te rekenen. Het was vaak ook een langdurig vlak parcours, waarin het in bepaalde stukken maar niet leek op te schieten. In de verte dook de IJzertoren op, maar die kwam voor Sofie maar niet dichterbij. “De tweede helft begon de inspanning langzaam maar zeker zwaarder door te wegen. Vanaf 80 kilometer kreeg ik het erg lastig. Toen was het echt mentaal volhouden en elke kilometer aftellen. In de mentale roes van het moet en zal lukken ben ik door die verkramping gelopen. Het was een mentaal spel om vol te houden. Om de 10 kilometer was er een rust- en controlepost. De route mag je ook wandelend afleggen om binnen de tijdslimiet van 15 uur aan te komen. Dat moest me lukken.”
Voorbereiding
Een aantal jaar geleden ondernam ze al een poging om 100 kilometer op één dag te lopen, maar door een blessure vooraf moest ze toen noodgedwongen stoppen, en heeft ze maanden niet kunnen lopen. De geweldige sportprestatie die Sofie Vercarre nu neerzette komt niet uit de lucht gevallen. Vanaf januari liep ze elke week minstens 100 kilometer. Verdeeld over zeven dagen trainde ze dicht bij de deur samen met veel looppartners uit haar WhatsApp-loopgroep. Deze winter won ze ook al de Verloren Kost Trail en de NorthCTrail, en eindigde tweede in de Trail Ryckevelde. Haar vertrouwde plan om op tijd eigen drank en voeding tijdens de race in te nemen heeft gewerkt. Om het uur dronk ze een halve liter, om het halfuur had ze de voeding op. Haar man Frederik (48) wachtte haar langs het parcours telkens op om haar te bevoorraden, zelfs met reserveschoenen en -sokken. Zo kon ze met zo weinig mogelijk gewicht mee verder lopen. “Hartverwarmend waren ook de fans die ik de hele dag langs het parcours tegenkwam. Van loopvrienden die meeliepen tot fietsdames van ons Zedelgems groepje Vive Les Filles”, glimlacht ze.
“Als je het niet probeert, weet je het nooit”
“De Memorial Trail had als goede doel ALS. Aan die spierziekte heb ik mijn oma verloren, wat ook een motivatie was om beslist door te zetten. Desnoods had ik traag verder gewandeld om gewoon binnen de tijd aan te komen.”
Na de topoverwinning van 100 kilometer doet Sofie het dit jaar eerder rustig aan. Zo staat met haar man en hun kinderen Timo (17) en Roan (19) deze zomer een huttentocht door de Dolomieten in Italië gepland. Ze droomt er wel nog van om deel te nemen aan de befaamde Marathon des Sables, een zware ultraloop in de woestijn van Marokko of Jordanië die je zelf moet bekostigen.
Doorzetten
De rode draad in haar loopcarièrre is keer op keer verdergaan en blijven doorzetten. Ze groeide van korte lokale loopwedstrijden naar de eerste marathon die ze rond haar veertigste uitliep. Sindsdien liep ze al een 30-tal marathons in binnen- en buitenland: de Nacht van Vlaanderen, Malta en Rotterdam, de Belgische Coast Walk van 80 kilometer. De afstanden steeds weer verder zoeken, en ook figuurlijk telkens grenzen verleggen, is een proces van jaren en ook wel een verslaving voor haar. “Als je weet dat je tamelijk makkelijk een marathon kan uitlopen, ga je op den duur niet meer voor minder. Ik slaag er blijkbaar telkens in een nieuw persoonlijk record neer te zetten, in de eerste plaats voor mezelf. Als ik daarmee al een boodschap wil geven, is dat er veel meer in je zit dan je denkt. Ook al lijkt het op het eerste gezicht niet mogelijk. Als je het niet probeert, weet je het nooit.”