Herman Jonckheere kijkt terug op zijn periode in de Izegemse politiek

Herman Jonckheere in zijn bureau in Oedelem: "Izegem is wat mij betreft een afgesloten hoofdstuk." (Foto Davy Coghe) © Davy Coghe
Philippe Verhaest

Járenlang was Herman Jonckheere een van de vaste waarden van de Izegemse politieke wereld. Maar in november 2009 nam de nu 73-jarige man ontslag als voorzitter van de gemeenteraad en IVIO en verhuisde hij naar de Beernemse deelgemeente Oedelem. “Ik heb mooie politieke momenten beleefd, maar het afscheid was wrang”, zegt hij.

Het was lang een zekerheid op de CD&V-lijst in Izegem: Herman Jonckheere was een van de certitudes om het stadhuis te bevolken. In 2006 haalde de man nog 607 voorkeurstemmen binnen en in totaal was hij twaalf jaar schepen. In januari 2007 ging hij als gemeenteraadsvoorzitter van start, een functie die hij tot zijn vertrek in november 2009 heeft uitgeoefend. Peter Defreyne volgde hem nadien in die functie op.

Hoe kijk je terug op je politieke jaren?

“Met een positief gevoel. Ik denk dat ik veel mooie dingen heb kunnen realiseren. De grootste voldoening haal ik uit mijn voorzitterschap bij IVIO. Toen ik een eerste keer schepen werd, kreeg ik ook de afvalintercommunale onder mijn hoede. Ik herinner me nog dat ik er één grote krabbenmand aantrof.”

“De kosten swingden de pan uit, er waren tal van discussies… Drie jaar later waren we een voorbeeld voor alle andere intercommunales. Toen hebben we fel ingezet op recyclage en elke aangesloten gemeente een degelijk uitgebouwd recyclagepark bezorgd, waarbij de inwoners ook in alle gemeenten terecht konden.”

Onder uw bewind werd ook de beruchte verbrandingsoven afgebroken.

“Die beslissing paste in onze ecologisch verhaal. Milieutechnisch was het behoud ervan niet meer te verantwoorden en zou de uitbating handen vol geld gekost hebben.”

Je afscheid van Izegem was op zijn zachtst gezegd bruuske te noemen…

“Daar heb ik wel gemengde gevoelens over. Ik besef dat ik niet de populairste politicus ben geweest. Ik verkocht me ook niet op die manier. Maar ik heb mijn job altijd met hart en ziel gedaan, ook als gemeenteraadsvoorzitter. Ik was een van de eerste zonder ander mandaat om die functie te bekleden en probeerde mijn rol erg democratisch te spelen. Ik wilde ook de gemeenteraad en de commissies opwaarderen en als voorzitter van die laatste had ik een uitgewerkt schema opgesteld met de data. Dat had ik evenwel zonder overleg met het schepencollege gedaan, maar met de beste bedoelingen. Ik kreeg echter het verwijt dat ik op geldgewin uit was, maar dat speelde totaal niet mee. Dat verwijt heeft me veel pijn gedaan. Toen heb ik beslist om met politiek te kappen, hoe jammer het ook was.”

Waarom besloot je ook om Izegem te verlaten?

“De puzzel viel negen jaar geleden perfect samen. Ik had de pensioengerechtigde leeftijd, dit huis in Oedelem dat we op het oog hadden voor onze oude dag kwam vrij… Ik heb toen samen met mijn vrouw Rita Vandemoortele de stap gezet. En daar heb ik nog altijd geen spijt van.”

Betreur je niet dat je Izegem en de politiek via de achterdeur hebt verlaten?

“Niet echt, al blijft het afscheid een beetje wrang. Nadien kreeg ik nog de vraag om ereschepen te worden, maar dat heb ik geweigerd. Titels zeggen me niks.”

Hoe gaat het nu met je?

“Goed. Ik geniet van mijn gezin, mijn drie kinderen en tien kleinkinderen, lees en schrijf veel… Ik kan me geen beter leven wensen.”

Heb je nog contact met mensen uit de Izegemse politiek?

“Neen. Totaal niet. Die lijn is doorgeknipt en jammer vind ik dat niet. Ik heb onderweg geleerd dat persoonlijke relaties in de politiek niet makkelijk zijn. Zo ben ik twaalf jaar onder burgemeester Willy Verledens schepen geweest. Een schitterend man, een erg goeie politicus ook, maar hij had niet echt een beleid op lange termijn. Dat vond ik jammer.”

“Een emotionele band met mijn vroegere thuisstad heb ik al lang nier meer”

Volg je de politieke wereld in je voormalige thuisstad nog?

“Van ver. Mijn schoonbroer woont er nog en hij vertelt me wel de grote lijnen en ik verneem ook een en ander via de (sociale) media. Maar een emotionele band met Izegem heb ik niet meer. Of de Centrale Brug al dan niet afgebroken moet worden, lokt bij mijn geen mening meer uit. Al heb ik daar vroeger erg hevige discussies over gevoerd.” (glimlacht)

Keer je er nog terug?

“Amper. Een of twee keer per jaar. Als ik naar de tandarts mijn schoonbroer moet, we hebben er nog enkele goeie vrienden wonen. Maar ik krijg er geen nostalgisch meer door, al blijft het wel een deel van mezelf. Sommige zaken houden me wel nog bezig, zoals het kasteel Wolvenhof. Ik heb er destijds bij de provincie voor geijverd om er het streekhuis in onder te brengen en werkte ook nog aan een kunstproject. Twee keer wilde de provincie mee in het verhaal stappen, maar het kasteel staat nog altijd te verkommeren. Dat vind ik erg jammer.”

Hoe zal je zondag 14 oktober beleven?

“Met een gerust gemoed. Ik maak samen met mijn vrouw eerst een wandeling en zal me rond 17 uur voor televisie zetten. Met de focus op mijn nieuwe thuisgemeente Beernem, Brugge en ook nog wel wat op Izegem.”

En wie zal winnen?

“Maakt me echt niet uit. N-VA staat sterk, het kartel tussen SP.A en Groen ligt in duigen en wat STIP zal doen, weet niemand.”

“Burgemeester Bert Maertens maakte ik nog mee als jong gemeenteraadslid en toen kwam hij erg sympathiek over. Ik hoop alleen maar dat de nieuwe ploeg een degelijke langetermijnvisie voor de stad zal uitwerken. Daar heeft Izegem nood aan.”

Zou u, mocht u alles op voorhand weten, opnieuw in de politiek stappen?

“Zonder twijfel. Misschien zou ik zelfs wat vroeger mijn kans wagen. Als je iets aan je stad of gemeente wil veranderen, is de politiek de perfecte weg. Alleen duurt het soms lang vooraleer je een goed idee verkocht kan krijgen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise