De recente herinrichting van de Mallebergplaats komt slechts één wijnbar ten goede, de andere horecazaken vragen het stadsbestuur om maatregelen, zodat zij in deze moeilijke coronatijd ook een breder terras kunnen uitzetten. Sherif Hassona, die zijn broer aan covid-19 verloor, vertolkt hun wensen.
De Brugse Egyptenaar Sherif Hassona (61) verwoordt voor ons graag de verzuchtingen van drie horecazaken in de Philipstockstraat: het Brugse Pittahuis, champagne Bar Baril en het zuiders restaurant Passion For Food, dat Sherif nu al 17 jaar lang uitbaat samen met zijn Algerijnse echtgenote Zahira Berkane.
Golfoorlog
“Ik ben 32 jaar geleden in Brugge beland”, vertelt de restaurantuitbater. “Ik werkte in mijn geboortestad Alexandrië in de toeristische sector. Maar tijdens de Golfoorlog bleven veel toeristen weg uit Egypte. Toen vatte ik het idee op om gedurende enkele maanden naar Europa te komen om er te werken en zo tijdelijk in mijn levensonderhoud te voorzien. Ik kende enkele landgenoten die in Brugge woonden… Het was aanvankelijk niet mijn bedoeling om hier te blijven. Maar de Golfoorlog sleepte aan, de economische situatie in Egypte verbeterde niet. Ik kon vrij snel aan het werk bij het Brugse schoonmaakbedrijf Verleye, voor het onderhoud in de fabrieken van Philips en Siemens. Later werkte ik ook nog 6 jaar bij de onderhoudsploeg van New Holland in Zedelgem.”
“Inmiddels had ik mij goed geïntegreerd in Brugge, ik maakte er vele vrienden en voetbalde mee met de ploeg van Den Estaminet in het arbeidsverbond. Ik speelde aan de zijde van vedetten als Gino Maes en de broers Hans en Joost Vandenbroucke. In 2004 was de tijd rijp voor de start van een eigen zaak. Zo rijpte het idee voor Passion for Food. Alles draaide goed, tot corona de kop opstak. Toen schepen van Openbaar Domein Mercedes Van Volcem de plannen aankondigde voor een verfraaiing van de Mallebergplaats, juichte ik dit toe. Deze hoek is zeer gezellig geworden. Alleen geniet hoofdzakelijk één horecazaak van de verbreding van het voetpad, wijnbar Cuvee. Op het smalle voetpad kunnen mijn twee collega’s en ikzelf slechts één rij tafeltjes plaatsen. Bij de herinrichting van het pleintje stelde ik al voor om de verbreding van het voetpad door te trekken tot aan de Wapenmakersstraat, zodat dit ook ten goede komt van onze drie horecazaken. Er moest hiervoor slechts één laad- en loszone opgeofferd worden en het zou het pleingevoel verhogen. Dat vormt geen enkel probleem, omdat er vlakbij nog drie andere loszones zijn: aan de achterzijde van het Burghotel en aan ‘t Keersken in de Philipstockstraat én op de burg. De bevoorrading van het hotel, de Irish Pub, de fietsenhandel en de wijnbar komt niet in het gedrang. Maar ‘t kon niet zijn! Misschien kan het stadsbestuur nog zijn visie aanpassen. Aan de grieven van Den Optimist en ‘t Huis Kombuis in de Langestraat is ook toegegeven, zij kregen een breder voetpad met terras. Voor deze zomer komt onze vraag te laat, maar er zijn tijdelijke alternatieven mogelijk. Waarom bij mooi weer op zaterdag- en zondagnamiddag niet het verkeer omleiden via de Burg, zodat de Mallebergplaats verkeersvrij wordt? Dat voorstel is niet zo gek, nu al wordt het autoverkeer op bepaalde momenten verboden op het Kraanplein, waar de horecazaken hun terrassen op straat uitstallen.”
Laad- en loszone
“Een andere oplossing is ons toelaten om vanaf de middag enkele tafels te plaatsen op de laad- en loszone voor onze etablissementen. Vrachtwagens moeten in de binnenstad de winkels en horecazaken voor 11 uur bevoorraden. Nadien wordt de laad- en loszone misbruikt door automobilisten die er uren hun auto of camionette parkeren. Politiecontroles op die inbreuken zijn er niet, ik kan toch niet dagelijks de politie opbellen om mijn beklag te doen? Die overtreders jagen onze klanten weg, want die willen niet op ons smal terras zitten, naast een fout geparkeerde auto die hun zicht belemmert.” Sherif Hassona hoopt op enige goodwill van het stadsbestuur voor de fel geplaagde horeca in deze coronatijd. Hij verloor in juni vorig jaar op één dag tijd zowel zijn broer Mohamed als zijn moeder: “Ze stierven drie uur na elkaar in hetzelfde ziekenhuis. Mijn broer bezweek aan covid-19.” En zopas kreeg hij een dure rekening van Unisono voor het betalen van auteursrechten aan Sabam en de billijke vergoeding die horecazaken verschuldigd zijn. “In het normale jaar 2019 moest ik 359 euro betalen. Vorig jaar liep de factuur op tot 550 euro, hoewel ik amper drie maanden open was. Dit jaar gaat het om 397 euro en ik ben pas sinds juni open. Unisono beloofde hiermee rekening te houden, maar ik kreeg slechts 219 euro compensatie. Collega Lotje van de Brugse Tafel kreeg 927 euro terug als coronasteun. Ik krijg geen gehoor.”