Op 9 september 1995 stond de toen 16-jarige Tonny Desodt voor het eerst onder de Menenpoort in Ieper om de Last Post te blazen. Dertig jaar later is hij nog altijd een vaste waarde bij de klaroeners. Wat begon met een trompet bij muziekacademie Ypriana groeide uit tot een levenslange roeping, waarin hij met trots en toewijding de dagelijkse herdenking mee in stand houdt.
Tonny Desodt (46) was amper 16 jaar toen hij op 9 september 1995 voor de eerste keer de Last Post blies onder de Menenpoort. “Mijn ouders woonden op de hoek van de Gildestraat en de Frenchlaan, waar ze een benzinepomp en een garage hadden. Mijn vader was brandweerman en dus kwamen de collega’s vaak tanken bij ons. Eén van hen was Toontje (Antoon Verschoot die 61 jaar klaroener was, red.).”
Toen Tonny zich op zijn achtste inschreef voor de Academie kwam hij in het vizier. “Ze stapten gewoon binnen en zeiden: ‘jullie zoon is ingeschreven in de Academie. Heeft hij al een instrument? Nee? Dan kunnen we hem aan een instrument helpen.’ Zo ben ik op mijn achtste klaroen en trompet beginnen spelen en zo kwam ik bij Ypriana terecht. Vanaf mijn elf jaar begon ik al mee te gaan met Ypriana om te spelen op straat en op herdenkingen onder de Menenpoort.”
Toen Tonny 16 werd, stelde hij zich kandidaat om klaroener te worden bij toenmalig voorzitter Guy Gruwez. “Ze waren toen met vijf, omdat Daniël Demey een jaar eerder gestorven was. Er mocht dus versterking bij komen. Nadat ik mijn kandidatuur indiende, mocht ik op gesprek gegaan. Dat was allemaal positief. Op een vrijdag kwam Toontje langs en zei hij tegen mijn ouders: ‘ik heb de kleine nodig morgen’.”
Brandweerman
Die eerste keer herinnert Tonny zich nog alsof het gisteren was. “Het moest allemaal snel gaan. Ik moest een kostuum in elkaar flansen, maar ik was nog geen brandweerman. Ik was zelfs niet oud genoeg, dus ben ik gestart met het uniform van mijn vader. Het was ook een speciale herdenking, waardoor er duizend mensen stonden. Nu is dat de normaalste zaak van de wereld, maar in de jaren negentig was het doorgaans kalmer.”
“Het is niet meer dan normaal om even tijd te maken voor een praatje met bezoekers”
Tonny sloot zich daarna aan bij de jeugdbrandweer. De klaroenblazers moeten immers brandweerlui zijn. Nu is hij korporaal in het Ieperse vrijwillige brandweerkorps. “Bij de klaroeners telt de rang niet. Het is de blazer met de meeste dienstjaren die het bevel en de instructies geeft. Er is nog één iemand met meer jaren op de teller: Rik Vandekerckhove. Hij is wel twintig jaar ouder dan ik.”
Ononderbroken
“Het is een heel mooie traditie en ik ben trots dat ik die kan helpen in stand houden. Het is vooral belangrijk dat we de dagelijkse herdenking niet onderbreken. Dat was wel kantje boord tijdens de coronacrisis. Toen mocht er maar één iemand staan om te blazen. Ik ben blij dat het toen niet onderbroken geweest is. Voorlopig is dat alleen nog maar gebeurd tijdens de Tweede Wereldoorlog.”

Hoe dan ook moet Tonny af en toe weer en wind trotseren om de traditie in ere te houden. “We mogen niet klagen. De winters zijn ook niet meer zoals ze vroeger waren. Warm is het niet in de winter, maar we staan wel mooi droog onder de poort. Dat was ook wel anders tijdens de renovatie van de Menenpoort, toen we een tijdje ervoor moesten staan.”
In zijn carrière is Tonny ontelbare keren aangesproken en gefotografeerd geweest door bezoekers die naar de Last Post kwamen luisteren. “Ik ben iemand die gemakkelijk praat en ik vind het ook niet meer dan normaal om even tijd te maken voor die mensen. Vaak komen ze van ver en vertellen ze me het verhaal van hun familielid dat hier gesneuveld is. Het is een vorm van respect om even een luisterend oor te zijn. Vroeger had je wel veel minder fotografie. Nu filmt iedereen met de smartphone.”
Washington
Als klaroener voor de Last Post mocht Tonny bovendien al verschillende keren naar het buitenland. “De laatste keer was vorig jaar in september naar Washington, waar ze ook begonnen zijn met een dagelijkse herdenking geïnspireerd op de Last Post in Ieper. Bij de opening van het bronzen monument mochten wij ons ding doen. In de Australische hoofdstad heb je trouwens ook al enkele jaren zo’n initiatief aan het War Memorial. Dat zijn dus drie plekken op de wereld waar er een dagelijkse herdenking plaatsvindt met klaroengeschal. Er is sprake van plannen om eens samen te komen met de drie partijen, maar hoe dat precies in het werk zal gaan, moet wel nog besproken worden.”
Tonny is getrouwd met Nele Woets en is papa van drie dochters: Maite (18), Noor (16) en Bo (14). “Ondertussen speelt Maite ook al trompet, dus het zal toch een beetje in het bloed zitten zeker? Zo lang ik er voldoening uithaal en het graag doe, en zo lang ik het fysiek nog aankan en kan blijven rechtstaan – zo’n ceremonie kan een tijdje duren –, wil ik nog blijven doorgaan. Ik ben nog maar 46, dus ik kan nog een eindje mee. Antoon was 90 toen hij stopte”, knipoogt Tonny.
Twee nieuwe klaroeners
Klaroener zijn bij de Last Post vergt ook opofferingen. “Ik heb dikwijls een feestje of een trouw moeten missen, omdat ik moest blazen. Die consequenties moet je erbij nemen”, vertelt Tonny Desodt. “Sinds vorig jaar zijn er wel twee collega’s bij gekomen. Nu zijn we dus met z’n achten, waardoor het iets gemakkelijker is om een vervanger te vinden wanneer je niet kan. Vroeger was dat anders. Zo kwam Toontje iedere dag naar Ieper voor de Last Post terwijl hij eigenlijk met zijn gezin op vakantie was aan de kust.”
Benoit Mottrie: “Voor onze vereniging is Tonny een zegen”
Voorzitter Benoit Mottrie van de Last Post Association heeft alleen maar lof voor Tonny Desodt en zijn lange staat van dienst. “Hij is op zeer jonge leeftijd begonnen en heel gedreven. Het zijn zulke gasten die we nodig hebben. Gasten die weten waarom ze het doen en die het goed doen. Ik weet nog goed dat we hem rekruteerden in de jaren negentig. Hij was geen pompier, maar we hebben hem brandweerman gemaakt omdat hij zo’n goede muzikant was. Het is een goeie blazer, maar ook een goeie gast om na de Last Post de mensen te woord te staan. Voor de vereniging is hij zegen.”
Recent kwamen er twee klaroeners bij. Bavo Ketels en Lars Vandenbussche startten in de zomer van 2024. Daardoor zijn er nu acht klaroeners. “Meestal hebben we er zes, maar acht is een comfortabeler aantal”, zegt Benoit Mottrie. “Het zijn ook relatief jonge gasten dus we kunnen weer weg voor een tijdje. Op naar de 100 jaar in 2028!”