In Keulen werden zowat 20.000 inwoners geëvacueerd voor de ontmanteling van drie bommen uit de Tweede Wereldoorlog. Per exemplaar kan er wel 250 tot 500 kilo springstof in zitten. Volgens ontmijningsdienst DOVO wordt het een delicate operatie om ze te neutraliseren. “Het is heel belangrijk om te weten welk ontstekingsmechanismen er exact op die bommen zit. Dat is cruciaal om ze goed te neutraliseren. Die bommen gecontroleerd laten ontploffen is heel wat moeilijker midden in het stadscentrum”, zegt adjudant-majoor Jacques Callebaut.
Zowat 20.000 inwoners van de binnenstad van Keulen moeten woensdag 4 juni voor een dag evacueren, omdat er drie bommen uit de Tweede Wereldoorlog ontmanteld zullen worden. Afgelopen maandag werd er maandag 2 Amerikaanse 2000-ponders en een Amerikaanse 1000-ponder ontdekt. “Zo’n 2000-ponder weegt een ton en daar zit 500 kilo springstof is. Daar moet men sowieso voorzichtig mee omspringen. Maar wat de situatie helemaal moeilijk maakt, is achterhalen in welke staat de ontsteker van de bom nog is én om welk type het gaat”, zegt adjudant-majoor Jacques Callebaut, verantwoordelijk voor de communicatie van ontmijningsdienst DOVO.
“De springstof zelf is stabiel, maar het is de ontsteker die bepaalt hoe gevoelig de bom is”
“De springstof op zichzelf is stabiel, maar het is de ontsteker, die bepaalt hoe gevoelig de bom is en wat het risico is bij de ontmanteling”, klinkt het duidelijk. “Verschillende dergelijke bommen kunnen uitgerust zijn met een chemische vertrager. Dat is een systeem dat ervoor zorgt dat de bom pas na uren of dagen gaat ontploffen. Dat was om het de mensen in de Tweede Wereldoorlog moeilijker te maken om gevallen bommen te neutraliseren. We volgen natuurlijk hoe ze de situatie in Keulen zullen aanpakken. Vanuit DOVO hebben we goede contacten met de omringende landen en delen we graag onze kennis of zelfs steun. Het gebeurt regelmatig dat we informatie uitwisselen. Afgelopen maart zijn we zelfs naar Noorwegen getrokken om onze collega’s te helpen met een bom bij hun kazerne, waarvoor ze niet het correcte materiaal hadden om die te neutraliseren.”
Neutraliseren of ter plaatse ontploffen
Er zijn verschillende opties hoe ontmijningsdiensten dergelijke bommen kunnen onschadelijk maken. “Enerzijds kan je de bom neutraliseren. Dan moeten we de ontsteker proberen de verwijderen. In sommige gevallen kan je die gewoon er manueel uitdraaien. Soms kunnen we die er uit frezen met een waterstraal. Of het is ook een optie om de ontsteker vast te zetten. Eenmaal de ontsteker verwijderd of verzekerd is, heb je gewoon een grote hoeveelheid springstof, waardoor het eigenlijke gevaar geweken is. We kunnen die dan op de vrachtwagen laden en meenemen om elders te vernietigen.”
“Als we de ontsteker er niet uitkrijgen, dan moeten we overgaan tot een gecontroleerde ontploffing ter plaatse”
Maar soms zien de ontmijningsdiensten zich genoodzaakt om de bom ter plaatse gecontroleerd te laten ontploffen. “Als we de ontsteker er niet uitkrijgen, blijft deze optie nog over. Dat is natuurlijk het gemakkelijkste op heel afgelegen plaatsen”, gaat Callebaut verder. “In een stad is dat al wat moeilijker, want je kan er geen aarde over gooien en je mag geen schade veroorzaken in de omgeving aan gasleidingen en dergelijke meer. Daarom is het belangrijk om in overleg te gaan met de lokale besturen en nutsvoorzieningen.”
Gelijkaardig scenario in Kortrijk
Enkele jaren terug werd adjudant-majoor Callebaut geconfronteerd met een gelijkaardig scenario aan het station in Kortrijk. “De vrijdagnamiddag was er een 500-ponder gevonden. Toen werd er na overleg met de burgemeester en politie beslist om – naast een kleinere evacuatie rond de bom zelf – om 16 uur nog niets te ondernemen en de scholen hun beloop te laten gaan. Want als er niets aan die bom gebeurt, zal die ook niet uit zichzelf ontploffen. De impact van een evacuatie kan groot zijn, zeker op het spitsmoment met honderden jongeren, die daar de trein moeten nemen. Pas na het spitsuur hebben we de omgeving geëvacueerd en konden we aan de slag. Uiteindelijk was de bom snel geneutraliseerd, want het was een relatief simpele ontsteker, die we konden losdraaien.”
“Dat toont nog maar eens dat wij ook in West-Vlaanderen niet gespaard zijn gebleven van bommen in de Tweede Wereldoorlog. Dit was een bezet gebied, dat ook onder vuur genomen werd. Het ging voornamelijk om strategische doelwitten, zoals de haven van Antwerpen, het station van Kortrijk, het Boudewijnkanaal in Zeebrugge enzovoort. De belangrijkste conclusie is dat als mensen iets vinden, ze de hulpdiensten moeten verwittigen. Die zullen er dan voor zorgen dat wij, DOVO met een team, ter plaatse zullen komen. Men moet geen onnodige risico’s nemen”, besluit Callebaut.